XPS 13 9310 Onderhoudshandleiding Regelgevingsmodel: P117G Regelgevingstype: P117G002 September 2020 Ver.
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product. WAARSCHUWING: WAARSCHUWINGEN duiden potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertellen u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: LET OP duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan. © 2020 Dell Inc. of zijn dochtermaatschappijen. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Werken binnenin de computer...................................................................................... 5 Voordat u in de computer gaat werken.............................................................................................................................. 5 Veiligheidsinstructies.............................................................................................................................................................
De palmsteun- en toetsenbordeenheid installeren.................................................................................................... 43 Hoofdstuk 3: Drivers en downloads.................................................................................................45 Hoofdstuk 4: System Setup........................................................................................................... 46 Het BIOS-setupprogramma openen..............................................................
1 Werken binnenin de computer Voordat u in de computer gaat werken Over deze taak OPMERKING: De afbeeldingen in dit document kunnen verschillen van uw computer; dit is afhankelijk van de configuratie die u hebt besteld. Stappen 1. Sla alle geopende bestanden op en sluit deze, en sluit alle geopende applicaties af. 2. Sluit de computer af. Klik op Start > Power > Shut down.
Raak tijdens het werk ook regelmatig een ongeverfd metalen oppervlak aan om statische elektriciteit weg te leiden die de interne componenten kan beschadigen. WAARSCHUWING: Verwijder kabels door aan de connector of het treklipje te trekken, niet aan de kabel zelf. Sommige kabels hebben aansluitingen met vergrendelingslipjes of duimschroeven die u moet ontgrendelen voordat u de kabel loskoppelt. Houd kabels bij het loskoppelen uitgelijnd om te voorkomen dat de connectorpinnetjes verbuigen.
● Antistatische mat - De antistatische mat is dissipatief en tijdens serviceprocedures kunnen er onderdelen op worden geplaatst. Uw polsband moet nauwsluitend zitten en het aardingssnoer moet aan de mat en aan onbewerkt metaal van het systeem waaraan u werkt zijn bevestigd wanneer u de antistatische mat gebruikt. Wanneer u het bovenstaande goed hebt uitgevoerd, kunt u serviceonderdelen uit de ESD-tas halen en die direct op de mat plaatsen.
2. Sluit alle externe apparaten, randapparaten of kabels die u eerder had losgekoppeld, weer aan voordat u aan uw computer werkt. 3. Plaats alle mediakaarten, schijven of andere onderdelen die u had verwijderd, weer terug voordat u aan uw computer werkt. 4. Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact. 5. Schakel de computer in.
2 Onderdelen verwijderen en plaatsen OPMERKING: De afbeeldingen in dit document kunnen verschillen van uw computer; dit is afhankelijk van de configuratie die u hebt besteld. Aanbevolen hulpmiddelen Bij de procedures in dit document heeft u mogelijk de volgende hulpmiddelen nodig: ● ● ● ● Kruiskopschroevendraaier nr. 0 Kruiskopschroevendraaier nr.
Tabel 1. Lijst van schroeven (vervolg) Component Vast aan Type schroef Aantal Koelplaat en ventilatoreenheid (voor computers die worden geleverd met een 11e generatie Intel Core i5-1135G7-processor of een 11e generatie Intel Core i7-1165G7processor) Systeemkaart M1.6x2.5 4 Kabelbeugel voor beeldschermeenheid Systeemkaart M1.6x2 (geborgd) 3 Kabelhouder van beeldschermeenheid Systeemkaart M1.2x2 3 Scharnieren van het beeldscherm Palmsteun- en toetsenbordeenheid M2.5x4.
1. Onderplaat 2. Batterij 3. Linkerventilator (voor computers die worden geleverd met een 11e generatie Intel Core i3-1115G4-processor) OPMERKING: De linkerventilator maakt deel uit van de koelplaat- en ventilatoreenheid in computers die worden geleverd met een 11e generatie Intel Core i5-1135G7-processor of een 11e generatie Intel Core i7-1165G7-processor. 4.
15. SSD OPMERKING: Dell geeft een lijst met componenten en hun onderdeelnummers voor de originele, gekochte systeemconfiguratie. Deze onderdelen zijn beschikbaar volgens garantiedekkingen die door de klant zijn aangeschaft. Neem contact op met uw Dell verkoopvertegenwoordiger voor aankoopopties. Onderplaat De onderplaat verwijderen Vereisten 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken.
Onderdelen verwijderen en plaatsen 13
Stappen 1. Plaats de acht schroeven (M2x3, Torx 5) terug waarmee de onderplaat aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 2. Gebruik een plastic pennetje om de onderplaat vanaf linksonder in de richting van de pijlen te wrikken om deze los te maken van de onderplaat van de palmsteun- en toetsenbordeenheid. WAARSCHUWING: Trek en wrik niet aan de zijkant waar de scharnieren op zitten, want dit kan de onderplaat beschadigen. 3.
De onderplaat installeren Vereisten Als u een component vervangt, dient u het bestaande component te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. Over deze taak De volgende afbeeldingen geven de locatie van de onderplaat aan en bieden een visuele weergave van de installatieprocedure.
Stappen 1. Sluit de batterijkabel aan op de systeemkaart. 2. Draai de onderplaat langs de zijkant van de palmsteun- en toetsenbordeenheid waar de scharnieren zich bevinden en klik de onderplaat vast op zijn plaats. OPMERKING: Zorg ervoor dat de schroefgaten op de onderplaat zijn uitgelijnd met de schroefgaten op de palmsteun- en toetsenbordeenheid. 3. Plaats de acht schroeven (M2x3, Torx 5) terug waarmee de onderplaat aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. Vervolgstappen 1.
● Oefen geen druk uit op het oppervlak van de batterij. ● Buig de batterij niet. ● Gebruik geen gereedschap om te wrikken op of langs de batterij. ● Zorg dat er tijdens het onderhoud van dit product geen schroeven zoekraken of verloren gaan om te voorkomen dat de batterij en andere systeemonderdelen per ongeluk worden doorboord of schade oplopen.
Over deze taak De volgende afbeelding geeft de locatie van de batterij aan en biedt een visuele weergave van de installatieprocedure. Stappen 1. Lijn de schroefgaten op de batterij uit met de schroefgaten op de palmsteun- en toetsenbordeenheid. 2. Plaats de vijf schroeven (M1.6x2.5) terug waarmee de batterij aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3. Sluit de batterijkabel aan op de systeemkaart. Vervolgstappen 1. Installeer de onderplaat. 2.
De volgende afbeelding geeft de locatie van de M.2 2230 SSD aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. Stappen 1. Verwijder de antennekabel uit de geleiders langs de rand van het schild van de SSD. 2. Verwijder de schroef (M2x3) waarmee het schild van de M.2 2230 SSD aan de systeemkaart wordt bevestigd. 3. Schuif en til de M.2 2230 SSD uit de SSD-slot op de systeemkaart om deze te verwijderen. De M.
De volgende afbeelding geeft de locatie van de M.2 2230 SSD aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure. Stappen 1. Lijn de uitsparing op de M.2 2230 SSD uit met het lipje op het SSD-slot op de systeemkaart. 2. Schuif de M.2 2230 SSD in het SSD-slot op de systeemkaart. 3. Plaats de inkeping op de schild van de SSD in een slot op de pin op de systeemkaart. 4. Plaats de schroef (M2x3) terug waarmee het schild van de M.2 2230 SSD aan de systeemkaart wordt bevestigd. 5.
2. Verwijder de onderplaat. Over deze taak OPMERKING: Afhankelijk van de bestelde configuratie, kan uw computer een M.2 2280 SSD of een M.2 2280 SSD ondersteunen. OPMERKING: Deze procedure geldt alleen voor computers die worden geleverd met een geïnstalleerde M.2 2280 SSD. De volgende afbeelding geeft de locatie van de M.2 2280 SSD aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. Stappen 1. Verwijder de antennekabel uit de geleiders langs de rand van het schild van de SSD. 2.
WAARSCHUWING: Om geen data te verliezen, mag de SSD niet worden verwijderd als de computer aan staat of in slaapmodus is. Over deze taak OPMERKING: Afhankelijk van de bestelde configuratie, kan uw computer een M.2 2280 SSD of een M.2 2280 SSD ondersteunen. OPMERKING: Deze procedure is alleen van toepassing als u een M.2 2280 SSD installeert. De volgende afbeelding geeft de locatie van de M.2 2280 SSD aan en biedt een visuele weergave van de plaatsingsprocedure. Stappen 1. Lijn de uitsparing op de M.
Ventilatoren de ventilatoren verwijderen Vereisten 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de onderplaat. Over deze taak OPMERKING: Deze procedure is van toepassing op computers die worden geleverd met een 11e generatie Intel Core i3-1115G4 processor. De volgende afbeeldingen geven de locatie van de ventilatoren aan en bieden een visuele weergave van de verwijderingsprocedure.
Stappen 1. Verwijder de tape waarmee ventilatorkabel A op de systeemkaart is bevestigd. 2. Ontkoppel ventilatorkabel A van de systeemkaart. 3. Verwijder de twee schroeven (M1.6x2.5) waarmee ventilator A op de systeemkaart is bevestigd. 4. Til de ventilator A van de systeemkaart. 5. Verwijder de tape waarmee ventilatorkabel B op de systeemkaart is bevestigd. 6. Ontkoppel ventilatorkabel B van de systeemkaart. 7. Verwijder de twee schroeven (M1.6x2.5) waarmee ventilator B op de systeemkaart is bevestigd. 8.
Stappen 1. Lijn de schroefgaten in ventilator B uit met de schroefgaten in de systeemkaart. 2. Plaats de twee schroeven (M1.6x2.5) terug waarmee ventilator B op de systeemkaart wordt bevestigd. 3. Sluit de kabel van ventilator B aan op de systeemkaart. 4. Bevestig de kabel van ventilator B met de tape op de systeemkaart. 5. Lijn de schroefgaten in ventilator A uit met de schroefgaten in de systeemkaart. 6. Plaats de twee schroeven (M1.6x2.5) terug waarmee ventilator A op de systeemkaart wordt bevestigd. 7.
Vervolgstappen 1. Installeer de onderplaat. 2. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Warmteafleider De koelplaat verwijderen Vereisten 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. WAARSCHUWING: Om te zorgen dat de processor maximaal wordt gekoeld, raakt u de gebieden voor warmteoverdracht op de koelplaat niet aan. Het vet van uw huid kan het warmteoverdrachtvermogen van thermisch vet verminderen. OPMERKING: Tijdens de normale werking kan de koelplaat heet worden.
De koelplaat plaatsen Vereisten Als u een component vervangt, dient u het bestaande component te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. OPMERKING: Deze procedure is van toepassing op computers die worden geleverd met een 11e generatie Intel Core i3-1115G4 processor. De koelplaat en ventilatoren zijn afzonderlijke eenheden. WAARSCHUWING: Als de koelplaat onjuist wordt uitgelijnd, kan dit schade aan de systeemkaart en de processor veroorzaken.
WAARSCHUWING: Om te zorgen dat de processor maximaal wordt gekoeld, raakt u de gebieden voor warmteoverdracht op de koelplaat- en ventilatoreenheid niet aan. Het vet van uw huid kan het warmteoverdrachtvermogen van thermisch vet verminderen. OPMERKING: Tijdens de normale werking kan de koelplaat- en ventilatoreenheid heet worden. Laat de koelplaat- en ventilatoreenheid voldoende lang afkoelen voordat u deze aanraakt. 2. Verwijder de onderplaat.
WAARSCHUWING: Onjuiste uitlijning van de koelplaat- en ventilatoreenheid kan de systeemkaart en de processor beschadigen. OPMERKING: Als de systeemkaart of de koelplaat- en ventilatoreenheid wordt teruggeplaatst, moet u de thermische mat of pasta gebruiken die in het pakket is meegeleverd om ervoor te zorgen dat de warmte wordt afgevoerd. Over deze taak De volgende afbeelding geeft de locatie van de koelplaat- en ventilatoreenheid aan en biedt een visuele weergave van de installatieprocedure. Stappen 1.
Over deze taak De volgende afbeeldingen geven de locatie van de beeldschermeenheid weer en bieden een visuele weergave van de verwijderingsprocedure.
Stappen 1. Draai de drie geborgde schroeven (M1.6x2) los waarmee de beugel van de beeldschermkabel aan de systeemkaart wordt bevestigd. 2. Til de beugel van de beeldschermkabel weg van de systeemkaart. 3. Ontkoppel de kabels van de camera en de beeldschermkabel van de systeemkaart. 4. Verwijder de drie schroeven (M1.2x2) waarmee de kabelhouder van de beeldschermeenheid aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd. 5. Verwijder de drie schroeven (M2.5x4.
De beeldschermeenheid plaatsen Vereisten Als u een component vervangt, dient u het bestaande component te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. Over deze taak De volgende afbeelding geeft de locatie van de beeldschermeenheid weer en biedt een visuele weergave van de installatieprocedure.
Onderdelen verwijderen en plaatsen 33
Stappen 1. Schuif de palmsteun- en toetsenbordeenheid onder de scharnieren van de beeldschermeenheid. 2. Lijn de schroefgaten in de palmsteuneenheid uit met de schroefgaten in de beeldschermscharnieren. 3. Plaats de drie schroeven (M2.5x4.5) terug waarmee het linkerscharnier aan de systeemkaart en de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 4. Plaats de drie schroeven (M2.5x4.5) terug waarmee het rechterscharnier aan de systeemkaart en de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 5.
2. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Systeemkaart De systeemkaart verwijderen Vereisten 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. OPMERKING: De servicetag van uw computer bevindt zich op de systeemkaart. U moet de servicetag invoeren in het BIOSinstallatieprogramma als u de systeemkaart hebt teruggeplaatst.
Onderdelen verwijderen en plaatsen
Stappen 1. Draai de geborgde schroef (M1.6x2.3) los waarmee de beugel van de draadloze kaart op de systeemkaart wordt bevestigd. 2. Til de kap van de draadloze beugel van de systeemkaart. 3. Gebruik een plastic pennetje en koppel de antennekabels los van de draadloze kaart. 4. Let op de routering van de linker- en de rechterantennekabels. 5. Verwijder vanaf de draadloze kaart elke antennekabel uit de routeringsgeleiders naar hun bijbehorende antennes. 6.
De systeemkaart plaatsen Vereisten Als u een component vervangt, dient u het bestaande component te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. OPMERKING: De servicetag van uw computer bevindt zich op de systeemkaart. U moet de servicetag invoeren in het BIOSinstallatieprogramma als u de systeemkaart hebt teruggeplaatst. OPMERKING: Wanneer de systeemkaart wordt vervangen, worden alle wijzigingen die u hebt aangebracht in het BIOS met behulp van het BIOS Setup-programma ongedaan gemaakt.
Onderdelen verwijderen en plaatsen 39
Stappen 1. Lijn de schroefgaten op de systeemkaart uit met de schroefgaten op de palmsteun- en toetsenbordeenheid. 2. Plaats de vier schroeven (M1.6x1.5) terug waarmee de systeemkaart aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 3. Plaats de drie schroeven (M1.2x2) terug waarmee de systeemkaart aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 4. Plaats de vier schroeven (M1.4x4) terug waarmee de systeemkaart aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd. 5.
Vervolgstappen 1. Installeer de beeldschermeenheid. 2. Installeer de M.2 2230 SSD of M.2 2280 SSD. 3. Installeer de koelplaat (voor computers die worden geleverd met een 11e generatie Intel Core i3-1115G4-processor). OPMERKING: De systeemkaart kan worden verwijderd of geïnstalleerd met de koelplaat erop aangesloten. Dit vereenvoudigt de procedure en voorkomt dat de thermische verbinding tussen de systeemkaart en koelplaat wordt verbroken. 4.
De kaart voor het statuslampje installeren Vereisten Als u een component vervangt, dient u het bestaande component te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren. Over deze taak De volgende afbeelding geeft de kaart van het statuslampje aan en biedt een visuele weergave van de installatieprocedure. Stappen 1. Plaats de kaart van het statuslampje in de slot op de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
OPMERKING: De systeemkaart kan worden verwijderd met een aangesloten koelplaat of koelplaat- en ventilatoreenheid. 6. Verwijder de kaart van het statuslampje. Over deze taak De volgende afbeelding geeft de palmsteun- en toetsenbordeenheid aan en biedt een visuele weergave van de verwijderingsprocedure. Nadat u de stappen in de vereisten vooraf hebt uitgevoerd, blijft de palmsteun- en toetsenbordeenheid over.
Stappen Plaats de palmsteun- en toetsenbordeenheid op een vlak oppervlak. Vervolgstappen 1. 2. 3. 4. 5. Installeer de kaart van het statuslampje. Installeer de systeemkaart. Installeer de beeldschermeenheid. Installeer de batterij. Installeer de onderplaat. OPMERKING: De systeemkaart kan worden geïnstalleerd met een aangesloten koelplaat of koelplaat- en ventilatoreenheid. 6. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
3 Drivers en downloads Bij het oplossen van problemen met drivers of het downloaden of installeren hiervan is het raadzaam om het Dell Knowledge-artikel SLN128938 over veelgestelde vragen over drivers en downloads te lezen.
4 System Setup WAARSCHUWING: Tenzij u een computerexpert bent, dient u de instellingen voor het BIOS-installatieprogramma niet te wijzigen. Door bepaalde wijzigingen is het mogelijk dat de computer niet goed meer werkt. OPMERKING: Afhankelijk van de computer en de geïnstalleerde apparaten kunnen de onderdelen die in dit gedeelte worden vermeld wel of niet worden weergegeven.
Opstartvolgorde Via Opstartvolgorde kunnen gebruikers de door System Setup gedefinieerde volgorde van het opstartapparaat omzeilen en direct op een specifiek apparaat opstarten (bijvoorbeeld een optisch station of harde schijf). U kunt het volgende doen tijdens de Power-on Self Test (POST), zodra het Dell logo verschijnt: ● System Setup openen door op de F2-toets te drukken; ● het eenmalige opstartmenu openen door op de F12-toets te drukken.
Tabel 3. Opties voor Systeeminstelling: overzichtsmenu (vervolg) Overzicht Ondertekende firmware-update Geeft aan of de ondertekende firmware-update is ingeschakeld. Standaard: Ingeschakeld BATTERIJ Primaire Toont de primaire batterij. Batterijniveau Toont de actuele batterijcapaciteit. Batterijstatus Toont de actuele batterijstatus. Gezondheid Toont de actuele batterijcapaciteit. Voedingsadapter Geeft aan of een voedingsadapter is gekoppeld. Indien verbonden, het type voedingsadapter.
Tabel 4. Opties voor System Setup—Opstartconfiguratiemenu Boot Configuration Opstartmodus: alleen UEFI Toont de opstartmodus van deze computer. Opstartvolgorde Toont de opstartvolgorde. Secure Digital (SD) Card Boot Hiermee kunt u opstarten in- of uitschakelen vanaf een beveiligde digitale kaart. Inschakelen Secure Digital (SD) Card Boot is standaard geselecteerd.
Tabel 5. Opties voor Systeeminstallatie - Geïntegreerde apparatenmenu-opties (vervolg) Geïntegreerde apparaten USB/Thunderbolt Configuration Hiermee kunt u opstarten vanaf USB-opslagapparaten zoals een externe harde schijf, optisch station en USB-station in- of uitschakelen. Enable External USB Ports is standaard geselecteerd. Enable USB Boot Support is standaard geselecteerd. Thunderbolt Boot Support inschakelen Opstartsupport voor Thunderbolt inschakelen.
Tabel 7. Opties voor System Setup - Beeldschermmenu (vervolg) Beeldscherm Touchscreen Hiermee kunt u het touchscreen in- of uitschakelen. Standaard: AAN Logo op volledig scherm Logo op volledig scherm Hiermee geeft u het volledige logo weer op het scherm als uw afbeelding overeenkomt met de schermresolutie. Standaard: UIT Tabel 8. Opties van System Setup - Verbindingsmenu Verbinding Draadloos apparaat inschakelen Hiermee kunt u interne WLAN-/Bluetooth-apparaten in- of uitschakelen.
Tabel 9. Opties van System Setup - Energiemenu (vervolg) Voeding Standaard: geoptimaliseerd. De standaardinstelling voor de balans tussen prestaties, ruis en temperatuur. USB-activeringssupport Wake on Dell USB-C-dock (Uit stand-by door Dell USB C-dock) Hiermee kunt u instellen dat een Dell USB-C-dock kan worden aangesloten om de computer uit stand-by te halen. Standaard: AAN Block Sleep Block Sleep Voorkomt dat de computer in het besturingssysteem in de slaapstand (S3) gaat.
Tabel 10. Opties voor System Setup - menu Security (Beveiliging) (vervolg) Beveiliging Standaard: AAN SHA-256 Hiermee kunt u in- of uitschakelen dat het BIOS en de TPM het SHA-256 hashalgoritme gebruiken om meetdata uit te breiden naar de TPM-PCRs tijdens het opstarten van het BIOS. Standaard: AAN Wissen Hiermee schakelt u in of uit dat de computer de PTT-eigenaarsinformatie wist en de PTT terugzet naar de standaardinstelling.
Tabel 11. Opties voor System Setup—Wachtwoordmenu (vervolg) Wachtwoorden Systeemwachtwoord Hiermee kunt u het systeemwachtwoord instellen, wijzigen of verwijderen. Wachtwoordconfiguratie Hoofdletter Hiermee schakelt u de vereiste voor minimaal één hoofdletter in of uit. Standaard: UIT Kleine letter Hiermee schakelt u de vereiste voor minimaal één kleine letter in of uit. Standaard: UIT Cijfer Hiermee schakelt u de vereiste voor minimaal één cijfer in of uit.
Tabel 12. Opties voor Systeeminstallatie: update en herstelmenu (vervolg) Update en herstel niet in geval van EC-corruptie, ME-corruptie of een aan hardware gerelateerd probleem. De herstelkopie moet aanwezig zijn op een niet versleutelde partitie op de schijf. BIOS Downgrade BIOS-downgrade toestaan Hiermee beheert u het terugzetten van de systeemfirmware naar vorige revisies.
Tabel 14. Opties van System Setup - Toetsenbordmenu Toetsenbord Numlock inschakelen Enable Numlock (NumLock uitschakelen) Hiermee kunt u Numlock in- of uitschakelen wanneer de computer opstart. Standaard: AAN Fn Lock-opties Fn Lock-opties Hiermee kunt u de Fn-vergrendelingsmodus in- of uitschakelen. Standaard: AAN Vergrendelingsmodus Standaard: secundaire vergrendelingsmodus.
Tabel 15. Opties voor Systeeminstallatie: opstartmenu voorafgaand aan het opstarten (vervolg) Gedrag voorafgaand aan het opstarten Snel opstarten Hiermee configureert u de snelheid van het UEFI-opstartproces. Standaard: Thorough Voert volledige initialisatie van hardware en configuratie uit tijdens opstarten. BIOS POST-tijd verlengen BIOS POST-tijd verlengen Hiermee configureert u de laadtijd van de BIOS POST (Power-On Self-Test).
Tabel 17. Opties van System Setup - menu Performance (Prestaties) (vervolg) Prestaties Standaard: AAN C-State Control inschakelen Hiermee schakelt u de mogelijkheid van de CPU in of uit om standen met laag energieverbruik te starten of stoppen. Standaard: AAN Intel Turbo Boost Technology Enable Intel Turbo Boost Technology Met deze optie wordt de Intel TurboBoost-modus van de processor in- of uitgeschakeld.
Het wissen van BIOS (System Setup)- en systeemwachtwoorden Over deze taak Om de systeem- of BIOS-wachtwoorden te wissen, neemt u contact op met Dell voor technische ondersteuning, zoals omschreven op www.dell.com/contactdell. OPMERKING: Voor informatie over het resetten van wachtwoorden voor Windows of toepassingen, raadpleegt u de documentatie bij Windows of uw toepassing.
5 Problemen oplossen Het besturingssysteem herstellen Wanneer uw computer zelfs na herhaalde pogingen niet meer kan opstarten naar het besturingssysteem, wordt Dell SupportAssist OS Recovery automatisch gestart. Dell SupportAssist OS Recovery is een op zichzelf staande tool die vooraf is geïnstalleerd op alle Dell computers met het Windows 10besturingssysteem.
In de volgende tabel wordt de status van uw computer weergegeven op basis van het statuslampje voor de voeding en de batterijlading. Tabel 19. Lampje voor energie- en batterijniveau Lampje voor energie- en batterijniveau Status van computer Solid White ● De voedingsadapter is aangesloten en de accu is volledig opgeladen. ● De voedingsadapter is aangesloten en de batterij is voor meer dan 5 procent opgeladen. Amber De computer werkt op de batterij en de batterij heeft minder dan 5 procent vermogen.
OPMERKING: De batterij moet worden losgekoppeld van de systeemkaart (zie stap 5 voor De onderplaat verwijderen) 3. Houd de aan/uit-knop 15 seconden ingedrukt om de reststroom af te voeren. 4. Installeer de onderplaat. 5. Schakel de computer in. Wifi-stroomcyclus Over deze taak Als uw computer geen toegang tot het internet heeft vanwege problemen met wifi-connectiviteit, kan een wifi-stroomcyclusprocedure worden uitgevoerd.
6 Hulp verkrijgen en contact opnemen met Dell Bronnen voor zelfhulp U kunt informatie en hulp bij Dell-producten en services krijgen door middel van deze bronnen voor zelfhulp. Tabel 21. Bronnen voor zelfhulp Bronnen voor zelfhulp Bronlocatie Informatie over producten en services van Dell www.dell.com Mijn Dell Tips Contact opnemen met de ondersteuning In Windows Zoeken typt u Contact Support en drukt u op Enter. Online help voor besturingssysteem www.dell.com/support/windows www.dell.