Gebruiksaanwijzing DCS 430 DCS 431 DCS 4300i DCS 520 DCS 5200i Belangrijk: Lees voor de eerste inbedrijfname deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en neem alle veiligheidsvoorschriften in acht! Gebruiksaanwijzing zorgvuldig bewaren! 1
Hartelijk dank voor uw vertrouwen ! Inhoudsopgave Wij feliciteren u met uw nieuwe MAKITA motorzaag en hopen, dat u met deze moderne machine tevreden zult zijn. De MAKITA motorzagen zijn bijzonder lichte, gemakkelijk hanteerbare motorzagen met groot vermogen, een gunstig vermogensgewicht en een breed, op de praktijk aangepast nuttig toerentalbereik.
Omvang van de levering 2 4 1 3 5 Motorkettingzaag 6 7 Zaaggeleider Zaagketting Beschermkap zaaggeleider Combisleutel Schroevedraaier voor het instellen van de carburator (alleen bij DCS 4300i, DCS 5200i) 7. Haakseschroevendraaier 8. Gebruiksaanwijzing (niet afgebeeld) 1. 2. 3. 4. 5. 6.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Algemene voorschriften - Om een veilig gebruik te garanderen moet degene die het apparaat bedient altijd deze gebruiksaanwijzing te lezen, om zich met de werking ervan vertrouwd te maken. Onvoldoende geïnstrueerde gebruikers kunnen zichzelf en anderen door ondeskundig gebruik in gevaar brengen. - De motorkettingzaag alleen uitlenen aan personen met ervaring in het gebruik van een motorkettingzaag. De gebruiksaanwijzing dient daarbij overhandigd te worden.
Brandstoffen/tanken - - - Bij het aftanken van de motorkettingzaag moet de motor worden uitgezet. Roken en iedere vorm van open vuur zijn niet toegestaan (5). Laat de motor afkoelen alvorens te tanken. Brandstoffen kunnen oplosmiddelachtige substanties bevatten. Huid- en oogcontact met mineraalolieprodukten vermijden. Draag bij het aftanken handschoenen. Vervang en reinig beschermende kleding regelmatig. Adem de brandstofdampen niet in.
Terugslag (Kickback) - - - - - Bij het werken met de motorkettingzaag kan gevaarlijke terugslag optreden. Deze terugslag ontstaat als het bovenste kwadrant van de zaaggeleider per ongeluk tegen hout of andere vaste voorwerpen aankomt (10). Daarbij wordt de motorzaag ongecontroleerd en met grote kracht in de richting van de bedieningspersoon geslingerd, resp.
- - - - - - - - - - - - - Pas op bij het zagen van versplinterd hout. Er kunnen afgezaagde houtsplinters meegetrokken worden (gevaar voor letsel). Bij het zagen met de bovenzijde van de zaaggeleider kan de motorkettingzaag in de richting van de bedieningspersoon gestoten worden als de zaagketting klem komt te zitten.
Transport en opslag - - - - - - Bij het veranderen van werkplek tijdens het werken moet de motorkettingzaag afgezet of de kettingrem ingeschakeld worden om onbedoeld starten en aanlopen van de zaagketting te voorkomen. Vervoer of draag de motorkettingzaag nooit met lopende zaagketting. Bij vervoer over langere afstanden moet in ieder geval de meegeleverde beschermkap voor de zaaggeleider aangebracht worden.
Technische specificaties Cilinderinhoud cm3 Boring mm Slag mm Maximaal vermogen bij toerental kW / 1/min Maximale koppel bij toerental Nm / 1/min Stationair toerental / max. motor toerental met zaaggeleider /ketting 1/min Koppel toerental 1/min Geluidsdruk (op de werkplek) dB (A) LpA av vlgs. ISO 7182 1) Geluidsniveau LWA av vlgs. ISO 9207 1) dB (A) Trillingen ah,w av vlgs.
INBEDRIJFNAME STOP Montage van de zaaggeleiding en zaagketting Gebruik de bijgeleverde combisleutel voor de hierna genoemde werkzaamheden.
6 G - 4 H Draai de kettingspanner (G/6) rechtsom (met de klok mee), totdat de zaagketting in de geleidegroef van de zaaggeleider grijpt (zie cirkel). Daarbij met de linkerhand de zaaggeleider tegen het huis drukken. - 3 De kettingwielbeschermer (H/4) weer aanbrengen. Bevestigingsmoer (H/3) handvast aandraaien.
Brandstoffen / tanken Brandstof + 40:1 50:1 OIL OIL 100:1 HP 100 50:1 A 1000 cm3 (1 liter) 5000 cm3 (5 liter) 10000 cm3 (10 liter) 25 cm3 125 cm3 250 cm3 20 cm3 100 cm3 200 cm3 10 cm3 50 cm3 100 cm3 B Brandstofmengsel Zaagkettingolie De motor van de motorkettingzaag is een tweetaktmotor met een groot vermogen die werkt op een mengsel van benzine en tweetaktolie. De motor is ontworpen voor gebruik van normale loodvrije benzine met een minimaal octaangetal van 91 ROZ.
HUID- EN OOGCONTACT VERMIJDEN! Minerale olieprodukten, ook oliën, ontvetten de huid. Bij herhaaldelijk en langdurig contact droogt de huid uit. Diverse huidziekten kunnen hiervan het gevolg zijn. Bovendien zijn allergische reacties bekend. Contact van de ogen met olie veroorzaakt irritaties. Bij oogcontact direct het betreffende oog met schoon water uitspoelen.
Motor starten 2 1 - DCS 431 A - Op minstens 3 m afstand van de plek waar getankt wordt. Zorg dat u stabiel staat en leg de motorkettingzaag zo op de grond leggen dat de zaaginrichting vrij van de grond blijft. Kettingrem inschakelen (blokkeren). Houd de beugelgreep stevig met één hand vast en druk de motorkettingzaag tegen de grond. Plaats de punt van de rechter voet in de achterste handbeschermer.
Kettingrem controleren Kettingsmering controleren 1 C De kettingrem moet elke keer vóór werkbegin worden gecontroleerd. - De motor zoals beschreven starten (een vellige stand innemen en de motorzaag zodanig op de grond zetten, dat het zaagwerk vrij staat). - De beugelgreep met één hand stovig omvatten, de andere hand aan de handgreep. - De motor op halve toeren laten lopen en met de rug van de hand de handbeschermer (C/1) in de richting van de pijl drukken tot de kettingrem blokkeert.
Gebruik in de winter Ter voorkoming van ijsafzetting in de carburator, die bij lage temperaturen en hoge luchtvochtigheid optreedt, en om bij temperaturen onder 0° C sneller op bedrijfstemperatuur te komen, kan warme lucht van de cilinder worden aangezogen. Bij temperaturen boven 0° C moet steeds koude lucht worden aangezogen.
E F Zaagketting 086 (.325”) 093 (3/8”) 099 (3/8”) Slijpwinkel α Borstwinkel β 30° 85° 35° 85° 25° 60° - De slijpwinkel α moet bij alle zaagtanden onvoorwaardelijk gelijk zijn. Verschil in de hoeken veroorzaakt een ruwe en onregelmatige kettingloop, vergroot de slijtage en kan leiden tot kettingbreuk! - De borstwinkel β van de zaagtand volgt uit de indringdiepte van de rondvijl. Als de voorgeschreven vijl op een juiste wijze gebruikt wordt ontstaat de correcte snijhoek vanzelf.
Reinigen van de remband en van de kettingwielbinnenruimte 6 2 7 1 3 4 A STOP ATTENTIE: Bij alle werkzaamheden aan zaaggeleider en zaagketting te allen tijde de motor afzetten, de bougiestekker eraf trekken (zie Bougie vervangen) en beschermende handschoenen dragen! ATTENTIE: De motorkettingzaag mag pas gestart worden na volledig te zijn samengebouwd en controle! 5 - Kettingwielbeschermer (A/1) afnemen (zie Hoofdstuk „INBEDRIJFNAME“ A-B).
Luchtfilter schoonmaken 2 4 1 E 3 STOP F - Verwijder het filterdeksel (E/1) (2 schroeven). - Reinig het luchtfilter en voorfilter met een kwast of zachte borstel. - Luchtfilter (E/2) losschroeven en van de aanzuigkromming aftrekken. - Sterk vervuilde luchtfilters in lauwwarm water met een gewoon afwasmiddel uitwassen. - Voorfilterdeksel (E/3) losschroeven en afnemen (1 schroef). - Luchtfilter goed droogmaken. - Voorfilter (E/4) afnemen. - Boven- en onderdeel weer samenvoegen.
Startkabel vervangen 2 4 STOP 2 3 1 1 A B - De vier schroeven (A/1) eruitdraaien. Het ventilatorhuis (A/2) aan de onderkant iets omhooghalen, in de richting van de pijl trekken en erafnemen. - Een nieuwe kabel (ø 4 mm, 1000 mm lang) zoals in Afb. B getoond inrijgen en aan beide uiteinden een knoop leggen. - Knoop (B/1) in de kabeltommerl (B/3) aanbrengen. - Oude kabelresten verwijderen. - Knoop (B/2) door de startgreep (B/4) halen.
Periodieke onderhouds- en reingingsvoorschriften Voor een lange levensduur alsook ter voorkoming van schades en ter waarborging van het volledig functioneren van de veiligheidsvoorzieningen moeten de hierna beschreven onderhoudstaken regelmatig uitgevoerd worden. Garantieclaims worden alleen dan toegelaten, indien deze taken regelmatig en zoals voorgeschreven uitgevoerd zijn.
Reserveonderdelen Betrouwbaarheid, levensduur en veiligheid van uw machine is ook afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte reserveonderdelen. Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken, die door het teken zijn gekenmerkt Alleen de originele onderdelen komen uit dezelfde fabriek als de machine en garanderen daarom de beste kwaliteit van materiaal, maatvastheid, werking and veiligheid. Originele reserveonderdelen en accessoires zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
Uittreksel uit de reserve-onderdelenlijst Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken. Voor reparaties en vervanging van andere onderdelen is uw MAKITA service-werkplaats verantwoordelijk. DCS 430, DCS 431, DCS 520 DCS 4300i, DCS 5200i Pos. MAKITA-Nr. 1 9 19 12 13 16 17 8 10 ;;; ;;; ;;; 11 Benaming 445 033 631 445 038 631 445 040 631 445 045 631 1 1 1 1 Achterste zaaggeleider .325" 33 cm (13") Achterste zaaggeleider .325" 38 cm (15") Achterste zaaggeleider .
Makita Werkzeug GmbH Postfach 70 04 20 D-22004 Hamburg Germany 24 Wijzigingen voorbehouden Form: 995 707 134 (2.