Gebruiksaanwijzing DCS 340, DCS 341 DCS 342, DCS 344 DCS 400, DCS 401 Belangrijk: Lees voor de eerste inbedrijfname deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en neem alle veiligheidsvoorschriften in acht! Gebruiksaanwijzing zorgvuldig bewaren! 1
Hartelijk dank voor uw vertrouwen! Wij feliciteren u met uw nieuwe MAKITA motorzaag en hopen, dat u met deze moderne machine tevreden zult zijn. De modellen DCS 340, DCS 341, DCS 342, DCS 344, DCS 400 en DCS 401 zijn bijzonder lichte, gemakkelijk hanteerbare motorzagen met groot vermogen, een gunstig vermogensgewicht en een breed, op de praktijk aangepast nuttig toerentalbereik. Om gemakkelijk, zeker en krachtbesparend te starten, zijn de motorzagen DCS 341, DCS 344 en DCS 401 van een startventiel voorzien.
Omvang van de levering 1 2 3 4 1. 2. 3. 4. 5. 6.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Algemene voorschriften - Om een veilig gebruik te garanderen moet degene die het apparaat bedient altijd deze gebruiksaanwijzing te lezen, om zich met de werking ervan vertrouwd te maken. Onvoldoende geïnstrueerde gebruikers kunnen zichzelf en anderen door ondeskundig gebruik in gevaar brengen. - De motorkettingzaag alleen uitlenen aan personen met ervaring in het gebruik van een motorkettingzaag. De gebruiksaanwijzing dient daarbij overhandigd te worden.
Brandstoffen/tanken - - - Bij het aftanken van de motorkettingzaag moet de motor worden uitgezet. Roken en iedere vorm van open vuur zijn niet toegestaan (5). Laat de motor afkoelen alvorens te tanken. Brandstoffen kunnen oplosmiddelachtige substanties bevatten. Huid- en oogcontact met mineraalolieprodukten vermijden. Draag bij het aftanken handschoenen. Vervang en reinig beschermende kleding regelmatig. Adem de brandstofdampen niet in.
Terugslag (Kickback) - - - - - Bij het werken met de motorkettingzaag kan gevaarlijke terugslag optreden. Deze terugslag ontstaat als het bovenste kwadrant van de zaaggeleider per ongeluk tegen hout of andere vaste voorwerpen aankomt (10). Daarbij wordt de motorzaag ongecontroleerd en met grote kracht in de richting van de bedieningspersoon geslingerd, resp.
- - - - - - - - - - - - - Pas op bij het zagen van versplinterd hout. Er kunnen afgezaagde houtsplinters meegetrokken worden (gevaar voor letsel). Bij het zagen met de bovenzijde van de zaaggeleider kan de motorkettingzaag in de richting van de bedieningspersoon gestoten worden als de zaagketting klem komt te zitten.
Transport en opslag - - - - - - Bij het veranderen van werkplek tijdens het werken moet de motorkettingzaag afgezet of de kettingrem ingeschakeld worden om onbedoeld starten en aanlopen van de zaagketting te voorkomen. Vervoer of draag de motorkettingzaag nooit met lopende zaagketting. Bij vervoer over langere afstanden moet in ieder geval de meegeleverde beschermkap voor de zaaggeleider aangebracht worden.
Technische specificaties DCS 340, 341, 342, 344 DCS 400, DCS 401 Cilinderinhoud cm3 33 39 Boring mm 37 40 Slag mm 31 31 Maximaal vermogen bij toerental kW / 1/min 1,4 / 9.000 1,7 / 9.000 Maximale koppel bij toerental Nm / 1/min 1,7 / 6.500 2,0 / 6.500 Stationair toerental / maximale motor toerental met zaaggeleider/ketting 1/min 2.600 / 11.500 2.600 / 12.000 Koppel toerental 1/min 4.200 4.200 dB (A) 98 98 Geluidsdruk LpA av op de werkplek vlgs. ISO 7182 1) dB (A) 107 108 Geluidsniveau LWA av vlgs.
INBEDRIJFNAME STOP Montage van de zaaggeleider en zaagketting Gebruik de bijgeleverde combi-sleutel voor de hierna genoemde werkzaamheden.
4 13 G - H Draai de kettingspanner (C/6) rechtsom (met de klok mee), totdat de zaagketting in de geleidegroef van de zaaggeleider grijpt (zie cirkel). Daarbij met de linkerhand de zaaggeleider tegen het huis drukken. ADVIES: Wanneer de kettingrem van de gedemonteerde kettingwielbeschermer abusievelijk is aangetrokken moet deze voor het weer aanbrengen van de kettingwielbescherming vrij worden gezet.
Kettingrem 2 1 3 B A De MAKITA motorzagen DCS 340, 341, 342, 344, 400, 401 zijn standaard met een vertragingsveroorzakende kettingrem uitgerust. Ontstaat er een terugslag (kickback) doordat de punt van de zaaggeleider met het hout in aanraking komt (zie hoofdstuk „VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN”, blz. 6), wordt bij voldoende terugslag de kettingrem door massatraagheid in werking gesteld. In een fractie van een seconde wordt de zaagketting stilgezet.
Zaagkettingolie Afgewerkte olie E D Voor het smeren van de zaagketting en de zaaggeleider moet zaagkettingolie met een hechtmiddeltoevoeging gebruikt worden. De hechtmiddeltoevoeging in de zaagkettingolie voorkomt een te snel wegslingeren van de olie. Om het milieu te sparen wordt het gebruik van biologisch afbreekbare zaagkettingolie aangeraden. In sommige plaatselijke verordeningen wordt het gebruik van biologisch afbreekbare olie verplicht gesteld.
Smering van de zaagketting 3 Om de zaagketting voldoende te kunnen smeren moet de tank voldoende gevuld zijn. Tijdens de werkzaamheden controleren of er voldoende kettingolie in de tank zit. Indien nodig bijvullen. Uitsluitend bij uitgeschakelde motor! Voor een probleemloze werking van de oliepomp moeten de olietoevoergroef in het krukashuis (H/3) en de olietoevoerboring in de zaaggeleider (H/4) regelmatig gereinigd worden.
Motor starten (DCS 342, DCS 344 met Start&Go) De modellen DCS 342 en DCS 344 zijn met do MAKITA ‘Start&Go’ startinrichtig uitgerust. Bovendien heeft de DCS 344 ter vergemakkelijking van het starten een halfautomatisch startventiel (C/2). Door het startventiel in te drukken is er minder comprimeringskracht nodig en kan de motor met minder krachtontwikkeling aan de startkabel op zijn starttoerental worden gebracht.
Kettingrem controleren Kettingsmering controleren 6 E D De kettingrem moet elke keer vóór werkbegin worden gecontroleerd. - De motor zoals beschreven starten (een vellige stand innemen en de motorzaag zodanig op de grond zetten, dat het zaagwerk vrij staat). - De beugelgreep met één hand stovig omvatten, de andere hand aan de handgreep. - De motor op halve toeren laten lopen en met de rug van de hand de handbeschermer (D/6) in de richting van de pijl drukken tot de kettingrem blokkeert.
H G speed L 1.Basisinstelling 4. Controleren van de acceleratie De instelschroef voor hoofdsproeier (H) en stationairgangsproeier (L) behoedzaam tot aan de voelbare aanslag rechtsom (met de wijzers van de klok mee) erin draaien. Bij bediening van de gashendel moet de motor zonder overgang van stationairgang op hoge toerentallen accelereren. Instelschroeven (H) en (L) 1 toer linksom (tegen de wijzers van de klok in) uitdraaien.
ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN Zaagketting slijpen ATTENTIE: Bij alle werkzaamheden aan zaaggeleider en zaagketting te allen tijde de motor afzetten, de bougiestekker eraf trekken (zie Bougie vervangen) en beschermende handschoenen dragen! STOP 0,65 mm (.025") ✓ 0,65 mm (.025") ✓ min. 3 mm (0.11”) C D De zaagketting moet worden geslepen, wanneer: Slijpkriteria: - zaagselachtige spaanders ontstaan bij het zagen van vochtig hout. - de ketting ook bij grote druk slechts met moeite in het hout trekt.
4/5 30° G - H De vijlhouder maakt het geleiden van de vijl gemakkelijker. De houder heeft markeringen voor de juiste slijphoek van 30° (de markeringen parallel aan de zaagketting laten lopen) en begrenst de insteekdiepte (4/5 van de vijldoorsnee). Zie de accessoirelijst voor het bestelnummer. I - Aansluitend op het naslijpen de hoogte van de dieptebegrenzers controleren met de kettingmaatlat. Zie de accessoirelijst voor het bestelnummer.
ADVIES: De kettingrem is een zeer belangrijke veiligheidsvoorziening en is zoals ieder onderdeel onderhevig aan slijtage. Regelmatige controle en onderhoud is in het belang van uw eigen veiligheid en dient door een MAKITA servicewerkplaats te worden uitgevoerd.
Luchtfilter schoonmaken 3 2 STOP E F 1 - Reinig het luchtfilter met een kwast of zachte borstel. ATTENTIE: - Zet de chokeklep (E/2) dicht door het aantrekken van de chokehendel om te voorkomen dat er vuil of stof in de carburator komt. Sterk vervuilde luchtfilters in lauwwarm water met een gewoon afwasmiddel uitwassen. - Luchtfilter goed droogmaken. - Boven- en onderdeel weer samenvoegen. - Luchtfilter (E/3) van de carburator aftrekken. - - De carburator met een zuivere doek afdekken.
Periodieke onderhouds- en reingingsvoorschriften Voor een lange levensduur alsook ter voorkoming van schades en ter waarborging van het volledig functioneren van de veiligheidsvoorzieningen moeten de hierna beschreven onderhoudstaken regelmatig uitgevoerd worden. Garantieclaims worden alleen dan toegelaten, indien deze taken regelmatig en zoals voorgeschreven uitgevoerd zijn.
Reserveonderdelen Betrouwbaarheid, levensduur en veiligheid van uw machine is ook afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte reserveonderdelen. Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken, die door het teken zijn gekenmerkt. Alleen de originele onderdelen komen uit dezelfde fabriek als de machine en garanderen daarom de beste kwaliteit van materiaal, maatvastheid, werking and veiligheid. Originele reserveonderdelen en accessoires zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
Uittreksel uit de reserve-onderdelenlijst Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken. Voor reparaties en vervanging van andere onderdelen is uw MAKITA service-werkplaats verantwoordelijk. DCS 340, 341, 342, 344 DCS 400, 401 Pos. MAKITA-Nr. Aa.
Makita Werkzeug GmbH Postfach 70 04 20 D–22004 Hamburg Germany 26 Wijzigingen voorbehouden Form: 995 707 693 (1.