Edge Gateway 3001 Installatie- en bedieningshandleiding Model computer: Edge Gateway 3001 Regelgevingsmodel: N03G Regelgevingstype: N03G001
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product. WAARSCHUWING: EEN WAARSCHUWING duidt potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertelt u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: Een GEVAAR-KENNISGEVING duidt op een risico op schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden.
Inhoudsopgave 1 Overzicht........................................................................................................................................................... 5 2 Systeemaanzichten.........................................................................................................................................6 Bovenaanzicht..............................................................................................................................................................
6 Toegang en het bijwerken van BIOS.......................................................................................................... 58 Toegang tot BIOS-instellingen........................................................................................................................................................ 58 BIOS-installatie starten tijdens POST.......................................................................................................................................
Overzicht 1 De Edge Gateway 3000-serie is een Internet-of-Things (IoT)-apparaat. Dit is gemonteerd aan de rand van een netwerk, zodat u data van meerdere apparaten en sensoren kunt verzamelen, beveiligen, analyseren en verwerken. Hierdoor kunt u verbinding maken met apparaten die worden gebruikt in het vervoerswezen, gebouwautomatisering, productie en andere toepassingen.
2 Systeemaanzichten Bovenaanzicht Tabel 1. Bovenaanzicht Kenmerken 1 WLAN-, Bluetooth- of GPS-connector Sluit de antenne aan om het bereik en de sterkte van de draadloze signalen, de Bluetooth-signalen of de satellietsignalen te vergroten. 2 Mobile Broadband-antenneaansluiting één (3G/LTE) Sluit de mobiele breedbandantenne aan om het bereik en de sterkte van de mobiele breedbandsignalen te vergroten.
Onderaanzicht Tabel 2. Onderaanzicht Kenmerken 1 Aarding Een grote conductor aangesloten op één zijde van de voeding, die fungeert als het gemeenschappelijke retourcircuit voor stroom vanuit veel verschillende componenten in het circuit. Linkeraanzicht Tabel 3. Linkeraanzicht Kenmerken 1 Intrusieschakelaar Er wordt een incident van een inbreuk geactiveerd als de behuizing (waarin de Edge Gateway is geïnstalleerd) wordt geopend. OPMERKING: De externe behuizing is afzonderlijk verkrijgbaar.
Kenmerken OPMERKING: Voor marine toepassingen moet u het ingangsvoltage begrenzen op 12-48 VDC. De kabellengte voor rails mag niet langer zijn dan 30 meter. 3 Lampje voeding en batterijstatus Geeft de status van de voeding en het systeem aan. 4 Statuslampje van WLAN of Bluetooth Geeft aan of WLAN of Bluetooth is in- of uitgeschakeld. 5 Statuslampje cloudverbinding Geeft de status van de cloudverbinding weer.
Functie Lampje Kleur Besturingselement Status Aan: WLAN- of Bluetooth-module is ingeschakeld Cloud Groen Software Uit: geen verbinding met het cloudapparaat of de cloudservice Aan: Edge Gateway is aangesloten op een cloudapparaat of cloudservice Knipperend groen: activiteit met een cloudapparaat of cloudservice LAN (RJ-45) Koppeling Groen/oranje Driver (LAN) Uit: geen netwerkkoppeling of kabel is niet aangesloten Aan (groen): snelle verbinding (100 Mbps) Aan (oranje): langzame verbinding (10 Mb
OPMERKING: Pen 3 (IG) is verbonden met de ontstekingsstastusindicator (optioneel) of een ontstekingspin. Een spanning van meer dan 9 V op het signaal geeft aan dat de motor van het voertuig actief is. De ontsteking of de Wake-pincode wordt gebruikt om te voorkomen dat de accu van het voertuig wordt uitgeschakeld wanneer het voertuig voor langere duur wordt uitgeschakeld.
Tabel 7. Details over de pinnen in de GPIO-poort Pin 1 3 5 7 9 11 13 15 Signaal GPIO0 GPIO1 GPIO2 GPIO3 GPIO4 GPIO5 GPIO6 GPIO7 Pin 2 4 6 8 10 12 14 16 Signaal GND GND GND GND GND GND GND GND OPMERKING: GPIO0-naar-GPIO7-pinnen hebben een ingang/uitgang van 0-5 V en zijn digitale/analoge configureerbare pinnen. OPMERKING: De GPIO-poort wordt gevoed door de AD5593R van analoge apparaten.
Pin Signaal Eigenschappen 6 Niet van toepassing Niet van toepassing 7 Niet van toepassing Niet van toepassing 8 Niet van toepassing Niet van toepassing 9 Niet van toepassing Niet van toepassing 10 GND Aarde Pin Signaal Eigenschappen 1 Data– (– ) TX/RX-data 2 Data+ (+) TX/RX-data 3 Niet van toepassing Niet van toepassing 4 Niet van toepassing Niet van toepassing 5 GND Aarde 6 Niet van toepassing Niet van toepassing 7 Niet van toepassing Niet van toepassing 8 Niet va
Uw Edge Gateway installeren 3 GEVAAR: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de instructies voor de veiligheid en regelgeving te lezen die bij het systeem zijn geleverd. . Informatie over veiligheid en regelgeving GEVAAR: De Edge Gateway moet worden geïnstalleerd door erkende en deskundige personen die bekend zijn met lokale en/of internationale elektrische codes en voorschriften. GEVAAR: De Edge Gateway is niet geschikt voor gebruik in vochtige omgevingen.
Professionele installatie-instructies Installatiepersoneel Dit product is ontworpen voor specifieke applicaties en moet worden geïnstalleerd door gekwalificeerd personeel met kennis van RF en regelgevingen. De algemene gebruiker doet geen poging tot installeren en wijzigt de instellingen niet. Installatielocatie Het product dient te worden geïnstalleerd op een locatie waar de antenne in de normale werkende staat op 20 cm afstand van personen wordt geplaatst om te voldoen aan wettelijke RF-vereisten.
Waarschuwing van de FCC: • Wijzigingen of modificaties die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de partij die verantwoordelijk is voor naleving, kunnen ervoor zorgen dat de bevoegdheid van de gebruiker voor het bedienen van deze apparatuur wordt ingetrokken. • Deze zender mag niet worden gerangschikt of werken met andere antennes of zenders. Verklaring inzake stralingsblootstelling: Deze apparatuur voldoet aan de FCC-limieten voor blootstelling aan straling voor een ongecontroleerde omgeving.
Het instellen van uw Edge Gateway OPMERKING: Edge Gateway-bevestigingsopties zijn afzonderlijk verkrijgbaar. OPMERKING: Montage kan worden gedaan vóór of na het configureren van uw Edge Gateway. Voor meer informatie over het monteren van uw Edge Gateway, zie montage van uw Edge Gateway. OPMERKING: In sommige omgevingen waar de Edge Gateway kan worden geïnstalleerd, is een meer robuuste bevestigingsmethode vereist.
OPMERKING: Als u meerdere antennes installeert, moet u de volgorde aanhouden die is aangegeven in de volgende afbeelding.
4. Plaats de antenne door de roterende kop van de aansluiting vast te draaien totdat deze de antenne stevig op zijn plek houdt op de gewenste positie (rechtop of recht). OPMERKING: Antenneafbeeldingen zijn bedoeld voor illustratieve doeleinden. De werkelijke uiterlijke kenmerken kunnen verschillen van de afbeeldingen die worden geleverd. 5. Sluit alle gewenste kabels aan op de juiste I/O-poorten op de Edge Gateway. 6. Open de toegangsdeur van de micro-SIM-kaart of micro-SD-kaart. 7.
OPMERKING: Secundaire behuizingen zijn afzonderlijk verkrijgbaar. 10.
OPMERKING: Sluit uw systeem af voordat u de voedingsbronnen aanpast. 11. Vervang de stofkapjes op ongebruikte poorten. 12. Als u de Edge Gateway voor het eerst gaat instellen, moet u de installatie van het besturingssysteem voltooien. Voor meer informatie, zie Instellen van uw besturingssysteem. OPMERKING: MAC-adressen en het IMEI-nummer zijn beschikbaar op het label aan de voorzijde van de Edge Gateway. Verwijder het label tijdens het installeren.
Uw mobiele breedband-service activeren WAARSCHUWING: Plaats een micro-SIM-kaart voordat u de Edge Gateway aanzet. OPMERKING: Zorg ervoor dat de serviceprovider de micro-SIM-kaart al heeft geactiveerd voordat u deze in de Edge Gateway gebruikt. 1. Verwijder de schroef om de toegangsdeur van de micro-SIM-kaart te openen. 2. Plaats een micro-SIM-kaart in de bovenste micro-SIM-kaartsleuf. 3. Plaats de schroef en sluit de toegangsdeur van de micro-SIM-kaart. 4. Schakel de Edge Gateway in. 5.
Voorbeeld (3G): network-manager.nmcli con add type gsm ifname cdc-wdm0 con-name 3G_GSMDEMO apn internet d. Verbinding maken met het mobiele netwerk: Opdrachtregel: network-manager.nmcli con up Voorbeeld (Verizon): network-manager.nmcli con up VZ_GSMDEMO Voorbeeld (AT&T): network-manager.nmcli con up ATT_GSMDEMO Voorbeeld (3G): network-manager.nmcli con up 3G_GSMDEMO Ga als volgt te werk om de verbinding met het mobiele netwerk te verbreken: Opdrachtregel: network-manager.
OPMERKING: De bevestigingsbeugels zijn meegeleverd met alleen de schroeven die nodig zijn voor de bevestiging van de bevestigingsbeugels aan de Edge Gateway. 1. Bevestig de standaardbevestigingsbeugel aan de achterzijde van de Edge Gateway met behulp van de vier M4x4,5-schroeven. OPMERKING: Bevestig de schroeven op 8±0,5 kilogram-centimeter (17,64±1,1 pond-inch).
2. 24 Plaats de Edge Gateway tegen de muur en lijn de gaten in de standaardbevestigingsbeugel uit met de gaten in de muur. Schroefgaten op de beugel met een diameter van 3 mm (0,12 in).
3. Bevestig de standaardbevestigingsbeugel aan de muur en gebruik de schroefgaten boven de gaten in de beugel. Markeer de posities om de vier gaten te boren.
4. Boor vier gaten in de muur, zoals u zojuist hebt gemarkeerd. 5. Plaats en draai de vier schroeven (niet meegeleverd) in de muur. OPMERKING: Koop schroeven die passen bij de diameter van de schroefgaten.
6. Lijn de schroefgaten van de standaardbevestigingsbeugel uit met de schroeven en plaats de Edge Gateway tegen de muur.
7. 28 Draai de schroeven vast om de eenheid aan de muur te bevestigen.
De Edge Gateway monteren met de bevestigingsbeugel voor snelle montage De bevestigingsbeugel voor snelle montage is een combinatie van de standaardbevestigingsbeugel en de DIN-rail-beugel. Hiermee kunt u de Edge Gateway eenvoudig monteren en demonteren. OPMERKING: De bevestigingsbeugels worden geleverd met alleen de schroeven die nodig zijn voor het bevestigen van de bevestigingsbeugels aan de Edge Gateway.
Montage-instructies 1. 30 Plaats de standaardbevestigingsbeugel tegen de muur en gebruik de gaten boven de schroefgaten in de beugel om de positie aan te geven waar u de vier gaten dient te boren.
2. Boor vier gaten in de muur zoals aangegeven. 3. Steek vier schroeven (niet meegeleverd) in de gaten in de muur en draai deze vast. OPMERKING: Koop schroeven die passen bij de diameter van de schroefgaten.
4. 32 Lijn de schroefgaten in de standaardbevestigingsbeugel uit met de schroeven in de muur en laat de beugel op de schroeven rusten.
5. Draai de schroeven vast om de eenheid aan de muur te bevestigen.
6. Lijn de schroefgaten in de DIN-rail-beugel uit met de schroefgaten aan de achterkant van de Edge Gateway. 7. Plaats de twee M4x5-schroeven op de DIN-railbeugel en bevestig deze aan de Edge Gateway.
8. Plaats de Edge Gateway onder een hoek op de standaardbevestiging en trek dan de Edge Gateway naar beneden om de veren aan de bovenkant van de DIN-rail-beugel samen te drukken.
9. 36 Duw de Edge Gateway in de richting van de DIN-rail om deze aan de standaardbevestigingsbeugel te bevestigen.
OPMERKING: Zie DIN-rail demonteren voor meer informatie over het demonteren van de DIN-rail. Aansluiten van de kabelgoten aan de standaardbevestigingsbeugel 1. Monteer de Edge Gateway aan de muur met de standaard-montagebeugel of snelle-bevestigingsbeugel. 2. Plaats de kabelgoot op de montagebeugel en bevestig die aan de inkeping. WAARSCHUWING: Gebruik de kabelgoot voor de bovenste kabel alleen met coaxiale kabelverbindingen. Niet voor gebruik met antennes. 3.
5. Sluit de kabels aan op de Edge Gateway. 6. Lus de kabelvergrendeling (niet meegeleverd) om elke kabel aan de kabelgoot te bevestigen.
De Edge Gateway monteren op een DIN-rail met behulp van de beugel voor de DIN-rail OPMERKING: De beugel voor de DIN-rail bevat de schroeven die nodig zijn voor het bevestigen van de beugel aan de Edge Gateway. 1. Lijn de schroefgaten in de beugel voor de DIN-rail uit met de schroefgaten aan de achterzijde van de Edge Gateway. 2. Plaats de twee M4x5-schroeven op de DIN-railbeugel en bevestig deze aan de Edge Gateway.
3. Bevestig de DIN-railbeugel aan de Edge Gateway met behulp van de twee meegeleverde M4x5-schroeven. OPMERKING: Koppel de schroeven bij 8+0,5 kilogram-centimeter (17,64±1,1 pond-inch) op de bevestigingsbeugel van de DINrail.
4. Plaats de Edge Gateway op de DIN-rail onder en duw vervolgens de Edge Gateway omlaag om de veren aan de bovenzijde van de bevestigingsbeugel van de DIN-rail in te duwen. 5. Duw de Edge Gateway in de richting van de DIN-rail om de onderste klem van de beugel aan de DIN-rail te bevestigen. OPMERKING: Zie DIN-rail demonteren voor meer informatie over het demonteren van de DIN-rail.
De Edge Gateway met behulp van de loodrechte montagebeugel monteren OPMERKING: De loodrechte montagebeugel is alleen geschikt voor montage in een DIN-rail. OPMERKING: Er wordt een ruimte van 63,50 mm (2,50 in) rondom de Edge Gateway aanbevolen voor optimale luchtcirculatie. Zorg ervoor dat de omgevingstemperatuur waarin de Edge Gateway is geïnstalleerd niet hoger is dan de bedrijfstemperatuur van de Edge Gateway.
3. Lijn de schroefgaten op de DIN-rail uit met de schroefgaten op de loodrechte montagebeugel en draai de twee schroeven aan. OPMERKING: Bevestig de schroeven op 8±0,5 kilogram-centimeter (17,64±1,1 pond-inch).
4. Plaats de Edge Gateway op de DIN-rail onder een hoek en duw vervolgens de Edge Gateway omlaag om de veren aan de bovenzijde van de bevestigingsbeugel van de DIN-rail in te duwen. 5. Duw de Edge Gateway in de richting van de DIN-rail om de onderste klem van de beugel aan de DIN-rail vast te klikken.
6. Maak de Edge Gateway aan de DIN-rail vast. Montage van de Edge Gateway met behulp van een VESA-montagebeugel De Edge Gateway kan worden gemonteerd op een standaard VESA-beugel (75 x 75 mm). OPMERKING: De VESA-bevestigingsoptie wordt afzonderlijk verkocht. Raadpleeg voor VESA-bevestigingsinstructies de documentatie bij de VESA-beugel.
De ZigBee-dongle instellen 4 WAARSCHUWING: Sluit de ZigBee-dongle niet aan als de Edge Gateway in de behuizing is geplaatst. 1. Schakel uw Edge Gateway uit. 2. Sluit de ZigBee-dongle aan op een externe USB-poort op uw Edge Gateway. 3. Schakel uw Edge Gateway in en voltooi de installatie. OPMERKING: Voor meer informatie over de ontwikkeling van de ZigBee zie www.silabs.com.
Het besturingssysteem installeren 5 WAARSCHUWING: Om te voorkomen dat het besturingssysteem plotseling uitvalt, kunt u het besturingssysteem de Edge Gateway laten afsluiten. De Edge Gateway wordt geleverd met een van de volgende besturingssystemen: • Windows 10 IoT Enterprise LTSB 2016 • Ubuntu Core 16 OPMERKING: Zie msdn.microsoft.com voor meer informatie over Windows 10-besturingssystemen. OPMERKING: Zie www.ubuntu.com/desktop voor meer informatie over het Ubuntu Core 16-besturingssysteem.
Basisfuncties van Windows 10 IoT Enterprise LTSB 2016 BIOS-update Zie Toegang tot de BIOS en die bijwerken voor meer informatie over het bijwerken van de BIOS. Watchdog Timer De Watchdog Timer voor Windows 10 IoT Enterprise LTSB 2016 wordt geregeld door de BIOS-instelling. De Watchdog Timer wordt in- en uitgeschakeld onder de BIOS-instelling Watchdog Timer. OPMERKING: Voor meer informatie over de BIOS-instellingen op de Edge Gateway, zie Standaard BIOS-instellingen.
2. Selecteer Netwerk & Internet. 3. Zoek de WWAN-verbinding in het gedeelte Wi-Fi en selecteer de vermelding om de WWAN-adapter aan te sluiten of los te koppelen. Ubuntu Core 16 Overzicht Ubuntu Core 16 is een Linux OS-distributie dat een geheel nieuw mechanisme is voor het beheren van IoT-systemen en applicaties daarvan. Voor meer informatie over Ubuntu Core 16 OS, zie • www.ubuntu.com/cloud/snappy • www.ubuntu.
OPMERKING: Controleer of er een nieuwere versie van de software beschikbaar is. Zie het Bijwerken van het besturingssysteem en de toepassingen voor meer informatie over het controleren op updates.
Ethernet (poort 1, eth0) Uw scherm zou moeten lijken op het scherm hieronder na het uitvoeren van de opdracht ifconfig ervan uitgaande dat u een Ethernetkabel hebt aangesloten op poort 1 die geschikt is voor internet. Als de WLAN en Bluetooth niet zijn geconfigureerd, worden deze niet weergegeven in de netwerkapparaatlijst. admin@localhost:~$ ifconfig Na de opdracht ifconfig: eth0 lo Link encap:Ethernet HWaddr 74:e6:e2:e3:0f:12 inet addr:192.168.28.216 Bcast:192.168.28.255 Mask:255.255.255.
Voer het volgende op de opdrachtprompt in om het systeem te voorzien van de sleutel voor het toegangspunt. $>: network-manager.nmcli con modify wifi-sec.psk Voorbeeld: $>: network-manager.nmcli con modify testwifi wifi-sec.psk happy Voer het volgende op de opdrachtprompt in om de verbinding weer te geven (stelt het systeem in staat om verbinding te maken met het toegangspunt en een IP-adres te verkrijgen). $>: network-manager.nmcli con up id Voorbeeld: $>: network-manager.
Tabel 12. Bedieningsmoduswaarden voor WLAN en Bluetooth Bedieningsmoduswaarde WiFi-station BT/BLE-modi ondersteund 1 N.v.t. X 1 N.v.t. 13 X 14 5 X 6 softAP Clients ondersteund door softAP N.v.t. X 32 Dual (BT classic en BTLE) N.v.t. Dual (BT classic en BTLE) X 4 BT Classic N.v.t.
Uitvoering van opdracht: admin@localhost:$ systemctl show | grep –i watchdog Retourneert: RuntimeWatchdogUSec=10s ShutdownWatchdogUSec=10min OPMERKING: De standaardwaarde is 10. De werkelijke waarde moet groter zijn dan 0. Ubuntu Core 16 herstellen Wanneer het besturingssysteem wordt teruggezet naar de fabriekskopie, wordt alle data van het systeem verwijderd.
Procedure 1. Steek de USB-stick in de USB-poort op de Edge Gateway. 2. Schakel de Edge Gateway in. 3. De Edge Gateway start op via het USB-flashstation en flasht het Ubuntu Core-installatie-image automatisch in de opslag. OPMERKING: Wanneer de installatie-images naar de opslag worden geflashed, brandt de LED ononderbroken groen en knippert de cloud-LED groen. 4. Het systeem wordt uitgeschakeld nadat de installatie is voltooid. OPMERKING: De installatie neemt ongeveer 3 minuten in beslag. 5.
Ubuntu Core 16 is op uw Edge Gateway geïnstalleerd. Het USB-flash-station voor herstel maken Vereisten: • De servicetag van de Edge Gateway • Een Windows-computer met administrator-rechten en ten minste 8 GB aan vrije opslagruimte om het Dell ISO-herstelimage te downloaden • Een lege USB-stick met ten minste 8 GB opslagruimte. Deze stappen wissen alle gegevens op het USB-flashstation. • .NET Framework 4.5.2 of hoger 1.
Toegang en het bijwerken van BIOS 6 Toegang tot BIOS-instellingen Gebruik Dell Command | Configure (DCC) om toegang te krijgen tot de BIOS-instellingen Dell Command | Configure (DCC) is een in de fabriek geïnstalleerde toepassing op de Edge Gateway die helpt om de BIOS-instellingen te configureren. Het bestaat uit een opdrachtregelinterface (CLI) voor het configureren van diverse BIOS-functies. Zie www.dell.com/ dellclientcommandsuitemanuals voor meer informatie over DCC.
via het USB-aanroepscript De Edge Gateway 3000-serie wordt geleverd met headless-configuraties - dat zijn configuraties zonder enige video-uitvoer. Bepaalde elementaire systeembeheertaken werden voorheen uitgevoerd door het BIOS Setup-programma en zijn niet mogelijk zonder video. Edge Gateways hebben om die systeembeheertaken uit te voeren daarom een faciliteit zodat een aanroepscript voor BIOS-commando's kan worden aangeroepen via een USB-stick.
Met een internetverbinding 1. Aansluiten en aanmelden op de Edge Gateway. OPMERKING: Aansluiten en aanmelden op de Edge Gateway met één van deze opties: • Externe systeemconfiguratie (alleen voor de Edge Gateway 3001 en 3002) 2. Controleer de huidige BIOS-gegevens. $sudo uefi-fw-tools.fwupdmgr get-devices 3. Controleer of de update beschikbaar is via de LVFS-service. $sudo uefi-fw-tools.fwupdmgr refresh 4. Download de BIOS van www.dell.com/support. $sudo uefi-fw-tools.fwupdmgr get-updates 5.
BIOS-niveau 2 BIOS-niveau 3 Miscellaneous Devices Ondersteuning voor Watchdog Timer Ondersteuning voor Watchdog Timer Onderdeel Standaardwaarde USB 3.
BIOS-niveau 2 BIOS-niveau 3 Onderdeel Standaardwaarde PPI overslaan voor inschakelen opdrachten [inschakelen/ uitschakelen] Disabled (uitgeschakeld) PPI overslaan voor uitschakelen Disabled (uitgeschakeld) opdrachten [inschakelen/ uitschakelen] Attestation inschakelen [inschakelen/uitschakelen] Enabled (ingeschakeld) Sleutelopslag inschakelen [inschakelen/uitschakelen] Enabled (ingeschakeld) SHA-256 [inschakelen/ uitschakelen] Enabled (ingeschakeld) Wissen [inschakelen/ uitschakelen] Disabled (
Energiebeheer (BIOS-niveau 1) Tabel 18.
Onderhoud (BIOS-niveau 1) Tabel 21.
Gebruikstips 7 In aanvulling op de Installatie- en bedieningshandleiding, kunt u de volgende documenten bekijken op www.dell.com/support/manuals..
8 Bijlage Antennespecificaties De Edge Gateway is vakkundig geïnstalleerde apparatuur. Het uitgangsvermogen van de radiofrequentie overschrijdt niet de maximale toegestane limiet in het land van gebruik. WAARSCHUWING: Niet-geautoriseerde antennes, aanpassingen of hulpstukken kunnen het apparaat beschadigen en mogelijk internationale voorschriften schenden. OPMERKING: Gebruik uitsluitend de meegeleverde of een goedgekeurde reserveantenne.
Herbevestigen van de DIN-railbeugel 1. Trek de Edge Gateway naar beneden om die uit de DIN-railbeugel te halen. 2. Til de Edge Gateway-beugel van de DIN-rail. Verbinding maken met de Edge Gateway Windows 10 IoT Enterprise LTSB 2016 Opstarten en inloggen – Externe systeemconfiguratie OPMERKING: Uw computer moet zich in hetzelfde subnet bevinden als de Edge Gateway. 1. Sluit een netwerkkabel van de ethernetpoort op de Edge Gateway aan op een DHCP-netwerk of een router met IP-adressen.
3. Op het tabblad Netwerken klikt u op Internet Protocol versie 4 (TCP/IPv4) → Eigenschappen. 4. Selecteer Het volgende IP-adres gebruiken, voer vervolgens 192.168.2.x in (waarbij x staat voor het laatste cijfer van het IPadres, bijv. 192.168.2.2). OPMERKING: Stel het IPv4-adres niet in op hetzelfde IP-adres als de Edge Gateway. Gebruik een IP-adres tussen 192.168.2.2 en 192.168.2.254. 5. Voer het subnetmasker 255.255.255.0 in en klik vervolgens op OK. 6.