CEL-SX2RA280 HD Camcorder Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING MET BETREKKING TOT AUTEURSRECHTEN: Als u zonder toestemming opnamen maakt van materialen waarop auteursrechten rusten, wordt mogelijk inbreuk gemaakt op de rechten van de houders van de auteursrechten en op auteursrechtwetten. 2 Informatie over handelsmerken • • • • • • • • • • Het SD-, SDHC- en SDXC-logo zijn handelsmerken van SD-3C, LLC. Microsoft en Windows zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de VS en/of andere landen.
Belangrijkste punten van de camcorder De Canon XA15 / XA11 HD Camcorder is een camcorder die krachtige prestaties levert. Het compacte formaat maakt deze camcorder bovendien geschikt voor een groot aantal opnamesituaties. De functies hieronder zijn slechts een paar voorbeelden van de vele mogelijkheden van deze camcorder. HD-opnamen maken Bedieningsgemak HD CMOS-PRO-sensor en DIGIC DV 4-beeldprocessor Uiterst veelzijdig De camcorder is uitgerust met een CMOSsensor van het type 1/2.
AVCHD/MP4-opname en dubbele opname Als u opnamen maakt, kunt u kiezen tussen de AVCHD-indeling en MP4-indeling (A 33). U kunt ook dubbele opname gebruiken (A 41) om dezelfde scène op te nemen op beide geheugenkaarten en zelfs in verschillende indelingen opnamen maken op beide geheugenkaarten. Dubbele opname is een handige functie, bijvoorbeeld om van uw opnamen een back-up te maken.
Inhoudsopgave 1 Inleiding 8 Over deze handleiding 8 Conventies die in deze handleiding worden gebruikt 8 Bijgeleverde accessoires 10 Namen van onderdelen 11 2 Voorbereidingen 16 Bevestiging van de ferrietkern 16 De accu opladen 16 De camcorder voorbereiden 19 De microfoonhouder-unit aansluiten 19 De hendel-unit bevestigen 19 Gebruik van de zonnekap en lenskap 20 De zoeker gebruiken 20 Het LCD-scherm instellen 21 Handgreepriem en overige riemen 22 Basisbediening van de camcorder 24 De camcorder aan- en uit
De microfoondemper activeren (INPUT-aansluitpunten) 74 Gebruik van de ingebouwde microfoon of van een externe microfoon die aangesloten is op het MIC-aansluitpunt 75 Van invoer wisselen (MIC-aansluitpunt) 75 Audioscènes 75 Audio-opnameniveau (ingebouwde microfoon/MIC-aansluitpunt) 76 Microfoonrichting (ingebouwde microfoon) 77 Audio-equalizer (ingebouwde microfoon) 78 Windscherm (ingebouwde microfoon) 78 Microfoondemper (Ingebouwde microfoon) 79 Lage-tonenfilter (MIC-aansluitpunt) 79 Microfoondemper (MIC
Foto’s kopiëren vanuit het indexscherm 112 Films converteren naar de MP4-indeling 113 Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder 114 In High-Definition 114 In Standard-Definition 114 9 Overige informatie 116 Bijlage: Menuopties - Overzicht 116 FUNC.
Over deze handleiding 1 Inleiding Inleiding Over deze handleiding 8 Bedankt dat u hebt gekozen voor de Canon XA15 / XA11. Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u de camcorder gebruikt en bewaar deze zodat u de handleiding later na kunt slaan. Mocht uw camcorder niet goed werken, raadpleeg dan Problemen oplossen (A 130). Conventies die in deze handleiding worden gebruikt • • • • • • • • BELANGRIJK: voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben op de bediening van de camcorder.
Over deze handleiding De drie pictogramcombinaties geven de bedieningsstand aan en of een functie in die stand beschikbaar is. : geeft de filmindeling aan. Raadpleeg De filmindeling selecteren (AVCHD/MP4) (A 34) voor meer informatie. : geeft aan of de camcorder in de opnamestand (CAMERA) of afspeelstand (MEDIA) staat. In dit voorbeeld is de functie alleen beschikbaar in de stand . Raadpleeg De camcorder aan- en uitzetten (A 24) voor meer informatie. : geeft de cameramodus aan.
Bijgeleverde accessoires Bijgeleverde accessoires De volgende accessoires worden bij de camcorder geleverd: 10 Compacte netadapter CA-570 (incl. netsnoer en ferrietkern) Accu BP-820 Microfoonhouder-unit (incl. schroeven) Hendel-unit (incl.
Namen van onderdelen Namen van onderdelen Aanzicht linkerzijde 11 2 3 1 4 5 1 2 3 4 5 6 7 6 7 8 Schakelaar lensbescherming (A 35) Geheugenkaartsleuf 2 (A 32) Geheugenkaartsleuf 3 (A 32) u-knop (opname bekijken) (A 39)/ toewijzingsknop 5 (A 90) Zonnekap (A 20) Scherpstel-/zoomring (A 46, 51) CUSTOM-regelaar (voorkeuzefuncties) (A 89) 9 10 11 CUSTOM-knop (voorkeuzefuncties) (A 89) 9 INFRARED-schakelaar (infrarood) (A 86) 10 Afdekplaatje dubbele geheugenkaartsleuf 11 DISP.
Namen van onderdelen Aanzicht rechterzijde 1 12 8 9 10 6 2 7 3 4 5 1 2 3 4 Ingebouwde luidspreker (A 94) MIC-aansluitpunt (microfoon) (A 71) HDMI OUT-aansluitpunt (A 101, 102) REMOTE-aansluitpunt (afstandsbediening) Voor aansluiting van commercieel verkrijgbare afstandsbedieningen.
Namen van onderdelen Vooraanzicht 13 1 6 Achteraanzicht 4 5 7 8 9 2 3 10 11 12 13 14 15 1 2 3 4 5 6 Instant AF-sensor (A 48, 143) AF/MF-knop (A 46)/ toewijzingsknop 1 (A 90) PRE REC-knop (vooropname) (A 84)/toewijzingsknop 2 (A 90) LCD-touchscreen (A 21, 25) Scherpstel-/zoomringschakelaar (A 46, 51) Zoeker (A 20) 7 8 9 10 11 12 13 14 15 Oogcorrectieregelaar (A 20) Joystick (A 26)/SET-knop (A 26) Riembevestigingspunt (A 22) Toewijzingsknop 3 (A 90) Toewijzingsknop 4 (A 90) Accuaansluitpunt (A 16
Namen van onderdelen Bovenaanzicht Onderaanzicht 3 14 9 4 5 1 6 2 7 10 11 12 8 1 2 3 4 5 6 7 Aan/uit-schakelaar (A 24) POWER/CHG-indicator (opladen accu) (A 16) Ingebouwde stereomicrofoon (A 71) Accessoireschoen Keuzeschakelaar (A 25) Zoomtuimelschakelaar van camcorder (A 52) ACCESS-indicator (status geheugenkaart) (A 35) Hendel-unitbevestiging (A 19) Bevestigingsindexmarkering van zonnekap 10 Statiefbevestiging Voor het bevestigen van de camcorder op een statief met een bevestigingsschroef va
Namen van onderdelen Hendel-unit 2 3 4 5 6 7 8 9 10 15 1 11 1 2 3 4 5 6 7 8 12 13 14 Microfoonhouder-unit (A 71) Borgschroef microfoon (A 71) Accessoireschoen Voor de aansluiting van accessoires.
Bevestiging van de ferrietkern 2 Voorbereidingen Voorbereidingen Bevestiging van de ferrietkern Bevestig de bijgeleverde ferrietkern voordat u de compacte netadapter op de camcorder aansluit. 16 Bevestig de ferrietkern op de kabel en houd hierbij een afstand van circa 6 cm aan tot de DC-stekker (de stekker die wordt aangesloten op het DC IN-aansluitpunt). Leid de kabel door het midden van de kern en wikkel de kabel rondom de kern (zie de afbeelding). Sluit vervolgens de unit totdat deze dicht klikt.
De accu opladen 5 Het laden begint zodra de camcorder is uitgeschakeld. POWER / CHG-indicator (opladen accu) • Als de camcorder ingeschakeld was, zal de groene POWER/CHG-indicator uitgaan zodra u de camcorder uitzet. Na korte tijd gaat de POWER/CHG-indicator branden in een rode kleur (accu bezig met opladen). De rode POWER/CHG-indicator gaat uit zodra de accu volledig is opgeladen. • Knippert de indicator snel, raadpleeg dan Problemen oplossen (A 132).
De accu opladen BELANGRIJK 18 • Zet de camcorder uit voordat u de compacte netadapter aansluit of verwijdert. Nadat u de camcorder hebt uitgezet, worden belangrijke gegevens opgeslagen op de geheugenkaart. Wacht totdat de groene POWER/CHG-indicator uitgaat. • Gebruikt u de compacte netadapter, bevestig deze dan deze niet permanent op één plaats omdat dit een storing kan veroorzaken.
De camcorder voorbereiden De camcorder voorbereiden In dit hoofdstuk worden de basisvoorbereidingen voor de camcorder beschreven, zoals het bevestigen van de hendel-unit en zonnekap, en het instellen van de zoeker en het LCD-scherm. Let er bij aansluiting van de zonnekap, handgreepriem en andere riemen op dat u de camcorder niet laat vallen. Plaats de camcorder daarom op een tafel of ander stabiel oppervlak.
De camcorder voorbereiden Gebruik van de zonnekap en lenskap Tijdens het maken van opnamen is de bijgeleverde zonnekap een handig hulpmiddel voor vermindering van strooilicht dat de oorzaak kan zijn van reflecties in het optiek en van spookbeelden. Sluiting van de lensbescherming voorkomt bovendien vingerafdrukken en opeenhoping van vuil. 20 1 Verwijder de lenskap.
De camcorder voorbereiden • Als u een bril draagt, is het gebruik van de zoeker wellicht makkelijker als u de buitenste rand van de oogschelp omklapt tegen de camcorderbehuizing. 21 OPMERKINGEN • U kunt het LCD-scherm en de zoeker niet tegelijk gebruiken. Sluit het LCD-paneel als u de zoeker wilt gebruiken. • Zorg ervoor dat u de oogschelp aangesloten laat wanneer u de camcorder gebruikt.
De camcorder voorbereiden • Over het LCD-scherm en het zoekerscherm: de schermen zijn geproduceerd met uiterst verfijnde technieken. Meer dan 99,99% van de pixels functioneert correct. In zeer zeldzame gevallen kan het voorkomen dat pixels niet goed werken of permanent als witte punten worden getoond. Dit heeft geen gevolgen voor het opgenomen beeld en duidt niet op een defect. 22 Handgreepriem en overige riemen Maak de handgreepriem vast.
De camcorder voorbereiden Een optionele schouderriem bevestigen Voer de uiteinden van de schouderriem door het riembevestigingspunt op de handgreepriem en stel de lengte van de riem bij.
Basisbediening van de camcorder Basisbediening van de camcorder De camcorder aan- en uitzetten U kunt de camcorder aanzetten in de stand CAMERA ( ) om opnamen te maken of in de stand MEDIA ( ) om opnamen af te spelen. Selecteer de stand met de aan/uit-schakelaar. 24 De camcorder aanzetten Zet de aan/uit-schakelaar op CAMERA voor de stand (A 35) of MEDIA voor de stand (A 93). stand De camcorder uitzetten Zet de aan/uit-schakelaar op OFF.
Basisbediening van de camcorder De cameramodus instellen Bij het maken van opnamen kunt u de cameramodus kiezen die het beste past bij uw opnamestijl. 25 Auto-stand Stel de keuzeschakelaar in op N. In deze stand verzorgt de camcorder alle instellingen terwijl u zich kunt concentreren op het maken van de opnamen (A 35). Deze bedieningsstand is geschikt als u zich niet wilt bekommeren om gedetailleerde camcorderinstellingen. Handmatige stand Stel de keuzeschakelaar in op n.
Basisbediening van de camcorder Slepen 26 Schuif uw vinger omhoog of omlaag of naar links of naar rechts over het scherm. Wordt gebruikt om door menu's te scrollen, door de pagina's van een indexscherm te bladeren of om schuifregelaars zoals voor het volume in te stellen. Op sommige schermen kunt u hetzelfde effect bereiken door de driehoekige knoppen op het scherm aan te raken. BELANGRIJK • De camcorder maakt gebruik van een capacitief touchscreen.
Eerste instellingen Eerste instellingen De datum en tijd instellen U dient de datum en tijd van de camcorder in te stellen voordat u de camcorder kunt gebruiken. Het scherm [Date/Time/Datum/ Tijd] (scherm voor het instellen van datum en tijd) verschijnt automatisch als de klok van de camcorder niet is ingesteld. Bedieningsstanden: 1 Gebruik de aan/uit-schakelaar om de camcorder aan te zetten. • Het scherm [Date/Time/Datum/Tijd] verschijnt.
Eerste instellingen De taal wijzigen De standaardtaal van de camcorder is Engels. U kunt 27 andere talen kiezen. Raadpleeg Instellingsmenu's (A 30) voor meer informatie over het doorbladeren van het menu voor deze procedure. 28 Bedieningsstanden: 1 Open het scherm [Taal ]. [FUNC.] > [MENU] > q > [Taal ] • Aanraken van [FUNC.] is alleen nodig wanneer u de procedure uitvoert in de stand . 2 Raak de gewenste taal aan en raak vervolgens [OK] aan. 3 Raak [X] aan om het menu te sluiten.
Eerste instellingen Gebruik van de menu's Veel camcorderfuncties kunt u instellen met het FUNC.-menu en de instellingsmenu’s. Raadpleeg de bijlage Menu-opties - Overzicht (A 116) voor meer informatie over de beschikbare menuopties en instellingen. FUNC.-menu In de stand 29 : Bedieningsstanden: U kunt het FUNC.-menu op drie manieren openen: door [FUNC.] op het scherm aan te raken, door op de FUNC.-knop te drukken of door tegen de joystick te duwen (Ý/Þ) om [FUNC.
Eerste instellingen Instellingsmenu’s In deze handleiding wordt de navigatie in de instellingsmenu’s aangeduid met bedieningshandelingen op het touchscreen, maar de navigatie kan ook worden gedaan met de joystick en andere knoppen. In de onderstaande procedure wordt beschreven hoe beide methoden kunnen worden gebruikt. Raadpleeg, indien nodig, dit hoofdstuk opnieuw als u meer wilt weten over het gebruik van de joystick.
Een geheugenkaart gebruiken Een geheugenkaart gebruiken Geheugenkaarten die u met de camcorder kunt gebruiken U kunt met deze camcorder gebruikmaken van de volgende soorten in de winkel verkrijgbare SD-kaarten (Secure Digital). We raden aan om geheugenkaarten te gebruiken van klasse 4, 6 of 10*. In juni 2017 is de filmopnamefunctie getest met SD/SDHC/SDXC-kaarten die zijn gemaakt door Panasonic, Toshiba en SanDisk.
Een geheugenkaart gebruiken Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen U moet een geheugenkaart altijd eerst initialiseren (A 32) voordat u deze met de camcorder kunt gebruiken. 1 Zet de camcorder uit. • Controleer of de POWER/CHG-indicator uit is. 32 2 Open het afdekplaatje van de dubbele geheugenkaartsleuf. 3 Steek de geheugenkaart in zijn geheel, met het label naar de voorzijde van de camcorder gericht, recht in een van de geheugenkaartsleuven.
Een geheugenkaart gebruiken 3 Raak [Ja] aan. • Als u de optie [Initalisatie voltooien] hebt geselecteerd, dan kunt u [Annuleren] aanraken als u de initialisatie wilt stopzetten terwijl deze wordt uitgevoerd. Alle opnamen worden gewist en de geheugenkaart kan zonder probleem worden gebruikt. 4 Raak [OK] aan en raak vervolgens [X] aan. BELANGRIJK • Initialisatie van een geheugenkaart houdt in dat alle opnamen permanent worden gewist. Verloren geraakte opnamen kunt u dan niet meer terughalen.
De filmindeling selecteren (AVCHD/MP4) De filmindeling selecteren (AVCHD/MP4) U kunt films opnemen in de AVCHD-indeling of de MP4-indeling. AVCHD-films zijn ideaal om af te spelen met een fantastische beeldkwaliteit. MP4-films zijn veelzijdig en kunnen gemakkelijk worden afgespeeld op smartphones en tablets of worden geüpload naar het web. Bedieningsstanden: 34 1 Open het scherm [Filmindeling]. [FUNC.] > [MENU] > > [Filmindeling] 2 Selecteer de gewenste filmindeling. 3 Raak [X] aan.
3 Films en foto’s maken Opname Opname Films en foto’s maken U kunt selecteren welke geheugenkaart u wilt gebruiken voor het maken van films en foto's (A 33). Raadpleeg Audio opnemen (A 71) voor meer informatie over het opnemen van audio. Mocht de camcorder niet goed werken, raadpleeg dan Problemen oplossen (A 130). AANDACHTSPUNTEN • Voordat u met opnemen begint, kunt u het beste eerst een testopname maken om te controleren of de camcorder goed functioneert.
Films en foto’s maken Nadat u klaar bent met het maken van opnamen 1 Zet de schakelaar van de lensbescherming op CLOSED om de lensbescherming te sluiten. 2 Controleer of de ACCESS-indicator uit staat. 3 Zet de aan/uit-schakelaar op OFF. 4 Sluit het LCD-paneel en klap de zoeker in. 36 Smart AUTO Bij het maken van opnamen in de stand detecteert de camcorder automatisch bepaalde kenmerken van het onderwerp, de achtergrond, lichtomstandigheden, etc.
Films en foto’s maken Intelligent IS Met Intelligent IS kan de camcorder de beste optie voor beeldstabilisatie selecteren op basis van uw opnamemethode. Het pictogram van Intelligent IS verandert in een van de volgende pictogrammen. In de stand en kunt u de beeldstabilisatie handmatig instellen (A 55).
Films en foto’s maken OPMERKINGEN 38 • De START/STOP-knop op de hendel-unit is uitgerust met een grendel om te voorkomen dat u de camcorder per abuis bedient. Zet de grendel op C wanneer u niet wilt dat u tijdens het maken van opnamen per abuis een pauze inlast of wanneer u niet van plan bent deze START/STOP-knop te gebruiken. Zet de grendel terug naar de vorige positie als u de START/STOP-knop weer wilt gebruiken. • Wanneer u de optie [FUNC.
Films en foto’s maken De laatst opgenomen scène bekijken U kunt, zonder over te schakelen naar de stand , de laatste 4 seconden bekijken van de opname die u als laatste met de camcorder hebt opgenomen. Terwijl u de laatste scène bekijkt, wordt het beeld zonder geluid afgespeeld. Standaard is toewijzingsknop 5 toegewezen aan [ Opname bekijken], maar u kunt een andere toewijzingsknop toewijzen aan deze functie (A 90). Bedieningsstanden: 39 1 Neem een scène op.
De opnamemodus (videokwaliteit) selecteren De opnamemodus (videokwaliteit) selecteren De camcorder biedt diverse opnamemodi, afhankelijk van de filmindeling: AVCHD of MP4. Wanneer de opnamemodus van een AVCHD-scène is ingesteld op 28 Mbps LPCM (50.00P) of 24 Mbps LPCM, kunt u audio opnemen met lineaire PCM op twee kanalen en een samplingfrequentie van 48 kHz. Raadpleeg de volgende tabellen voor bijzonderheden. 40 Bedieningsstanden: 1 Open het scherm [Opn. Modus]. [FUNC.] > [MENU] > > [Opn.
Dubbele opname en Relay Recording Dubbele opname en Relay Recording Als u opnamen maakt, kunt u gebruikmaken van dubbele opname om gelijktijdig opnamen te maken op beide geheugenkaarten. Als alternatief kunt u Relay Recording gebruiken. Hierbij wordt de film eerst opgenomen op de eerste geheugenkaart, en als deze kaart vol raakt, dan wordt zonder onderbreking op de andere geheugenkaart verdergegaan met het opnemen van de film. Dubbele opname activeren De back-upfilm wordt opgenomen op geheugenkaart B.
De beeldsnelheid selecteren De beeldsnelheid selecteren 42 U kunt de beeldsnelheid (het aantal beeldjes dat per seconde wordt opgenomen) van AVCHD-films wijzigen om de uitstraling van uw films te wijzigen. Als de opnamemodus is ingesteld op 28 Mbps LPCM (50.00P) of 28 Mbps (50.00P) voor AVCHD-films of 35 Mbps (50.00P) of 8 Mbps (50.00P) voor MP4-films, zal de beeldsnelheid automatisch worden ingesteld op 50.00P, zodat u de beeldsnelheid niet kunt selecteren.
Opnemen in Slow & Fast Motion Opnemen in Slow & Fast Motion Als de filmindeling ingesteld is op MP4, kunt u scènes opnemen die een slow motion- of fast motioneffect hebben wanneer u ze afspeelt. U selecteert eenvoudig de gewenste slow motion- of fast motion-snelheid (0,5 maal tot 1200 maal de normale snelheid), waarna u de scènes opneemt. Voor dergelijke scènes wordt geen geluid opgenomen. Bedieningsstanden: 43 1 Open het scherm [Slow & Fast Motion]. [FUNC.
CINEMA-stand en cinematografische filters CINEMA-stand en cinematografische filters In de stand kunt u gebruikmaken van een aantal cinematografische filters waarmee u unieke films kunt maken die zich onderscheiden van wat u normaal gewend bent. U kunt ook cinematografische filters gebruiken wanneer u films converteert naar MP4 (A 113). Bedieningsstanden: 44 1 Zet de keuzeschakelaar op E. 2 Raak [FILTER 1] aan om het selectiescherm voor cinematografische filters te openen.
CINEMA-stand en cinematografische filters Opties ( standaardwaarde) De camcorder biedt de volgende cinematografische filters. Selecteer het gewenste filter terwijl u op het scherm vooraf het effect bekijkt. [1. Cinemastandaard] [2. Levendig] [3. Droom] [4. Koel] [5. Sepia] [6. Oude film] [7.
Scherpstelling Scherpstelling De camcorder biedt handmatige en automatische aanpassing van de scherpstelling. Als u gebruikmaakt van handmatige scherpstelling kunt u de functies voor scherpstellingsvoorkeuze en contourverscherping gebruiken om u te helpen. Wanneer u automatische scherpstelling gebruikt, kunt u gezichtsdetectie en volgen gebruiken om ervoor te zorgen dat het onderwerp scherp in beeld blijft. 46 AANDACHTSPUNTEN • Stel de zoom in voordat u de procedure start.
Scherpstelling Scherpstellingsvoorkeuze Als u handmatig scherp stelt, dan kunt u voor de scherpstelling een voorkeuzepositie instellen zodat u later direct naar die voorkeuzepositie kunt terugkeren. 1 Open de scherpstellings-/zoomopties. [FUNC.] > [< Focus] 2 Raak [MF] aan. 3 Gebruik Touch AF of draai aan de scherpstel-/zoomring om de gewenste scherpstelstand in te stellen. 4 Raak [SET] aan om de voorkeuzepositie van de scherpstelling in te stellen.
Scherpstelling Autofocus Als autofocus wordt geactiveerd, dan stelt de camcorder continu scherp op het onderwerp in het midden van het scherm. Het scherpstelbereik is 1 cm (bij maximale groothoek, gemeten vanaf de voorzijde van de lenscilinder) tot G en 60 cm (in het gehele zoombereik, gemeten vanaf de voorzijde van de lenscilinder) tot G. Voer de volgende procedure uit om de snelheid van de autofocus in te stellen. 48 Bedieningsstanden: 1 Alleen stand en : druk op de AF/MF-knop.
Scherpstelling • Bij gebruik van autofocus kunt u aan de scherpstel-/zoomring draaien om handmatig scherp te stellen. Als u stopt met aan de ring te draaien, dan keert de camcorder terug naar de autofocus. Dit komt bijvoorbeeld van pas als u scherp wilt stellen op een onderwerp aan de andere kant van een raam. • Als het opnameprogramma ingesteld is op [P Vuurwerk], dan wordt de scherpstelling ingesteld op G en kan deze niet worden gewijzigd.
Scherpstelling Autofocus beperken tot gezichten Bij gebruik van autofocus kunt u deze functie beperken tot alleen gevallen wanneer het gezicht van een onderwerp wordt gedetecteerd en voor alle andere scènes handmatige scherpstelling gebruiken. De camcorder zal ook de helderheid aanpassen als automatisch op het gezicht van het onderwerp scherp wordt gesteld. 50 Wijs een toewijzingsknop toe aan [~ AF alleen gezicht] (A 90) en druk op de knop. • ~ verschijnt op het scherm.
Zoomen Zoomen Bedieningsstanden: Om in en uit te zoomen, kunt u gebruikmaken van de scherpstel-/zoomring, de zoomtuimelschakelaars op de camcorder en hendel-unit of de zoomregelaars op het touchscreen. Behalve dat u gebruik kunt maken van 20x optische zoom, kunt u de digitale zoom* (400x) inschakelen met de optie [FUNC.] > [MENU] > p > [Dig. Zoom]. Deze camcorder is ook uitgerust met een digitale teleconverter, waarmee u het beeld op het scherm digitaal kunt vergroten.
Zoomen De zoomtuimelschakelaars gebruiken Beweeg de zoomtuimelschakelaar op de camcorder of hendel-unit richting T (groothoek) om uit te zoomen. Beweeg de zoomhendel richting S (telefoto) om in te zoomen. 52 • Standaard werkt de zoomtuimelschakelaar op de camcorder (de tuimelschakelaar bij de handgreepriem) met een variabele snelheid – druk zachtjes om langzaam te zoomen; druk harder om sneller te zoomen.
Zoomen High-speed zoom gebruiken U kunt high-speed zoom gebruiken wanneer [Zoomknop zoomsnelheid] ingesteld is op [Y]. Wanneer u high-speed zoom gebruikt wordt tijdens de opnamestand-bystand het [Zoomsnelheidniveau] ingesteld op [Z Snel]. Tijdens het maken van opnamen wordt de zoomsnelheid bepaald door [Zoomsnelheidniveau]. 1 Open het scherm [High-Speed Zoom]. [FUNC.] > [MENU] > p > [High-Speed Zoom] 2 Raak [i Aan] aan en raak vervolgens [X] aan.
Zoomen 2 Raak de zoomregelaars aan om de zoom te bedienen. 54 • Raak een willekeurig punt aan binnen het V-gebied om uit te zoomen of een willekeurig punt binnen het U-gebied om in te zoomen. Raak het scherm aan op een punt dichter in de buurt van het midden om langzamer te zoomen en raak het scherm aan op een punt dichter in de buurt van de pictogrammen V/U om sneller te zoomen. 3 Raak [X] aan als u de zoomregelaars wilt verbergen.
Geavanceerde beeldstabilisatie Geavanceerde beeldstabilisatie De Image Stabilizer vermindert de wazigheid die de camcorder veroorzaakt (wazigheid vanwege camcorderbewegingen), zodat u mooie en stabiele opnamen krijgt. Selecteer de beeldstabilisatiemodus op basis van de opnameomstandigheden. Bedieningsstanden: 1 Open het scherm [Beeldstabilisator]. [FUNC.] > [Beeldstabilisator] 2 Raak de gewenste beeldstabilisatiestand aan en raak vervolgens [X] aan.
AGC-limiet (Automatic Gain Control) AGC-limiet (Automatic Gain Control) Bij het maken van opnamen in donkere omgevingen zal de camcorder de versterking automatisch verhogen om een helderder beeld te krijgen. Het gebruik van hogere versterkingswaardes kan echter resulteren in meer videoruis. Door een maximale waarde in te stellen voor de versterking, beperkt u de hoeveelheid ruis. Hoe kleiner de AGC-limiet, hoe donkerder het beeld maar hoe minder ruis.
Opnameprogramma’s met automatische belichting Opnameprogramma’s met automatische belichting Met de programma’s met automatische belichting (AE) stelt de camcorder sommige cameragerelateerde instellingen zo in dat de optimale belichting wordt verkregen. Bij gebruik van de AE-opnameprogramma’s kunt u functies zoals de witbalans en beeldeffecten wijzigen. Bedieningsstanden: 57 1 Open het scherm van het gewenste opnameprogramma. [FUNC.] > [Opnameprogs] > [‚ Sluiter-voork.AE] of [“ Diafr.-voork.
Opnameprogramma’s met automatische belichting • Tijdens belichtingsvergrendeling kan de diafragmawaarde of sluitertijd niet worden gewijzigd. Stel de diafragmawaarde of sluitertijd in voordat u handmatig de belichting instelt. • Als u [FUNC.] > [MENU] > q > [CUSTOM-knoppen] instelt op [” Tv / Av] (A 89), kunt u de sluitertijd of diafragmawaarde aanpassen met de CUSTOM-knop en -regelaar.
Belichtingsinstelling Belichtingsinstelling Soms kunnen onderwerpen met tegenlicht te donker (onderbelicht) overkomen of kunnen onderwerpen onder zeer sterke lichtbronnen te helder of verblindend (overbelicht) overkomen. In dergelijke gevallen zal met aanpassing van de belichting dit kunnen worden gecorrigeerd. Deze camcorder is uitgerust met een specifiek opnameprogramma, [n Handm. belichting], waarmee de belichting handmatig kan worden ingesteld.
Belichtingsinstelling Gebruik van het zebrapatroon U kunt het zebrapatroon gebruiken om gebieden te identificeren die mogelijk overbelicht zijn, zodat u de belichting dienovereenkomstig kunt corrigeren. De camcorder biedt twee zebrapatroonniveaus: Met 100% worden alleen gebieden geïdentificeerd die detail verliezen in de geaccentueerde gebieden, terwijl met 70% ook gebieden worden geïdentificeerd die detail dreigen te verliezen.
Belichtingsinstelling 4 Raak [X] aan om de belichting met de geselecteerde waarde te vergrendelen. • Tijdens belichtingsvergrendeling worden y en de geselecteerde belichtingscompensatiewaarde op het scherm getoond. OPMERKINGEN • Tijdens de infraroodstand is instelling van de belichtingscompensatie niet beschikbaar. • De camcorder keert terug naar automatische belichting als de camcorder wordt uitgezet, als de aan/uit-schakelaar wordt gebruikt of als de cameramodus of het opnameprogramma wordt gewijzigd.
Witbalans Witbalans De witbalansfunctie helpt u nauwkeurig kleuren te reproduceren onder verschillende verlichtingsomstandigheden. Bedieningsstanden: 62 AANDACHTSPUNTEN • Selecteer een ander opnameprogramma dan programma’s voor speciale opnames. 1 Open het witbalansscherm. [FUNC.] > [Ä Witbalans] 2 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [X] aan.
Witbalans - Afhankelijk van de lichtbron blijft Å mogelijk knipperen. Het resultaat zal echter nog steeds beter zijn dan met de optie [Ã Auto].
Programma’s voor speciale opnames Programma’s voor speciale opnames Het is heel gemakkelijk opnamen te maken in een zeer helder skioord of alle kleuren van een zonsondergang of vuurwerk vast te leggen. U hoeft alleen maar het programma voor speciale opnames te selecteren. Bedieningsstanden: 64 1 Open het scherm van de opnameprogramma’s. [FUNC.] > [Opnameprogs] > [ú Portret] 2 Raak het gewenste opnameprogramma aan en raak vervolgens [X] aan.
Programma’s voor speciale opnames [œSpotlight] [PVuurwerk] Voor het maken van opnamen onder spotlights. Voor het vastleggen van vuurwerk. 65 OPMERKINGEN • [ú Portret]/[û Sport]/[ý Sneeuw]/[L Strand]: tijdens het afspelen is het beeld mogelijk niet vloeiend. • [ú Portret]: het wazigheidseffect van de achtergrond neemt toe naarmate u verder inzoomt (S). • [ý Sneeuw]/[L Strand]: het onderwerp kan overbelicht raken op bewolkte dagen of op plaatsen in de schaduw. Controleer het beeld op het scherm.
Stijlen en andere beeldeffecten Stijlen en andere beeldeffecten U kunt desgewenst een stijl aan uw opnamen toevoegen. Een stijl is een combinatie van verschillende beeldinstellingen die de visuele kwaliteit van de opnamen kan verbeteren. U kunt ook verschillende aspecten van het beeld aanpassen, zoals de kleurdiepte en scherpte. Bedieningsstanden: 66 AANDACHTSPUNTEN • Selecteer een ander opnameprogramma dan programma’s voor speciale opnames.
Stijlen en andere beeldeffecten 5 Raak [X] aan om de aangepaste beeldinstellingen op te slaan en toe te passen. • b verschijnt op het scherm. Als u [Hooglicht prio.] hebt geselecteerd, wordt ook – op het scherm weergegeven. OPMERKINGEN • Beeldeffecten zijn niet beschikbaar in de infraroodstand. • Wanneer [FUNC.] > [y Belichting] op [n] is ingesteld, is de parameter [Helderheid] niet beschikbaar. • Wanneer de optie [FUNC.] > [Beeldeffecten] > [Stijlen] is ingesteld op [Wide DR] of [Hooglicht prio.
De tijdcode instellen De tijdcode instellen De camcorder kan een tijdcodesignaal genereren en dit signaal insluiten in uw opnamen. Bovendien wordt de tijdcode weergegeven in de videobeelden die worden uitgevoerd vanaf het HD/SD-SDIaansluitpunt (alleen o) en HDMI OUT-aansluitpunt. U kunt selecteren of de tijdcode wordt uitgevoerd via het HDMI OUT-aansluitpunt (A 124). 68 Bedieningsstanden: De tijdcodestand selecteren U kunt instellen hoe de tijdcodestand van de camcorder functioneert.
De tijdcode instellen OPMERKINGEN • Als u de vooropnamestand gebruikt, wordt de optie [Free Run] automatisch geselecteerd. Dit kunt u niet wijzigen. • Zolang de interne oplaadbare lithiumbatterij opgeladen is en u de optie [Free Run] hebt geselecteerd, blijft de tijdcode doorlopen, zelfs als u alle andere stroombronnen verwijdert. Dit is echter minder nauwkeurig dan wanneer de camcorder ingeschakeld is.
De gebruikersbit (User Bit) instellen De gebruikersbit (User Bit) instellen Om een gebruikersbit (met extra informatie in het tijdcodesignaal) weer te geven kunt u kiezen uit opnamedatum, opnametijd of een identificatiecode die uit 8 tekens bestaat in het hexadecimale systeem. Er zijn zestien mogelijke tekens: de nummers 0 t/m 9 en de letters A t/m F. Als u een scène opneemt, dan wordt samen met de scène ook de User Bit opgenomen.
Audio opnemen Audio opnemen U kunt audio opnemen met gebruik van de ingebouwde stereomicrofoon, een commercieel verkrijgbare externe microfoon (INPUT 1/INPUT 2-aansluitpunten*, MIC-aansluitpunt) of met lijninvoer (INPUT 1/INPUT 2-aansluitpunten*). Met gebruik van de INPUT 1/INPUT 2-aansluitpunten kunt u de audio-invoer voor kanaal 1 (CH1) en kanaal 2 (CH2) onafhankelijk van elkaar selecteren. * Alleen beschikbaar wanneer de hendel-unit op de camcorder aangesloten is.
Audio opnemen Een externe microfoon of externe audio-invoerbron aansluiten op de camcorder Om de microfoonhouder en INPUT 1/INPUT 2-aansluitpunten te kunnen gebruiken, moet de hendelunit aangesloten zijn op de camcorder. 72 1 Draai de borgschroef los (햲), open de microfoonhouder en sluit de microfoon aan (햳). 2 Draai de borgschroef vast en leid de microfoonkabel door de kabelklem onder de microfoonhouder (햴).
Audio opnemen Audio opnemen op kanaal 2 (CH2) U kunt de audiobron selecteren die wordt opgenomen op kanaal 2. 1 Open het scherm [CH2-invoer]. [FUNC.] > [MENU] > p > [CH2-invoer] 2 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [X] aan. Opties ( standaardwaarde) [ INPUT 1] De audiosignaalinvoer via het INPUT 1-aansluitpunt wordt opgenomen op kanaal 1 en kanaal 2. U kunt deze instelling gebruiken als u audio opneemt voor back-updoeleinden.
Audio opnemen OPMERKINGEN 74 • Als de audioniveaumeter het rode punt (0 dB) bereikt, raakt het geluid mogelijk vervormd. • Als de audioniveaumeter normaal wordt weergegeven, maar het geluid vervormd klinkt, activeer dan de microfoondemper (A 74). • Het verdient aanbeveling gebruik te maken van een koptelefoon om het geluidsniveau te controleren terwijl u het audio-opnameniveau instelt of wanneer de microfoondemper geactiveerd is.
Audio opnemen Gebruik van de ingebouwde microfoon of van een externe microfoon die aangesloten is op het MIC-aansluitpunt Voer de stap hieronder uit om gebruik te maken van de ingebouwde microfoon of een externe microfoon die aangesloten is op het MIC-aansluitpunt. Gebruik in de winkel verkrijgbare condensatormicrofoons met een eigen voeding en een mini-stereostekker van ∅ 3,5 mm. Zet de ON/OFF-schakelaar van het INPUT-aansluitpunt op OFF.
Audio opnemen Opties ( standaardwaarde) [‘ Standaard] Voor het maken van opnamen van de meeste algemene situaties. De camcorder maakt opnamen met standaardinstellingen. Voor het maken van levensechte opnamen van muziekvoorstellingen en gezang binnenshuis. [‚ Spraak] Het beste voor het maken van opnamen van menselijke stemmen en gesprekken. [“ Woud en vogels] Voor het maken van opnamen van vogels en scènes in bossen. De camcorder legt het geluid duidelijk vast terwijl het zich verspreidt.
Audio opnemen Audioniveau-indicator Huidig audioniveau Handmatige instelling audioniveau Instelbalk audioniveau 3 Raak [Ï] of [Ð] aan en houd deze knop ingedrukt om het audio-opnameniveau naar wens te wijzigen. • Als richtlijn geldt: stel het audio-opnameniveau zo in dat de audioniveaumeter slechts zo nu en dan rechts van de markering –18 dB komt (één markering rechts van de markering –20 dB). 4 Raak [X] aan om het audio-opnameniveau te vergrendelen op het huidige niveau.
Audio opnemen Audio-equalizer (ingebouwde microfoon) U kunt de audio-equalizer gebruiken om geluidsniveaus te wijzigen door u specifiek te richten op het bereik van de hoge of lage frequenties en een van de 3 beschikbare niveaus te selecteren. Bedieningsstanden: 78 1 Stel [— Geluidsscène] in op [„ Aangepast] (A 75). 2 Open het scherm [Freq.respons ingeb. mic.]. [FUNC.] > [MENU] > p > [Freq.respons ingeb. mic.] 3 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [X] aan.
Audio opnemen Microfoondemper (Ingebouwde microfoon) Activeer de microfoondemper (20 dB) als het audioniveau te hoog is en de audiogeluiden vervormd klinken terwijl u opnamen maakt met de ingebouwde microfoon. Bedieningsstanden: 1 Stel [— Geluidsscène] in op [„ Aangepast] (A 75). 2 Open het scherm [Ingebouwde mic.demping]. 79 [FUNC.] > [MENU] > p > [Ingebouwde mic.demping] 3 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [X] aan.
Audio opnemen Microfoondemper (MIC-aansluitpunt) U kunt de microfoondemper (20 dB) activeren voor een microfoon die aangesloten is op het MICaansluitpunt om te voorkomen dat audio wordt vervormd als het audioniveau te hoog is. Bedieningsstanden: 1 Open het scherm [MIC: dempen]. 80 [FUNC.] > [MENU] > p > [MIC: dempen] 2 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [X] aan.
Gebruik van een koptelefoon Gebruik van een koptelefoon Gebruik een koptelefoon tijdens het afspelen of als u tijdens het maken van opnamen het niveau van het geluid wilt controleren. In de volgende procedure wordt beschreven hoe het volume wordt ingesteld. Bedieningsstanden: 81 1 Sluit de koptelefoon aan op het ×-aansluitpunt (koptelefoon). 2 Open het scherm [Vol koptelef.]. [FUNC.] > [MENU] > q > [Vol koptelef.] • Aanraken van [FUNC.] is alleen nodig wanneer u de procedure uitvoert in de stand .
Kleurenbalken/audioreferentiesignaal Kleurenbalken/audioreferentiesignaal U kunt de camcorder zo instellen dat kleurenbalken en een audioreferentiesignaal van 1 kHz worden uitgevoerd en opgenomen, en deze uitvoeren via het HDMI OUT-aansluitpunt, AV OUT-aansluitpunt, HD/SD-SDI-aansluitpunt (alleen o) en ×-aansluitpunt (koptelefoon) (alleen audioreferentiesignaal). 82 Bedieningsstanden: Kleurenbalken opnemen U kunt kiezen tussen EBU-kleurenbalken en SMPTE-kleurenbalken in een standaarddefinitie.
Videosnapshot Videosnapshot Neem een reeks korte scènes op. Wilt u een videosnapshotscène vastleggen, wijs dan eerst een toewijzingsknop toe aan [¦ Videosnapshot]. Bedieningsstanden: 1 Wijs een toewijzingsknop toe aan [¦ Videosnapshot] (A 90). 2 Druk op de toewijzingsknop om de videosnapshot stand te activeren. • D (de standaardlengte van een videosnapshotscène) verschijnt op het scherm. • Druk nogmaals op de knop als u de videosnapshot stand wilt annuleren. 3 Druk op de START/STOP-knop.
Vooropname Vooropname Om ervoor te zorgen dat u de belangrijke momenten niet mist, begint de camcorder 3 seconden voordat u op de START/STOP-knop drukt met het maken van een opname. Dit is in het bijzonder handig als het moeilijk is om te voorspellen wanneer u met opnemen moet beginnen. Standaard is de vooropnamefunctie toegewezen aan toewijzingsknop 2. 84 Bedieningsstanden: 1 Druk op de PRE REC-knop. • Op het scherm verschijnt z.
Schermdisplays en datum/tijdcode Schermdisplays en datum/tijdcode U kunt de meeste schermdisplays in- of uitschakelen. Bedieningsstanden: Door herhaaldelijk op de DISP.-knop te drukken, worden de schermdisplays als volgt in- en uitgeschakeld: -stand: • Alle gegevens worden getoond • Schermmarkeringen1 • Displays uitgeschakeld -stand2: • Alleen de datum/tijdcode wordt getoond • Alle gegevens worden getoond 1 2 De schermmarkeringen worden alleen weergegeven indien de [FUNC.
Infraroodopname Infraroodopname Met de infraroodstand wordt de camcorder gevoeliger voor infraroodlicht, zodat u kunt opnemen op donkere locaties. U kunt ook het infraroodlicht van de hendel-unit gebruiken om zelfs in zeer donkere situaties te kunnen blijven opnemen. Ook kunt u selecteren of de heldere gebieden van het beeld in groen of wit moeten worden weergegeven.
Gebruik van de GPS-ontvanger GP-E2 Gebruik van de GPS-ontvanger GP-E2 Als u de optionele GPS-ontvanger GP-E2 op de camcorder aansluit, kunt u GPS-informatie (lengtegraad, breedtegraad en hoogte) ontvangen en deze toevoegen aan uw films en foto’s. De GPS-ontvanger aansluiten Zet de camcorder en de ontvanger uit. Sluit de ontvanger aan op het USB-aansluitpunt van de camcorder met de USB-kabel*.
Gebruik van de GPS-ontvanger GP-E2 OPMERKINGEN 88 • Nadat u de accu heeft vervangen of wanneer u de camcorder weer aanzet na een lange periode waarin u de camcorder niet gebruikt hebt, kan het enige tijd duren voordat een GPS-signaal wordt ontvangen. • De camcorder is niet compatibel met het digitale kompas en de positie-intervalfuncties van de GPSontvanger. Bovendien is de optie [Nu instellen] niet beschikbaar voor [FUNC.] > [MENU] > q > [GPS-aut. tijdinst.].
4 CUSTOM-knop/regelaar Aanpassen aan persoonlijke wensen Aanpassen aan persoonlijke wensen CUSTOM-knop/regelaar U kunt aan de CUSTOM-knop en de CUSTOM-regelaar een veelgebruikte functie toewijzen. U hebt hierbij de keuze uit een aantal functies. U kunt de geselecteerde functie vervolgens aanpassen met de CUSTOM-knop en de CUSTOM-regelaar, zonder dat u het menu hoeft te openen. Bedieningsstanden: 1 Houd de CUSTOM-knop ongeveer 1 seconde ingedrukt.
Toewijzingsknoppen Toewijzingsknoppen De camcorder is uitgerust met 5 knoppen waaraan u diverse functies kunt toewijzen. Door veelgebruikte functies toe te wijzen aan deze knoppen, kunt u deze functies met één druk op de knop snel activeren. Bedieningsstanden: 90 Aan een knop een andere functie toewijzen 1 Open het selectiescherm voor de gewenste toewijzingsknop. [FUNC.
Toewijzingsknoppen [ AGC-limiet]* Functioneert hetzelfde als selectie van [x AGC-limiet] (A 56) in het FUNC.- menu. [ [ Focus]* Functioneert hetzelfde als selectie van [< Focus] (A 46) in het FUNC.-menu. Belichting]* Functioneert hetzelfde als selectie van [y Belichting] (A 59) in het FUNC.- menu. [ Geluidsscène] Functioneert hetzelfde als selectie van [— Geluidsscène] (A 75) in het FUNC.-menu. [ Niveau micro]* Functioneert hetzelfde als selectie van [ä Niveau micro] (A 76) in het FUNC.
Menu-instellingen opslaan en laden Menu-instellingen opslaan en laden Nadat u de cinematografische filters en andere instellingen in het FUNC.-paneel en instellingsmenu’s hebt ingesteld, kunt u deze instellingen opslaan op een geheugenkaart. U kunt die instellingen dan op een later tijdstip weer laden of in een andere XA15- of XA11-camcorder laden, zodat u die camcorder op precies dezelfde wijze kunt gebruiken.
5 Afspelen Films afspelen Afspelen Films afspelen In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u scènes kunt afspelen. Raadpleeg De camcorder aansluiten op een extern scherm (A 101) voor meer informatie over hoe u scènes afspeelt op een extern scherm. Bedieningsstanden: 1 Zet de aan/uit-schakelaar op MEDIA. • Het AVCHD- of MP4-filmindexscherm verschijnt. 2 Wijzig zo nodig het indexscherm.
Films afspelen Scènes afspelen die zijn opgenomen met de stijl [Hooglicht prio.] Wanneer u een scène afspeelt die is opgenomen met de stijl [FUNC.] > [Beeldeffecten] > [Stijlen] > [Hooglicht prio.], kunt u de optie [FUNC.] > [MENU] > q > [ View assist.] gebruiken om het beeld met levensechtere kleuren weer te geven op het scherm van de camcorder. Als u zulke scènes afspeelt op een extern scherm, raden we aan dat u de helderheid van het scherm verhoogt.
Films afspelen Tijdens een afspeelpauze: 95 ! hervat het afspelen. " Vertraagd vooruit/achteruit afspelen*. # Het weergegeven beeld vastleggen als een foto (A 96). * Raak deze regelaar meerdere malen aan als u de afspeelsnelheid wilt verhogen met 1/8 → 1/4 van de normale snelheid. Scène-informatie weergeven 1 Raak in het AVCHD- of MP4-filmindexscherm de optie [I] aan. 2 Raak de gewenste scène aan. • Het scherm met scène-informatie verschijnt.
Films afspelen Foto’s maken tijdens het afspelen van een film U kunt tijdens het afspelen van een film een foto maken van een filmscène. 96 1 2 3 4 Speel de scène af waarvan u de foto wilt maken. Pauzeer op het punt waar u een foto wilt maken van de filmscène. Raak [PHOTO] aan. Raak [Ñ] aan om te stoppen met afspelen. • • • • De resolutie van de gemaakte foto’s is 1920x1080. De datum van de foto’s reflecteert de datum en tijd van de opname van de originele scène.
Scènes verwijderen Scènes verwijderen Scènes die u niet wilt behouden, kunt u verwijderen. Door scènes te verwijderen creëert u ook ruimte op de geheugenkaart. Bedieningsstanden: Eén enkele scène verwijderen 1 Speel de scène af die u wilt verwijderen (A 93). 2 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. 3 Open het scherm [Verwijderen]. [Ý] > [FUNC.] > [Verwijderen] 4 Raak [Ja] aan. • De scène wordt verwijderd. 5 Raak [OK] aan.
Scènes verwijderen Opties [datum/mapnaam] Alle scènes verwijderen die op een bepaalde datum zijn opgenomen. Bij AVCHDfilms wordt de datum weergegeven in de knop op het scherm. Bij MP4-films wordt de mapnaam (A 94) weergegeven, waarbij de laatste vier cijfers de maand en dag aangeven. [Selecteer] Met deze optie selecteert u afzonderlijke scènes die u wilt verwijderen. [Alle scenes] Met deze optie verwijdert u alle scènes. 98 BELANGRIJK • Wees voorzichtig bij het verwijderen van opnamen.
Scènes splitsen Scènes splitsen U kunt AVCHD-scènes splitsen om de beste delen te bewaren en later de rest weg te snijden. Bedieningsstanden: 1 Speel de gewenste scène af (A 93). 2 Pauzeer op het punt waar u de scène wilt splitsen. 3 Open het scherm om scènes te splitsen. [FUNC.] > [Splitsen] 4 Breng de scène desgewenst naar een specifiek punt. • De markering geeft aan op welk punt de film wordt gesplitst. • Op het scherm verschijnen afspeelknoppen (A 95).
Scènes snijden Scènes snijden U kunt MP4-scènes snijden door alles tot een bepaald punt of alles na een bepaald punt te verwijderen. Bedieningsstanden: 100 1 Speel de gewenste scène af (A 93). 2 Onderbreek het afspelen. 3 Open het scherm waarin u scènes kunt snijden. [FUNC.] > [Snijden] 4 Breng de scène desgewenst naar een specifiek punt. • De markering geeft aan op welk punt de film wordt afgesneden. • Op het scherm verschijnen afspeelknoppen (A 95).
6 De camcorder aansluiten op een extern scherm Externe aansluitingen Externe aansluitingen De camcorder aansluiten op een extern scherm Als u de camcorder aansluit op een extern scherm om opnamen af te spelen, gebruikt u het aansluitpunt op de camcorder dat overeenkomt met het aansluitpunt dat u op het scherm wilt gebruiken. Selecteer vervolgens de configuratie van de videosignaaluitvoer. p De camcorder kiest automatisch het AV OUT- of HDMI OUT-aansluitpunt op basis van de externe aansluiting.
De camcorder aansluiten op een extern scherm o Het aansluitpunt selecteren dat wordt gebruikt voor uitvoer Om uw opnamen weer te geven op een extern scherm, moet u eerst selecteren welk aansluitpunt u gebruikt. 1 Open het scherm [Uitgang]. 102 [FUNC.] > [MENU] > q > [Uitgang] • Aanraken van [FUNC.] is alleen nodig wanneer u de procedure uitvoert in de stand . 2 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [X] aan.
De camcorder aansluiten op een extern scherm OPMERKINGEN • o Wanneer [FUNC.] > [MENU] > q > [Uitgang] ingesteld is op [ HD/SD-SDI & HDMI] dan wordt de signaaluitvoer uit het HDMI OUT-aansluitpunt bepaald door de instelling van [FUNC.] > [MENU] > q > [HD/SD-SDI-uitgang]. • In de stand kunt u de optie [FUNC.] > [MENU] > q > [HDMI-tijdcode] gebruiken om de tijdcode in te sluiten in de signaaluitvoer vanuit het HDMI OUT-aansluitpunt.
Audio-uitvoer Audio-uitvoer De camcorder kan audio uitvoeren uit het HD/SD-SDI-aansluitpunt (alleen o), HDMI OUTaansluitpunt, AV OUT-aansluitpunt of ×-aansluitpunt (koptelefoon). Wanneer audio wordt uitgevoerd uit het AV OUT-aansluitpunt of ×-aansluitpunt (koptelefoon), kunt u de volgende instellingen configureren.
Audio-uitvoer OPMERKINGEN • Als u een toewijzingsknop toewijst aan [Geluidsuitgangskanaal] (A 90), kunt u op de desbetreffende knop drukken om het audiokanaal direct te wijzigen.
Foto's bekijken 7 Foto’s Foto's Foto's bekijken Bedieningsstanden: 106 1 Zet de aan/uit-schakelaar op MEDIA. • Het AVCHD- of MP4-filmindexscherm verschijnt. 2 Open het foto-indexscherm. [6 ·] > Tabblad van de gewenste geheugenkaart (6 of 7) > [} Foto's] 3 Zoek de foto die u wilt weergeven. ! Indexschermknop Toont de geheugenkaart die momenteel is geselecteerd. Druk hierop om het indexscherm te wijzigen. " Sleep uw vinger naar links/rechts om naar de volgende/vorige indexpagina* te gaan.
Foto's bekijken Foto’s doorlopen Als u een groot aantal foto’s hebt gemaakt, kunt u met de scrollbalk heel gemakkelijk de foto’s doorlopen. 1 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. 2 Raak [h] aan. 3 Sleep uw vinger naar links en rechts over de scrollbalk en raak vervolgens [K] aan. IMPORTANT • De volgende beeldbestanden worden mogelijk niet correct weergegeven. - Foto's die niet met deze camcorder zijn gemaakt. - Beelden die zijn bewerkt op een computer.
Foto's verwijderen Foto's verwijderen Foto’s die u niet wilt behouden, kunt u verwijderen. Bedieningsstanden: Eén enkele foto verwijderen 108 1 Selecteer in de schermweergave van één foto de foto die u wilt verwijderen. 2 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. 3 Open het scherm [Verwijderen]. [FUNC.] > [Verwijderen] 4 Raak [ Doorgaan] aan en raak vervolgens [Ja] aan. • De foto wordt verwijderd.
8 Opnamen opslaan/delen Films opslaan op een computer Opnamen opslaan/delen Films opslaan op een computer U kunt het programma Data Import Utility gebruiken om uw AVCHD- en MP4-scènes op een computer op te slaan. Met dit programma kunt u het volgende doen: - Scènes op de computer opslaan (alle scènes/alleen nieuwe scènes). - Relay-scènes (in AVCHD- of MP4-indeling) die op afzonderlijke geheugenkaarten zijn opgeslagen (A 41), samenvoegen en als één enkele scène opslaan.
Films opslaan op een computer Films kopiëren naar de computer Nadat u het programma Data Import Utility hebt geïnstalleerd, kunt u films op uw computer opslaan. 110 USB-kabel IFC-400PCU (optioneel) 1 2 3 4 5 6 7 Camcorder: voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter. Camcorder: zet de aan/uit-schakelaar op MEDIA. Camcorder: open het gewenste filmindexscherm (A 93). Sluit de camcorder op de computer aan via de optionele USB-kabel IFC-400PCU. Camcorder: raak [Alle (alleen pc)] aan.
Opnamen kopiëren tussen geheugenkaarten Opnamen kopiëren tussen geheugenkaarten U kunt opnamen kopiëren van de ene geheugenkaart naar de andere. Scènes kopiëren vanuit het filmindexscherm Bedieningsstanden: 1 Open het gewenste filmindexscherm (A 93). • Als u alle scènes wilt kopiëren die zijn opgenomen op een specifieke datum, sleept u uw vinger naar links/rechts totdat een scène verschijnt die u wilt kopiëren. 2 Open het scherm om scènes te kopiëren. [FUNC.
Opnamen kopiëren tussen geheugenkaarten Foto’s kopiëren vanuit het indexscherm Bedieningsstanden: 1 Open het gewenste foto-indexscherm (A 106). 2 Open het scherm om foto’s te kopiëren. [FUNC.] > [Kopieren (6'7)] of [Kopieren (7'6)] 112 3 Raak de gewenste optie aan en raak vervolgens [Ja] aan. • Als u [Selecteer] selecteert, kunt u voordat u [Ja] aanraakt de volgende procedure uitvoeren om afzonderlijke foto's te selecteren die u wilt kopiëren.
Films converteren naar de MP4-indeling Films converteren naar de MP4-indeling U kunt AVCHD-films converteren naar MP4-films, of MP4-films zelfs converteren (grootte wijzigen) naar kleinere MP4-films. Dit komt bijvoorbeeld van pas wanneer u MP4-films wilt uploaden naar het web. Wanneer u films converteert op de ene geheugenkaart, worden deze opgeslagen op de andere geheugenkaart. Tijdens het converteren van films kan de camcorder een cinematografisch filter toevoegen aan de geconverteerde film.
Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder Bedieningsstanden: In High-Definition 114 Sluit met de optionele USB-kabel IFC-400PCU de camcorder aan op Blu-ray Disc-recorders en andere AVCHD-compatibele digitale videorecorders om van uw films in High-Definition kopieën te maken.
Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder 6 Externe recorder: begin op te nemen wanneer de scène verschijnt die u wilt kopiëren, stop met opnemen wanneer de scène eindigt. 7 Camcorder: stop met afspelen.
Bijlage: Menuopties - Overzicht 9 Overige informatie Overige informatie Bijlage: Menuopties - Overzicht 116 Niet-beschikbare menuonderdelen worden gedimd getoond. Raadpleeg Gebruik van de menu's (A 29) voor meer informatie over hoe u een optie kunt selecteren. Raadpleeg de pagina waarnaar wordt verwezen voor meer informatie over elke functie. Menu-opties zonder een pagina waarnaar wordt verwezen, worden na de tabellen nader verklaard. Onderstreepte instelopties zijn de standaardinstellingen. FUNC.
Bijlage: Menuopties - Overzicht Knop op het scherm [Beeldeffecten] 1 2 Instelopties/functie AUTO n CINEMA A – – 66 [ON], [OFF] Als [ON] geselecteerd is: [Stijlen]: [Standaard], [Hooglicht prio.], [Wide DR] [Kleurverzadiging], [Scherpte], [Contrast], [Helderheid]: –2 tot en met +2 (±0) Optie alleen beschikbaar voor het opnemen van films. De instelling blijft gehandhaafd wanneer de camcorder vanuit de stand wordt gezet. (Behalve [„ Aangepast] onder [— Geluidsscène].) FUNC.
Bijlage: Menuopties - Overzicht Menuonderdeel 118 A Instelopties [Focushulp] [i Aan], [j Uit] – [Gezichtsdet. en volgen] [i Aan }], [j Uit] 49 [Autom. achtergr.verl.corr.] [i Aan], [j Uit] – [Auto Langz.
Bijlage: Menuopties - Overzicht [Autom. achtergr.verl.corr.]: als deze optie op [i Aan] ingesteld is, worden onderwerpen die met tegenlicht worden verlicht, automatisch gedetecteerd en wordt de belichting hiervoor gecorrigeerd. Dit komt van pas in situaties waarin het onderwerp niet constant met tegenlicht wordt verlicht. • Wanneer [FUNC.] > [Beeldeffecten] > [Stijlen] op [Wide DR] of [Hooglicht prio.] is ingesteld, is deze optie niet beschikbaar. [Auto Langz.
Bijlage: Menuopties - Overzicht s/ Weergave-instelling Menuonderdeel Instelopties y } A [Datumcode] Voor AVCHD-films en foto's: [j Uit], [% Datum], [& Tijd], [' Datum en tijd], [( Camera datum] Voor MP4-films: [j Uit], [% Datum] – [TV-Type] [+ 4:3 tv], [, Breedb TV] – 120 [Datumcode]: toont de datum en/of tijd waarop de scène werd opgenomen of de foto werd gemaakt.
Bijlage: Menuopties - Overzicht Menuonderdeel Instelopties Regen.
Bijlage: Menuopties - Overzicht q Systeeminstelling Menuonderdeel Instelopties y } A [ ], [Dansk], [Deutsch], [ ], [English], [Español], [Français], [Italiano], [Magyar], [Melayu], [Nederlands], [Norsk], [Polski], [Português], [ ], [Suomi], [Svenska], [Türkçe], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ] 28 [Tijdzone/DST] ["] (tijdzone thuis) of [#] (tijdzone op reis): [Parijs], lijst met tijdzones van de wereld [$] (instelling zomertijd): schakel in of uit 28 [Datum/Tijd] [Dat
Bijlage: Menuopties - Overzicht Menuonderdeel Instelopties y } A [Scherpstelringrespons] [Z Snel], [[ Normaal], [] Langzaam] – – – [Voork.snelh.
Bijlage: Menuopties - Overzicht [LCD Spiegelbeeld]: als deze optie is ingesteld op [i Aan], wordt het beeld op het scherm horizontaal omgekeerd als u het LCD-paneel 180 graden naar het onderwerp draait. Met andere woorden: op het scherm ziet u een spiegelbeeld van het onderwerp. [Piepje]: bij sommige bedieningshandelingen is een piepje hoorbaar. • Als vooropname (A 84) is geactiveerd, laat de camcorder geen pieptoon horen.
Bijlage: Menuopties - Overzicht [GPS-aut. tijdinst.]: wanneer de optionele GPS-ontvanger GP-E2 op de camcorder aangesloten is, kunt u de camcorder automatisch de instelling [Datum/Tijd] laten instellen op basis van de informatie die wordt verkregen van GPS. Raadpleeg Setting Time from GPS on the Camera/Tijd van GPS op camcorder instellen in de gebruiksaanwijzing van de ontvanger voor meer informatie.
Bijlage: Schermdisplays en pictogrammen Bijlage: Schermdisplays en pictogrammen Opname Schermmarkeringen (A118) stand 126 Gezichtsdetectiekader (A49) Volgen (A49) Links in het scherm Pictogram/Display Beschrijving ó Smart AUTO (A 36) ’, ‚, “, n, H, I, J, K, L, M, N, O, P Opnameprogramma (A 57, 59, 64) ; =, Infraroodstand (A 86) Infraroodlamp F00.
Bijlage: Schermdisplays en pictogrammen Boven in het scherm Pictogram/Display Beschrijving [FUNC.] Opent het FUNC.-menu (A 29). [PHOTO] Maakt een foto (A 35).
Bijlage: Schermdisplays en pictogrammen Afspelen Films Foto's 128 Boven in het scherm Pictogram/Display Beschrijving [MENU] Opent de instellingsmenu's (A 117). [FUNC.] Opent het FUNC.-menu (A 29). Ð, Ý Afspeelmethode Ð: afspelen, Ý: afspelen onderbreken LPCM Lineaire PCM-audio (A 40) 6 /7 Geheugenkaart in gebruik. 0:00:00:00 Tijdcode (A 68) 000/000 Huidige foto / totaal aantal foto’s / x0000.00 Opnamestand slow motion & versneld (A 43) – Stijl [Hooglicht prio.
Bijlage: Schermdisplays en pictogrammen OPMERKINGEN • U kunt op de DISP.-knop drukken om de meeste pictogrammen en schermdisplays uit te schakelen. Resterende accucapaciteit • Het pictogram laat een ruwe schatting zien van de resterende lading van de accu als een deel van een volledig opgeladen accu. Naast het pictogram wordt in minuten de resterende opname-/afspeeltijd getoond. • Als de accucapaciteit te laag wordt, dan wordt weergegeven in een gele kleur.
Problemen oplossen Problemen oplossen Doorloop eerst de lijst hieronder wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder. Soms bestaat er een simpele oplossing voor iets waarvan u denkt dat het een camcorderstoring is lees daarom eerst de tekst in het vak 'EERST CONTROLEREN' voordat u verdergaat met de meer gedetailleerde problemen en oplossingen. Neem contact op met uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
Problemen oplossen Opname Als ik op de START/STOP-knop druk, wordt niet begonnen met de opname. - U kunt geen opnamen maken terwijl de camcorder eerdere opnamen wegschrijft naar een geheugenkaart (terwijl de ACCESS-indicator (status geheugenkaart) brandt of knippert). Wacht totdat de camcorder klaar is. - De geheugenkaart is vol of bevat al 3.999 scènes (het maximale aantal scènes voor AVCHDfilms). Verwijder een aantal opnamen (A 97, 108) of initialiseer de geheugenkaart (A 32) om ruimte vrij te maken.
Problemen oplossen Ik kan scènes of foto’s niet kopiëren - Het kan zich voordoen dat u geen scènes/foto’s kunt kopiëren die met een ander apparaat zijn gemaakt of bewerkt en vervolgens werden gekopieerd naar een geheugenkaart. Afzonderlijke scènes/foto’s in het indexscherm kunnen niet met een vinkje ! worden gemarkeerd. - U kunt niet meer dan 100 scènes/foto's afzonderlijk selecteren. Selecteer de optie [Alle scenes] of [Alle foto's] in plaats van [Selecteer].
Problemen oplossen Op het scherm verschijnt videoruis. - Houd voldoende afstand aan tussen de camcorder en apparaten die sterke elektromagnetische velden afgeven (plasma-tv's, mobiele telefoons, etc.). Op het scherm verschijnen horizontale strepen. - Dit is een verschijnsel dat zich typisch voordoet bij CMOS-beeldsensors als u opnamen maakt in bepaalde lichtomstandigheden. Dit is normaal en duidt niet op een storing. U kunt de symptomen mogelijk verminderen door [FUNC.
Problemen oplossen Aansluiten van externe apparaten Op het tv-scherm verschijnt videoruis. - Als u de camcorder gebruikt in een kamer waar een tv staat, houd dan tussen de compacte netadapter en het netsnoer en de antennekabels van de tv voldoende afstand aan. 134 De camcorder geeft een goede weergave maar er is geen beeld op het TV-scherm. - De video-ingang op de tv is niet afgestemd op het videoaansluitpunt waarop u de camcorder hebt aangesloten. Selecteer de juiste video-ingang.
Problemen oplossen De kaart is tegen wissen beveiligd - De LOCK-schakelaar op de geheugenkaart staat zo ingesteld dat gegevens op de kaart niet per abuis kunnen worden gewist. Wijzig de stand van de LOCK-schakelaar. Deze scene is met een ander apparaat opgenomen, kan niet gekopieerd worden. Scene opgenomen met ander apparaat Kan scene niet splitsen - Scènes die niet met deze camcorder zijn opgenomen, kunnen met deze camcorder niet worden gekopieerd of gesplitst. Enkele scenes met ander apparaat opgenomen.
Problemen oplossen Kan de scène niet snijden - MP4-films die zijn gekopieerd naar een geheugenkaart met een grotere clustergrootte dan de clustergrootte van de geheugenkaart waarop die films werden opgenomen, kunnen niet worden afgesneden. - MP4-films die zijn opgenomen of gekopieerd met gebruik van andere apparaten, kunnen niet worden afgesneden. 136 Kan geen scènes converteren die zijn opgenomen met 50.00P - Scènes die zijn opgenomen met de opnamemodus 28 Mbps LPCM LPCM (50.00P), 28 Mbps (50.
Problemen oplossen Koppel de voeding niet af. Maak de USB-kabel pas los als u op de computer de aansluiting veilig hebt afgesloten. - Wanneer de camcorder in de stand staat en met een USB-kabel op de computer is aangesloten, kan de camcorder niet worden bediend. Als u de USB-kabel of de stroombron verwijdert terwijl dit bericht wordt weergegeven, dan kan dit tot gevolg hebben dat u uw opnamen op de geheugenkaart voorgoed kwijtraakt.
Problemen oplossen Schrijffout geheugenkaart A/B Poging tot herstel bestanden? (Kan max. 3 minuten duren.) - Dit bericht zal verschijnen wanneer u de volgende keer de camcorder aanzet nadat de stroomtoevoer per abuis was onderbroken terwijl de camcorder bezig was met het wegschrijven van gegevens naar de geheugenkaart. Selecteer [Herstellen] om te proberen de opnamen te herstellen.
Veiligheidsinstructies en hoe u de camera moet behandelen Veiligheidsinstructies en hoe u de camera moet behandelen Zorg dat u deze instructies leest om het product veilig te kunnen gebruiken. WAARSCHUWING Hiermee wordt gewezen op het risico van ernstig letsel of levensgevaar. • Stop onmiddellijk met het gebruik van het product in geval van vreemde verschijnselen zoals de aanwezigheid van rook of een vreemde geur. • Raak geen blootliggende interne onderdelen aan. • Laat het product niet nat worden.
Veiligheidsinstructies en hoe u de camera moet behandelen VOORZICHTIG 140 Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel. • Laat het product niet achter op plaatsen die worden blootgesteld aan extreem hoge of lage temperaturen. Het product kan extreem heet/koud worden en brandwonden of letsel veroorzaken wanneer het wordt aangeraakt. • Bevestig het product uitsluitend op een statief dat voldoende stevig is. • Kijk niet langdurig naar het scherm of door de zoeker.
Veiligheidsinstructies en hoe u de camera moet behandelen • Probeer bij het opnemen van films een kalm, stabiel beeld te krijgen. Als u tijdens het opnemen de camcorder te veel beweegt en vaak snel zoomt en pant (door de camcorder zijwaarts te bewegen), kan dit tot onrustige scènes leiden. In extreme gevallen kan het afspelen van dergelijke scènes tot gevolg hebben dat door de visuele waarneming bij u bewegingsziekte wordt veroorzaakt.
Veiligheidsinstructies en hoe u de camera moet behandelen Geheugenkaart 142 • Het verdient aanbeveling van de opnamen op de geheugenkaart een back-up te maken op uw computer. Gegevens kunnen vanwege geheugenkaartdefecten of blootstelling aan statische elektriciteit beschadigd of verloren raken. Canon is niet aansprakelijk voor gegevens die verloren of beschadigd zijn geraakt. • Raak de contactpunten niet aan en stel deze niet bloot aan stof of vuil.
Onderhoud/overig Onderhoud/overig Reinigen Camcorderbehuizing • Gebruik een zachte, droge doek om het camcorderhuis te reinigen. Gebruik nooit met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige oplosmiddelen zoals verfverdunner. Lens, zoeker en Instant AF-sensor • Indien het lensoppervlak of de Instant AF-sensor vuil is, werkt de autofocus mogelijk niet goed. • Verwijder stof of vuildeeltjes met een blaaskwastje (geen spuitbus gebruiken).
Onderhoud/overig Gebruik van de camcorder in het buitenland Stroombronnen U kunt gebruikmaken van de compacte netadapter om de camcorder te bedienen en accu's op te laden in elk land met een voeding tussen 100 en 240 V AC, 50/60 Hz. Neem contact op met een Canon Service Center voor informatie over stekkeradapters voor gebruik in het buitenland. 144 Opnamen afspelen op een tv-scherm U kunt uw opnamen alleen afspelen op tv’s die compatibel zijn met het PAL-systeem.
Optionele accessoires Optionele accessoires (De verkrijgbaarheid verschilt per regio) De volgende optionele accessoires zijn compatibel met deze camcorder. De meeste accessoires worden op de volgende pagina's gedetailleerder beschreven.
Optionele accessoires Accu's Als u extra accu's nodig hebt, kunt u kiezen uit een van de volgende modellen: BP-820 of BP-828. 146 Als u accu's met de aanduiding Intelligent System gebruikt, kan de camcorder met de accu communiceren en de resterende gebruiksduur weergeven (met een nauwkeurigheid van 1 minuut). Deze accu's kunt u alleen gebruiken met camcorders en opladers die compatibel zijn met het Intelligent System. Acculader CG-800E Gebruik de acculader om accu’s op te laden.
Optionele accessoires Zachte draagtas SC-2000 Een handige camcordertas met gevoerde vakjes en genoeg ruimte voor accessoires. 147 Dit merkteken is het symbool van originele Canon-videoaccessoires. Als u gebruikmaakt van Canon-videoapparatuur, raden wij u aan om gebruik te maken van accessoires of producten van het Canon-merk met hetzelfde merkteken.
Specificaties Specificaties XA15 / XA11 148 — Waarden zijn bij benadering gegeven. Systeem • Opnamesysteem Films: AVCHD1 Video: MPEG-4 AVC/H.264; Audio: Lineaire PCM, 16 bits, 48 kHz, 2 kanalen2 Dolby Digital 2 kanalen MP4 Video: MPEG-4 AVC/H.264 Audio: MPEG-2 AAC-LC (2 kanalen) Foto's: DCF (Design rule for Camera File system), compatibel met Exif3 Versie 2.3 Beeldtype: JPEG 1 2 3 Compatibel met specificaties van AVCHD versie 2.0.
Specificaties • Minimale verlichting 0,1 lx (opnameprogramma [Weinig licht], sluitertijd ingesteld op 1/2) 1,0 lx (opnameprogramma [Programma AE], automatische lange sluitertijd [Aan], sluitertijd ingesteld op 1/25) • Aanbevolen verlichting: meer dan 100 lx • Beeldstabilisatie: Image Stabilizer met optische verschuiving • Grootte (resolutie) van video-opnamen AVCHD-films: 28 Mbps LPCM (50.00P), 28 Mbps (50.
Specificaties • REMOTE-aansluitpunt: ∅ 2,5 mm stereo-mini-aansluiting, alleen invoer Voeding/overig • Voeding (nominaal) 7,4 V DC (accu), 8,4 V DC (compacte netadapter) 150 • Stroomverbruik: o 4,6 W p 4,5 W (17 Mbps, AF ingeschakeld, LCD normale helderheid) • Bedrijfstemperatuur: 0–40 °C • Afmetingen [B x H x D] (zonder de handgreepriem) Alleen camcorder: 109 x 84 x 182 mm Camcorder met bevestigde zonnekap: 115 x 84 x 231 mm Camcorder met de zonnekap en hendel-unit aangesloten: 131 x 180 x 231 mm • G
Referentietabellen Referentietabellen Geschatte opnametijden De camcorder maakt gebruik van een variabele bit rate (VBR) om video te coderen; de feitelijke opnametijd zal daarom afhangen van het onderwerp. 151 Voor AVCHD-films: Opnamemodus → 28 Mbps LPCM (50.00P) en 28 Mbps (50.00P) Geheugenkaart ↓ 24 Mbps LPCM en 24 Mbps 17 Mbps 5 Mbps Geheugenkaart van 8 GB 35 min. 40 min. 1 uur 3 uur Geheugenkaart van 16 GB 1 uur 15 min. 1 uur 25 min. 2 uur 5 min. 6 uur 5 min.
Referentietabellen Oplaad-, opname- en afspeeltijden De oplaadtijd voor de diverse accu's in de volgende tabel is bij benadering gegeven en varieert al naargelang de oplaadomstandigheden en de aanvankelijke laadstatus van de accu. Accu→ BP-820 Oplaadomstandigheden↓ 152 BP-828 Bij gebruik van de camcorder 275 min. 405 min. Bij gebruik van de acculader CG-800E 190 min. 260 min.
Referentietabellen p Opnemen van AVCHD-films Accu BP-820 BP-828 Opnamemodus Opname (maximum) Opname (typisch)* Afspelen 28 Mbps LPCM (50.00P) / 28 Mbps (50.00P) 150 min. 95 min. 245 min. 17 Mbps 160 min. 100 min. 255 min. 5 Mbps 165 min. 100 min. 265 min. 28 Mbps LPCM (50.00P) / 28 Mbps (50.00P) 225 min. 140 min. 365 min. 17 Mbps 240 min. 150 min. 385 min. 5 Mbps 245 min. 155 min. 390 min.
Index 154 A E Aan/uitzetten van de camcorder . . . . . . . . . . 24 Aansluiten op een extern scherm . . . . . . . . 101 Accu Accu-informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124 Indicator resterende capaciteit . . . . . . . 129 Opladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Afspelen Films . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93 Foto's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 Audio opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Koptelefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .81 ×-aansluitpunt (koptelefoon) . . . . . . . . . . . . . .81 L Lage-tonenfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .79 LCD-touchscreen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25 Lichte gebieden AE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .61 Luidspreker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .94 M Markeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .119 Menu-instellingen opslaan en laden . . . . .
W Weinig licht (opnameprogramma) . . . . . . . . . .64 Wide DR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .66 Windscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .78 Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .62 Z 156 Zebrapatroon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .60 Zoeker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 Zonnekap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Canon Europa N.V. Bovenkerkerweg 59, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands http://www.canon-europe.com Raadpleeg uw garantiekaart of ga naar www.canon-europe.com/Support voor informatie over het dichtstbijzijnde Canon-kantoor. Dit product en de hieraan gekoppelde garantie worden in landen in Europa geleverd door Canon Europa N.V. De informatie in dit document is gecontroleerd en goedgekeurd in juli 2017. Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.