Dell OptiPlex 9010 All-In-One (Touch) Gebruiksaanwijzing Regelgevingsmodel: W04C Regelgevingstype: W04C001
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen, en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer. WAARSCHUWING: EEN WAARSCHUWING duidt potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertelt u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: EEN WAARSCHUWING duidt op een risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden. © 2013 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave 1 Aan de computer werken.......................................................................................................... 7 Voordat u in de computer gaat werken.................................................................................................................... 7 Uw computer uitschakelen.......................................................................................................................................8 Nadat u aan de computer hebt gewerkt.............
Het schild van de I/O-kaart verwijderen.................................................................................................................27 Het schild van de I/O-kaart installeren................................................................................................................... 29 De kaart van de stroomschakelaar verwijderen.................................................................................................... 29 De kaart van de stroomschakelaar installeren.......
6 Technische specificaties.........................................................................................................75 7 Contact opnemen met Dell .....................................................................................................
Aan de computer werken 1 Voordat u in de computer gaat werken Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan: • U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
3. Verwijder alle stekkers van netwerkkabels uit de computer. 4. Haal de stekker van de computer en van alle aangesloten apparaten uit het stopcontact. 5. Houd de aan-uitknop ingedrukt terwijl de stekker van de computer uit het stopcontact is verwijderd om het moederbord te aarden. 6. Verwijder de kap.
WAARSCHUWING: Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer. 2. Sluit alle telefoon- of netwerkkabels aan op uw computer. 3. Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact. 4. Zet de computer aan. 5. Controleer of de computer goed functioneert door Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit te voeren.
Het verwijderen en installeren van onderdelen 2 Deze paragraaf beschrijft gedetailleerd hoe de onderdelen moeten worden verwijderd uit, of worden geïnstalleerd in uw computer. Aanbevolen hulpmiddelen Bij de procedures in dit document heeft u mogelijk de volgende hulpmiddelen nodig: • Kleine sleufkopschroevendraaier • Kruiskopschroevendraaier • Klein plastic pennetje De VESA-standaard (Video Electronics Standards Association) verwijderen 1.
5. Verwijder de schroeven waarmee de VESA-standaard op de systeemkast vastzit en til de VESA-standaard weg van de systeemkast. De VESA-standaard installeren 1. Plaats de VESA-standaard op zijn plaats aan de achterkant in de systeemkast 2. Draai de schroeven vast waarmee de VESA-standaard aan de systeemkast vastzit. 3. Plaats en druk de VESA-kap op de systeemkast tot u een klikgeluid hoort. 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht.
4. Til de kap omhoog en verwijder deze van de systeemkast met behulp van de inkepingen vlakbij het I/O-paneel. De achterkap installeren 1. Plaats de kap op de achterkant van de systeemkast met behulp van de inkepingen vlakbij het I/O-paneel. 2. Draai de schroeven vast waarmee de achterkap aan de systeemkast vastzit. 3. Installeer de VESA-standaard. 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het geheugen verwijderen 1.
3. Til het geheugenschild naar buiten. 4. Peuter de borgklemmen weg van de geheugenmodule tot deze omhoog komt. Til en de geheugenmodule omhoog en verwijder deze van zijn aansluiting. Het geheugen installeren 1. Lijn de inkeping op de geheugenkaart uit met het lipje in de connector van het moederbord. 2. Druk de geheugenmodule omlaag totdat de ontgrendelingslipjes terugspringen om ervoor zorgen dat de module goed bevestigd is. 3. Breng het geheugenschild terug op zijn plaats. 4.
De VESA-bevestigingsbeugel installeren 1. Breng de bevestigingsbeugel op zijn plaats aan de achterkant in de systeemkast 2. Draai de schroeven vast waarmee de VESA-bevestigingsbeugel aan de systeemkast vastzit. 3. Installeer de: a) achterzijde b) VESA-standaard 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De aanraakschermkaart verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2.
De aanraakschermkaart plaatsen 1. Draai de schroeven vast waarmee de aanraakschermkaart aan de systeemkast vastzit. 2. Sluit alle kabels van de aanraakschermkaart aan op de connectoren op de aanraakschermkaart en zet de vergrendelingen vast. 3. Sluit de kabel van het moederbord aan op de connector van de kabel van de aanraakschermkaart. 4.
4. Installeer de: a) achterzijde b) VESA-standaard 5. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het schild van het moederbord verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2. Verwijder de a) VESA-standaard b) achterzijde c) VESA-bevestigingsbeugel 3. Verwijder de schroeven waarmee het schild van het moederbord aan de systeemkast vastzit en til het schild van het moederbord weg van de systeemkast.
c) moederbordschild 3. Druk de vergrendeling van de knoopbatterij weg. De knoopbatterij schiet uit de houder; til de knoopbatterij uit de computer. De knoopcelbatterij installeren 1. Plaats de knoopcelbatterij in de sleuf op de systeemkaart. 2. Druk de knoopcelbatterij omlaag totdat het ontgrendelingslipje terug op zijn plaats veert en de batterij vastzet. 3. Installeer: a) moederbordschild b) onderzijde c) VESA-standaard 4.
5. Til de optische schijf uit de systeemkast. 6. Verwijder de schroeven waarmee de beugel van de optische schijf aan de systeemkast vastzit. Haal de beugel van de optische schijf los van de optische schijf.
De optische schijf installeren 1. Plaats de beugel van de optische schijf op de optische schijf. 2. Draai de schroeven vast waarmee de beugel van de optische schijf op de optische schijf vastzit. 3. Schuif de optische schuif na goed richten in de sleuf. 4. Sluit de kabel van de optische schijf aan. 5. Draai de schroeven vast waarmee de optische schijf aan de systeemkast vastzit. 6. Installeer de: a) VESA-bevestigingsbeugel b) achterzijde c) VESA-standaard 7.
6. Verwijder voor de 3,5 inch vaste schijf de schroeven waarmee de vaste schijf in zijn beugel vastzit. Schuif de vaste schijf uit de beugel. De vaste schijf installeren 1. Schuif de vaste schijf van 3,5 inch in zijn beugel. Draai de schroeven vast waarmee de vaste schijf in zijn beugel vastzit. 2. Draai bij de vaste schijf van 2,5 de schroeven vast waarmee de behuizing van de vaste schijf in zijn beugel vastzit. Schuif de vaste schijf in zijn beugel.
3. Ontkoppel de intrusiekabel van de aansluiting op het moederbord. Draai de koppel los van de inkepingen in de systeemkast. 4. Verwijder de schroeven waarmee de intrusieschakelaar aan de systeemkast vastzit. Til de intrusieschakelaar omhoog en verwijder deze uit de systeemkast. De intrusieschakelaar installeren 1. Plaats de intrusieschakelaar op de systeemkast en draai de schroef aan waarmee de intrusieschakelaar aan de systeemkast vastzit. 2.
4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De draadloze WLAN-kaart verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2. Verwijder de a) b) c) d) 3. VESA standaard achterzijde VESA-bevestigingsbeugel moederbordschild Ontkoppel de WLAN-kabels. Verwijder de schroeven waarmee de WLAN-kaart aan het moederbord vastzit. Verwijder de WLAN-kaart van de aansluiting. De WLAN-kaart installeren. 1.
4. Verwijder de schroeven waarmee de systeemventilator aan de systeemkast vastzit en til de systeemventilator weg van de systeemkast. De systeemventilator installeren 1. Plaats de systeemventilator op de systeemkast en draai de schroef aan waarmee de systeemventilator aan de systeemkast vastzit. 2. Breng de beugel van de systeemventilator in positie in de systeemkast. 3. Draai de schroeven vast waarmee de beugel van de systeemventilator aan de systeemkast vastzit. 4. Installeer: a) b) c) d) 5.
De voeding verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2. Verwijder de a) b) c) d) e) f) VESA-standaard achterzijde VESA-bevestigingsbeugel moederbordschild Schild van I/O-kaart systeemventilator 3. Ontkoppel de voedingskabel van de aansluiting op het moederbord. Draai de kabel los van de haken in de systeemkast. 4. Verwijder de schroeven waarmee de voeding aan de systeemkast vastzit. Til de voeding omhoog en verwijder deze uit de systeemkast.
De voeding installeren 1. Plaats de voeding in de systeemkast. 2. Draai de schroeven vast om de voeding aan de systeemkast vast te maken. 3. Geleid de kabel om de haken in de systeemkast. 4. Sluit de stekker van de voeding aan op de aansluiting op het moederbord. 5. Installeer: a) b) c) d) e) f) 6. systeemventilator Schild van I/O-kaart moederbordschild VESA-bevestigingsbeugel achterzijde VESA-standaard Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht.
b) VESA-bevestigingsbeugel c) achterzijde d) VESA-standaard 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Het schild van de I/O-kaart verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2. Verwijder de a) VESA-standaard b) achterzijde c) VESA-bevestigingsbeugel d) moederbordschild e) systeemventilator 3. Til het I/O-paneel uit de systeemkast. 4.
5. Verwijder de schroeven waarmee het schild van het I/O-paneel aan de systeemkast vastzit. Haal de stroomaansluiting los en druk deze in de houder. 6. Kantel het schild van het I/O-paneel en verwijder deze van de systeemkast. 7. Ontkoppel de kabel van de stroomaansluiting.
Het schild van de I/O-kaart installeren 1. Sluit de voedingskabel aan. 2. Plaats het schild van de I/O-kaart in de systeemkast. 3. Geleid de stroomaansluiting en sluit deze aan op de houder. Draai de schroeven vast om het schild van de I/O-kaart aan de systeemkast vast te zetten. 4. Draai de schroeven vast waarmee de stroomaansluiting aan het schild van de I/O-kaart vastzit. 5. Plaats het I/O-paneel in de systeemkast. 6. Installeer: a) b) c) d) e) 7.
De kaart van de stroomschakelaar installeren 1. Breng de kaart van de stroomschakelaar in positie in de systeemkast. 2. Sluit de kabel van de stroomschakelaar aan op het moederbord. 3. Installeer: a) achterzijde b) VESA-standaard 4. Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De processorventilator verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2. Verwijder de a) b) c) d) 3.
De processorventilator installeren 1. Plaats de processorventilator op de systeemkast en draai de schroef aan waarmee de processorventilator aan de systeemkast vastzit. 2. Sluit de kabel van de processorventilator aan op de aansluiting op het moederbord. 3. Installeer: a) b) c) d) 4. moederbordschild VESA-bevestigingsbeugel achterzijde VESA-standaard Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. De processor verwijderen 1.
De luidsprekers verwijderen 1. Volg de procedures in voordat u werkzaamheden in de computer verricht. 2. Verwijder de a) b) c) d) VESA-standaard achterzijde VESA-bevestigingsbeugel moederbordschild 3. Ontkoppel de linker- en rechter luidsprekerkabels van de aansluiting op het moederbord. Draai de kabels los uit de inkepingen. 4. Verwijder de schroeven waarmee de luidsprekers aan de systeemkast vastzit en til de luidsprekers weg van de systeemkast.
De luidsprekers installeren 1. Breng de luidsprekers in de juiste positie om ze in de systeemkast te plaatsen. Draai de schroeven aan waarmee de luidsprekers aan de systeemkast vastzitten. 2. Geleid de kabel langs de inkepingen in de systeemkast en sluit de linker- en rechterluidsprekerkabels aan op de aansluiting van het moederbord. 3. Installeer: a) b) c) d) 4.
5. Til en verwijder de systeemkaart uit het chassis. Indeling van het moederbord De volgende afbeelding geeft de indeling van het moederbord van de computer weer.
1. PSU-connector 2. Connector van de PSU-ventilator 3. Connector van het aanraakpaneel 4. Connector van de aan-uitknopkaart 5. SATA HDD-connector 6. SATA HDD-stroomaansluiting 7. SATA ODD--stroomaansluiting 8. Connector van de CPU-ventilator 9. SATA ODD-connector 10. LVDS-connector 11. 12V CPU-stroomaansluiting 12. Processorsocket 13. Geheugenconnector (SODIMM socket B) 14. Geheugenconnector (SODIMM socket A) 15. Connector voor de intrusieschakelaar 16. Mini-PCI-socket 17.
3. Installeer: a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l) 4. systeemventilator omvormerkaart Schild van I/O-kaart voeding warmteafleider vaste schijf optische schijf geheugen moederbordschild VESA-bevestigingsbeugel achterzijde VESA-standaard Volg de procedures in nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft verricht. Jumperinstellingen De softwarebeveiligingsfuncties van het systeem zijn een systeemwachtwoord en een setup-wachtwoord.
OPMERKING: U kunt ook de volgende stappen uitvoeren om een vergeten wachtwoord uit te schakelen. 1. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de/het: a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l) VESA-standaard achterplaat VESA-bevestigingsbeugel moederbordschild geheugen optisch station vaste schijf warmteafleider voedingseenheid schild van I/O-kaart converterkaart ventilator van de voeding 3. Lokaliseer de PSWD-jumper op het moederbord. 4.
i) j) k) l) m) n) o) p) q) r) intrusieschakelaar kaart van stroomschakelaar converterkaart ventilator van de voeding voedingseenheid warmteafleider processorventilator luidsprekers antennemodule moederbord OPMERKING: Het beeldschermpaneel moet worden gedemonteerd in een cleanroom. 3. Verwijder de LVDS-kabel door de vergrendeling naar binnen in te drukken en de kabel los te maken uit de aansluiting.
5. Verwijder de tape waarmee de connectoren aan het beeldschermpaneel zijn bevestigd. 6. Til de connectorvergrendeling omhoog en koppel de kabels van de aanraakschermkaart los. 7. Til en verwijder het beeldschermpaneel van de middenstrip.
8. 40 Verwijder de schroeven waarmee de beeldschermbrackets aan het beeldschermpaneel zijn bevestigd en verwijder de beeldschermbrackets van het beeldschermpaneel.
Het beeldschermpaneel installeren 1. Draai de schroeven vast waarmee de beeldschermbrackets zijn bevestigd aan het beeldschermpaneel. 2. Breng het beeldscherm in lijn boven de middenstrip. 3. Sluit alle kabels van de aanraakschermkaart aan op de connectoren op het beeldscherm. 4. Bevestig de tape waarmee de connectoren aan het beeldschermpaneel worden vastgezet. 5. Breng de systeemkast in lijn boven het beeldschermpaneel en draai de schroeven aan om de systeemkast aan de middenstrip te bevestigen.
l) m) n) o) p) 3. processorventilator voeding warmteafleider systeemventilator moederbord Verwijder de schroeven waarmee de antennemodule aan de systeemkast vastzit. Draai de antennekabel los rondom de randen van de systeemkast. Til de antennemodule omhoog en verwijder deze. De antennemodule installeren 1. Plaats antennemodule in de systeemkast. 2. Draai de antennekabel rond de randen van de systeemkast. Draai de schroeven vast waarmee de antennemodule aan de systeemkast vastzit. 3.
De camera verwijderen 1. 2. Volg de procedures in Voordat u in de computer gaat werken. Verwijder de volgende onderdelen: a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l) m) n) o) p) q) r) 3.
3. Sluit de camerakabel aan op de connector. 4. Plaats: a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l) m) n) o) p) q) r) 5.
Installatie van het systeem 3 Met systeeminstallatie kunt u de hardware van uw computer beheren en de opties voor het BIOS‐niveau opgeven.
Tabel 1. Navigation Keys Keys Navigation Up arrow Moves to the previous field. Down arrow Moves to the next field. Allows you to select a value in the selected field (if applicable) or follow the link in the field. Spacebar Expands or collapses a drop‐down list, if applicable. Moves to the next focus area. OPMERKING: For the standard graphics browser only. Moves to the previous page till you view the main screen.
Optie Beschrijving OPMERKING: Door de hoeveelheid geheugen die voor systeemgebruik is toegewezen, is de hoeveelheid “Beschikbaar geheugen” minder dan “Geïnstalleerd geheugen”. Bepaalde besturingssystemen kunnen mogelijk niet alle beschikbare geheugen gebruiken. Opstartvolgorde Deze lijst geeft de volgorde weer waarin de BIOS naar apparaten zoekt om een besturingssysteem te vinden om vanaf op te starten.
Optie Beschrijving • • Drives (Stations) Met deze optie kunt u diverse ingebouwde schijven in- of uitschakelen. Standaard staan de opties ingeschakeld. • • SMART Reporting (SMARTrapportage) SATA-0 SATA-1 Met dit veld wordt bepaald of fouten met de harde schijf voor de geïntegreerde apparaten tijdens het opstarten worden gerapporteerd. Deze technologie is onderdeel van de specificatie SMART (Self Monitoring Analysis en Reporting Technology).
Optie Beschrijving Klik op OK na het invullen van de wachtwoordgegevens. System Password Hiermee kunt u een wachtwoord voor de computer instellen, wijzigen of verwijderen (voorheen het primaire wachtwoord genoemd) Voor de schijf hoeft niet standaard een wachtwoord te worden ingesteld. • • • Vul het oude wachtwoord in. Vul het nieuwe wachtwoord in. Bevestig het nieuwe wachtwoord. Klik op OK na het invullen van de wachtwoordgegevens.
Optie Beschrijving TPM Security Met deze optie kunt u instellen of de TPM (Trusted Platform Module) in het systeem is ingeschakeld en zichtbaar is voor het besturingssysteem. TPM-beveiliging (standaard geselecteerd) OPMERKING: Activatie-, deactivatie- en wisopties worden niet beïnvloed als u de standaardwaarden van de setup-programma's laadt. Wijzigingen in deze optie worden onmiddellijk van kracht. TCM Security (TCMbeveiliging) Hiermee kunt u de TCM-beveiliging inschakelen of uitschakelen.
Tabel 5. Performance (Prestaties) Optie Beschrijving Multi Core Support (Ondersteuning meerdere kernen) Hiermee wordt gespecificeerd of er voor het proces één of alle kernen worden ingeschakeld. De performance van sommige applicaties zal met de extra kernen verbeteren. • • • Intel SpeedStep Alles (standaard geselecteerd) 1 2 'Hiermee kunt u de Intel SpeedStep-modus van de processor in- of uitschakelen.
Optie Beschrijving • Weekdays (Werkdagen) — Het systeem zal van maandag t/m vrijdag dagelijks op het hierboven gespecificeerde tijdstip opstarten. Select Day (Geselecteerde dagen) - Het systeem zal op de geselecteerde dagen op het hierboven gespecificeerde tijdstip opstarten. • It wasn OPMERKING: Deze functie werkt niet als u uw computer uitschakelt met de schakelaar op een stekkerdoos of een piekbeveiliger of als Auto Power (Automatisch inschakelen) is ingesteld op Disabled (Uitgeschakeld).
Tabel 7. POST Behavior (POST-gedrag) Optie Beschrijving Adapter Warnings Hiermee kunt u de waarschuwingsberichten van de System Setup (BIOS) in-/ uitschakelen wanneer u bepaalde stroomadapters gebruikt. Numlock LED Hiermee wordt aangegeven of de functie NumLock kan worden ingeschakeld wanneer het systeem opstart. • Keyboard Errors (Toetsenbordfouten) Hiermee wordt aangegeven of toetsenbord gerelateerde fouten worden gerapporteerd tijdens het opstarten.
Tabel 9. Draadloos Optie Beschrijving Wireless Switch (Schakelaar voor draadloze verbindingen) Met deze optie wordt bepaald wlke draadloos apparaat door de draadloze schakelaar kan worden bediend. • • • Wireless Device Enable (Draadloos apparaat inschakelen) WWAN WLAN Bluetooth Met deze optie kunnen interne draadloze apparaten worden in- of uitgeschakeld. • • • WWAN WLAN Bluetooth Tabel 10. Maintenance (Onderhoud) Optie Beschrijving Service Tag Dit toont het servicelabel van uw computer.
Optie Beschrijving OPMERKING: Dit veld is alleen relevant wanneer de optie Integrated NIC (Geïntegreerde netwerkkaart) in de groep System Configuration (Systeemconfiguratie) is ingesteld op Enabled with ImageServer (Ingeschakeld met ImageServer). Client DHCP (DHCP client) Hiermee geeft u op hoe de client het IP-adres verkrijgt.
Tabel 13. General (Algemeen) Optie Beschrijving System Information De volgende informatie over het moederbord wordt weergegeven: • • • • • Systeeminformatie - Geeft weer: BIOS-versie, de labels voor service, onderdeel, Eigenaarschap, datum eigenaarschap, productiedatum en de Express-servicecode. Geheugengegevens: geeft Geïnstalleerd geheugen, beschikbaar geheugen, geheugensnelheid, modus voor geheugenkanalen, geheugentechnologie, DIMM A-grootte, en de DIMM B-grootte weer.
Optie Beschrijving Date/Time (Datum/tijd) Hiermee kan de datum en tijd worden ingesteld. Wijzigingen aan de systeemdatum- en tijd worden direct van kracht. • • MM /DD /JJ HH: MM: SS: AM/PM Tabel 14. Systeemconfiguratie Optie Beschrijving Integrated NIC Deze optie reguleert de ingebouwde LAN-controller. • • • • SATA Operation (SATAwerking) Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de geïntegreerde controller van de SATAvaste schijf configureren.
Optie Beschrijving • Audio Enable Rear Quad USB 2.0 Ports (2x2.0) (Vier USB 2.0 poorten achterzijde inschakelen) Met dit veld kunt u de audio inschakelen. Enable Audio (Audio inschakelen) Miscellaneous Devices (Overige apparaten) Hiermee kunt u de diverse op de kaart ingebouwde apparaten in- of uitschakelen: • • • Enable/Disable Microphone (Microfoon in-/uitschakelen) Enable/Disable Camera (Camera in-/uitschakelen) Enable/Disable Media Card (Mediakaart in-/uitschakelen) Tabel 15.
Optie Beschrijving • • • Password Bypass Admin Password Max (Maximum beheerderwoord) System Password Min (Maximum systeemwachtwoord) System Password Max (Maximum systeemwachtwoord) Met deze optie kunt u tijdens het opnieuw opstarten van het systeem het System Password (Systeemwachtwoord (tijdens opstarten)) en het wachtwoord van de interne HDD omzeilen. • • Disabled (Uitgeschakeld): vraag altijd op het wachtwoord van het systeem en de interne HDD-schijf wanneer deze zijn ingesteld.
Optie Beschrijving • OROM Keyboard Access (Toegang tot OROM met toetsen) Hiermee bepaalt u of u de schermen voor de Option Read Only Memory (OROM)configuratie tijdens het opstarten via sneltoetsen opent. Deze instellingen voorkomen toegang tot de Intel RAID (CTRL+I) of Intel Management Engine BIOS Extentie (CTRL +P/F12).
Optie Beschrijving • Enable Intel SpeedStep (Intel SpeedStep inschakelen) (standaard geselecteerd) C States Control (C-standen beheren) Hiermee kunt u de aanvullende slaapstanden van de processor in- of uitschakelen: Intel TurboBoost Hiermee kunt u de Intel TurboBoost-modus van de processor in- of uitschakelen.
Optie Beschrijving Deep Sleep Control Hiermee kunt u de besturingen definiëren wanneer Deep Sleep (Diepe slaap) is ingeschakeld. • • • Disabled (Uitgeschakeld) Enabled in S5 only (Alleen ingeschakeld in S5) Enabled in S4 and S5 (Ingeschakeld in S4 en S5) Deze optie is standaard uitgeschakeld. Fan Control Override Reguleert de snelheid van de ventilator. • Ventilatiebesturing negeren (niet geselecteerd) OPMERKING: Als deze optie is ingeschakeld, draait de ventilator op volle snelheid.
Optie Beschrijving • POST Hotkeys (POSTsneltoetsen) Hiermee wordt aangegeven of er in het aanmeldscherm een melding wordt weergegeven over de toetsencombinatie waarmee het opstartoptiemenu van het BIOS kan worden geopend. • Fastboot Toetsenbord Foutdetectie inschakelen (standaard geselecteerd) F12 Boot Optiemenu inschakelen (standaard geselecteerd) Met deze opties kan het opstarten worden versneld door het overslaan van enkele compatibiliteitsstappen.
Optie Beschrijving SERR Messages Hiermee wordt het SERR-meldingsmechanisme bediend. Voor sommige grafische kaarten is vereist dat het SERR-meldingsmechanisme is uitgeschakeld. • SERR-meldingen Inschakelen (standaard geselecteerd) Tabel 23. Image Server Optie Beschrijving Lookup Method (Opzoekmethode) Hier geeft u aan hoe de ImageServer het adres van de server opzoekt.
Optie Beschrijving Client SubnetMask Hiermee geeft u het subnetmasker voor de client op. De standaardinstelling is 255.255.255.255. OPMERKING: Dit veld is alleen relevant wanneer de optie Integrated NIC (Geïntegreerde netwerkkaart) in de groep System Configuration (Systeemconfiguratie) is ingesteld op Enabled with ImageServer (Ingeschakeld met ImageServer) en wanneer Client DHCP op Static IP (Vast IP) staat. Client Gateway (Gateway van client) Hiermee geeft u het gateway-IP-adres van de client op.
11. Click Save to save the file on your computer. 12. Click Run to install the updated BIOS settings on your computer. Follow the instructions on the screen. System and Setup Password You can create a system password and a setup password to secure your computer. Password Type Description System password Password that you must enter to log on to your system. Setup password Password that you must enter to access and make changes to the BIOS settings of your computer.
Verwijderen of wijzigen van een bestaand wachtwoord voor het systeem en/of de installatie Zorg dat de Password Status (Wachtwoordstatus) in de systeeminstallatie ontgrendeld is voordat het wachtoord voor het systeem en/of de installatie gewijzigd wordt. U kunt geen van beide wachtwoorden verwijderen of wijzigen als de Password Status (Wachtwoordstatus) geblokkeerd is. Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer meteen op . 1.
Diagnostiek 4 Start bij problemen met uw computer eerst de ePSA diagnosefuncties voordat u met Dell contact opneemt voor technische assistentie. Het doel van het starten van deze diagnostische functies is het testen van de hardware van uw computer zonder extra apparatuur nodig te hebben of de kans te lopen om gegevens te verliezen. Als u het probleem niet zelf kunt oplossen, kunnen de medewerkers u op basis van de diagnosefuncties verder helpen om het probleem op te lossen.
Ingebouwde zelftest van de voeding Deze computer is voorzien van een ingebouwde zelftest van de voeding (BIST, power supply built in self-test) die u helpt tijdens het oplossen van problemen Alle voedingseenheden omvatten een zelftestmogelijkheid in een isolatiemodus. Bovenop de eenheid, waar de stroomconnector zich bevindt, ziet u een testknop en een LED-lampje. Klanten kunnen de gezondheid van het voedingssysteem testen door op de testknop te drukken.
Problemen oplossen 5 Eventuele problemen met uw computer kunt oplossen met aanduidingen, zoals diagnostische lampjes, piepcodes en foutmeldingen die eventueel tijdens het werken met de computer optreden. Belangrijke informatie OPMERKING: Gebruik het touchscreen niet in stoffige, warme of vochtige omgevingen.
Knipperend oranje ledlampje aan/uit Omschrijving van het probleem 2, 5 Het systeem bevindt zich mogelijk in de herstelmodus. Download en installeer het nieuwste BIOS van support.dell.com/support. 2, 6 De processor is mogelijk defect. 2, 7 Het geheugen is mogelijk defect. Plaats het geheugen opnieuw of plaats een andere geheugenmodule. 3,1 Het videoapparaat of subsysteem is mogelijk defect. 3,2 Het videosubsysteem is mogelijk defect. 3,3 Er is geen geheugenmodule gevonden.
Melding Beschrijving ng van Dell om dit probleem op te lossen). System fan failed (Storing in de ventilator) Possible fan failure (Mogelijke storing in de ventilator) CPU fan failure (Defecte processorventilator) Possible CPU fan failure (Mogelijke storing van de CPU-ventilator.) Hard-disk drive failure (Fout in vasteschijfstation) Mogelijk heeft zich tijdens POST een fout voorgedaan bij de vaste schijf.
Melding Beschrijving USB over current Koppel het USB-apparaat los. Het USB-apparaat heeft voor een optimale werking meer stroom error (USB gebruikt te nodig. Sluit het USB-apparaat aan op een externe stroombron of sluit, als het apparaat twee veel stroom) USB-kabels heeft, beide kabels aan. CAUTION - Hard S.M.A.R.T error or possible hard disk drive failure. Contact Dell and report the issue to a Drive SELF support technician. (S.M.A.R.T-fout of mogelijke storing van de vaste schijf.
6 Technische specificaties OPMERKING: Het aanbod kan per regio verschillen. Klik voor meer informatie over de configuratie van uw computer op Start. (Start-pictogram) → Help en Ondersteuning en selecteer vervolgens de optie om informatie over uw computer te bekijken. Tabel 25.
Tabel 28. Audio Functie Specificatie Controller Intel High Definition Audio met Waves MaxxAudio3 Luidspreker enkele 8-ohms luidsprekers in de linker- en rechterluidspreker (5 W gemiddeld per kanaal) ingebouwde luidsprekerversterker tot 15 W per kanaal Ondersteuning ingebouwde microfoon dubbel digitale microfoon Geluidsregelaars Knoppen voor geluid harder/zachter, programmamenu's en mediatoetsen op het toetsenbord Tabel 29.
Tabel 33. Poorten en aansluitingen Functie Specificatie Audio: • • • één line-out-connector één ingang voor audio/microfoon één poort voor hoofdtelefoon Netwerkadapter één RJ45-connector USB 2.0 vier USB 3.0 vier Video 15-pins VGA-aansluiting HDMI één 19-pins uitgangspoort Mediakaartlezer één 8-in-1 sleuf Tabel 34.
Tabel 37. Fysieke afmetingen Functie Specificatie Breedte 574,00 mm (22.60 inches) Hoogte 440,40 mm (17.34 inches) Diepte: Zonder basisstandaard 68,00 mm (2.68 inches) Met basisstandaard 220,00 mm (8.66 inches) Gewicht: Zonder basisstandaard 7,34 kg – 9,00 kg (16.18 lb – 19.84 lb) Met basisstandaard 9,34 kg – 11,20 kg (20.59 lb – 24.69 lb) OPMERKING: Het gewicht van uw computer kan afwijken, afhankelijk van de bestelde configuratie en de verschillende mogelijkheden van de fabrikant.
Functie Diagnostisch lampje voeding Specificatie Groen lampje: de voeding is ingeschakeld en werkt. De stroomkabel moet in de aansluiting (op de achterzijde van de computer) en in het stopcontact worden gestoken. Tabel 39.
Contact opnemen met Dell 7 U neemt als volgt contact op met Dell voor zaken op het gebied van verkoop, ondersteuning of klantenservice: 1. Ga naar support.dell.com. 2. Zoek naar uw land of regio in het vervolgkeuzemenu Choose a Country/Region (Kies een land/regio) onderaan de pagina. 3. Klik vervolgens aan de linkerzijde van de pagina op Contact opnemen. 4. Selecteer de gewenste service- of ondersteuningslink. 5. Selecteer de gewenste methode om contact met Dell op te nemen.