D INSTRUCTIEHANDLEIDING 1
Inleiding De Canon Speedlite 430EX III-RT/430EX III is een externe, speciaal voor EOS camera’s ontwikkelde Speedlite die compatibel is met E-TTL II-/E-TTL-autoflashsystemen. De Speedlite kan worden gebruikt als flitser die is bevestigd op de accessoireschoen van de camera (normaal flitsen), bij draadloze flitsopnamen met radiotransmissie als masterunit of slave-unit (alleen 430EX III-RT) en bij draadloze flitsopnamen met optische transmissie als slave-unit (430EX III-RT/430EX III).
Hoofdstukken Inleiding 1 Aan de slag en basishandelingen 2 Geavanceerde flitsopnamen 3 Flitsfuncties instellen via de camera 4 Draadloze flitsopnamen: Radiotransmissie 5 Draadloze flitsopnamen: Optische transmissie 6 De Speedlite aanpassen 7 Flitsopnamen voorbereiden en standaardflitsopnamen maken Fotograferen voor gevorderden met de flitsopnamefuncties De flitsfuncties instellen vanaf het menuscherm van de camera Draadloze flitsopnamen (master/slave) met radiotransmissie Draadloze flitsop
Symbolen in deze handleiding Pictogrammen in deze handleiding 9 8 : geeft het selectiewiel aan. : geeft de bovenste, onderste, linker- en rechterknop van de pijltoetsen aan. : geeft de selectie-/instelknop aan. p/2 : geeft aan dat de betreffende functie gedurende circa 12 of 16 seconden geactiveerd blijft nadat u de knop hebt losgelaten. : geeft de pagina aan waarop u meer informatie kunt vinden. : waarschuwing om problemen met de flitser te voorkomen. : aanvullende informatie.
Inhoud Inleiding 2 Hoofdstukken ................................................................................... 3 Symbolen in deze handleiding ......................................................... 4 Functie-index ....................................................................................7 Voorzorgsmaatregelen......................................................................8 Namen van onderdelen...................................................................
Inhoud 4 Draadloze flitsopnamen: Radiotransmissie 45 ' Draadloze flitsfotografie met radiotransmissie........................... 46 Instellingen voor draadloos flitsen .................................................. 50 a: Volledig automatisch draadloos flitsen .............................. 55 5: Draadloze opnamen met meerdere flitsers en flitsverhouding ................................................................................ 59 q: Draadloos flitsen met meerdere flitsers en flitsvermogen.....
Functie-index Voeding Batterijen Î p. 16 Flitsinterval/frequentie Î p. 16 De flitser in- en uitschakelen Î p. 18 Flitser gereed Î p. 18 Snelle flits Î p. 18 Automatische uitschakeling Î p. 18 Bediening De Speedlite bevestigen en loskoppelen Î p. 17 Blokkeerfunctie LCD-paneelverlichting Î p. 28 • Lichtopvang • Adapter Kleurfilter Î p. 29 Î p. 30 Î p. 37 Instellingen wissen (terug naar standaardwaarden) Î p. 38 Flitsfunctie-instellingen Î p. 39 Flitserblokkering Î p. 92 Type B-camera Î p.
Voorzorgsmaatregelen Met de volgende voorzorgsmaatregelen kunt u letsel bij uzelf en anderen voorkomen. Zorg ervoor dat u deze maatregelen volledig begrijpt en uitvoert voordat u het product gebruikt. Als het product niet naar behoren werkt, beschadigd is of er andere problemen zijn, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon Service Center of met de leverancier bij wie u het product hebt aangeschaft. Waarschuwingen: Neem onderstaande waarschuwingen in acht.
Voorzorgsmaatregelen Houd het apparaat buiten het bereik van kinderen, ook tijdens het gebruik. Riemen of snoeren kunnen verstikking, elektrische schokken of letsel veroorzaken. Een kind kan ook stikken of zich bezeren als het per ongeluk een onderdeel of accessoire inslikt. Neem onmiddellijk contact op met een arts als een kind een onderdeel of accessoire inslikt.
Namen van onderdelen Wit reflectiekaartje (ingetrokken) (p. 29) Groothoekadapter (ingetrokken) (p. 33) Flitskop (lichtverspreidingseenheid) Detector voor indirecteflitsadapter Kleurfilterdetector AF-hulplicht (p. 22) Sensor voor draadloze optische transmissie Bevestigingsvoet (p.
Namen van onderdelen Bevestigingspunt kleurfilter (p. 37) Reflectiehoek (p. 28) Bevestigingspunt indirecteflitsadapter (p. 30) Radiotransmissielampje* (p. 53, 56) Ontgrendelingsknop indirecte flits (p. 28) Klepje van batterijcompartiment (p. 16) LCDpaneel <1> Submenuknop (p. 38, 52, 54, 74, 80) Aan-/uitschakelaar (p. 18) : Ingeschakeld : Knop-/ wielvergrendeling (ingeschakeld) : Uitgeschakeld Gereed-lampje/ testflitsknop (p.
Namen van onderdelen LCD-paneel E-TTL II-/E-TTL-autoflash (p. 21) 2: Synchronisatie op het eerste gordijn (Normale flits) (p. 42) r : Synchronisatie op het tweede gordijn (p. 27, 42) c : Hogesnelheidssynchronisatie (p. 26, 42) a : E-TTL II-/E-TTLautoflash j k : Standaard : Richtgetalvoorkeur (p. 85) l : Gelijkmatige dekking (p. 85) G : Laadindicator (p.18) L : Automatisch d : Handmatig (p. 32) e N O : Zoomindicatie (p.
Namen van onderdelen Draadloze flitsopnamen met radiotransmissie/optische transmissie (p.
Namen van onderdelen Bijgeleverde accessoires (voor zowel 430EX III-RT/430EX III) Schoen Hoes voor ministandaard Speedlite-etui Indirecte-flitsadapter SBA-E2 (p. 30) 14 Kleurfilter SCF-E2 (p. 37) Ministandaard (p.
1 Aan de slag en basishandelingen In dit hoofdstuk worden de voorbereidingen beschreven voordat u begint met flitsfotografie en het standaardgebruik van de flitser. Voorzorgsmaatregelen bij continu flitsen Flits nooit meer dan 20 keer continu om achteruitgang en beschadiging van de flitskop als gevolg van oververhitting te voorkomen. Laat de flitser na 20 keer continu flitsen minstens 10 minuten afkoelen.
De batterijen installeren Installeer vier AA/R6-batterijen voor de voeding. 1 Open het deksel. Schuif het deksel van het batterijcompartiment omlaag en open het. de batterijen in het 2 Plaats compartiment. Zorg ervoor dat u de plus- en minpolen (“+” en “–”) van de batterijen plaatst zoals in het batterijcompartiment is aangegeven. deksel. 3 SluitSluithet het deksel van het batterijcompartiment en schuif het omhoog door de procedure in stap 1 in omgekeerde volgorde uit te voeren.
De Speedlite op de camera bevestigen en loskoppelen Bij het gebruik van niet-alkaline AA-/R6-batterijen is er mogelijk een storing in het contact tussen de batterijen en het apparaat, vanwege de onregelmatige vorm van de contactpunten van de batterij. Vervang de batterijen door nieuwe als u ziet of het LCD-paneel wordt uitgeschakeld tijdens het opladen. Gebruik vier nieuwe batterijen van hetzelfde merk. Vervang de vier batterijen altijd gelijktijdig.
De flitser inschakelen 1 Zet de aan-/uitschakelaar in de stand . X Het opladen van de flitser wordt gestart. X Tijdens het opladen wordt op het LCD-paneel weergegeven. Wanneer het opladen van de flitser is voltooid, verdwijnt deze indicatie. of de flitser gereed is 2 Controleer voor gebruik. Het gereed-lampje verandert van uit naar groen (snelle flits klaar) naar rood (volledig opgeladen). U kunt op de testflitsknop (gereed-lampje) drukken om een testflits te geven.
De flitser inschakelen De blokkeerfunctie Als u de aan-/uitschakelaar instelt op , schakelt u de knoppen en wieltjes van de flitser uit. Deze functie is effectief wanneer u wilt voorkomen dat de flitsfunctie-instellingen per ongeluk worden gewijzigd nadat u ze hebt ingesteld. Als u een knop of wieltje bedient, ziet u op het LCD-paneel. LCD-paneelverlichting Bij gebruik van een knop of wieltje wordt het LCD-paneel circa 12 seconden verlicht (p).
a: Volledig automatische flitsopnamen Als u de opnamemodus van de camera instelt op (Program AE) of volledig automatische modus, kunt u in de volledig automatische E-TTL II-/E-TTL-flitsmodus fotograferen. 1 Stel de flitsmodus in op . Druk op de knop van de -pijltoetsen. Draai <9> om te selecteren en druk vervolgens op <8>. scherp op het onderwerp. 2 StelDruk de ontspanknop half in om scherp te stellen. X De sluitertijd en het diafragma worden in de zoeker weergegeven.
E-TTL II-/E-TTL-autoflash per opnamemodus Als u de opnamemodus van de camera instelt op (AEsluitertijdvoorkeuze), (AE-diafragmavoorkeuze) of (handmatige belichting), kunt u in elke opnamemodus E-TTL II-/E-TTLautoflash gebruiken. Selecteer deze modus wanneer u de sluitertijd handmatig wilt instellen. Vervolgens kiest de camera bij deze sluitertijd automatisch het juiste diafragma voor een standaardbelichting van het onderwerp gebaseerd X op de meting van de camera.
E-TTL II-/E-TTL-autoflash per opnamemodus Automatische zoomaanpassing aan beeldsensorformaat EOS DIGITAL-camera’s hebben drie verschillende beeldsensorformaten en de effectieve brandpuntsafstand van de bevestigde lens varieert, afhankelijk van het model. De 430EX III-RT/430EX III herkent automatisch het beeldsensorformaat van de EOS DIGITAL-camera en stelt automatisch de flitsdekking in die ideaal is voor de effectieve brandpuntsafstand van de lens (bereik van 24-105 mm).
2 Geavanceerde flitsopnamen In dit hoofdstuk wordt het maken van geavanceerde opnamen met de flitsfuncties beschreven. Als de camera is ingesteld op de opnamemodus Volledig automatisch of op een basisgebruikmodus, is het niet mogelijk de functies met een M aan de rechterkant van de paginatitel in te stellen. Stel de opnamemodus van de camera in op , , , of (creatieve modi) om alle handelingen in dit hoofdstuk mogelijk te maken.
f FlitsbelichtingscompensatieN U kunt het flitsvermogen op dezelfde manier als de belichtingscompensatie aanpassen. De flitsbelichtingscompensatiewaarde kan worden ingesteld tot maximaal ±3 stops in stappen van 1/3 stop. 1 Druk op de knop . Druk op de knop van de pijltoetsen. U kunt ook een flitsbelichtingscompensatiesymbool selecteren. Druk hiervoor op <8> en draai aan <9>. de waarde voor de 2 Stel flitsbelichtingscompensatie in.
7: FlitsbelichtingsvergrendelingN Met FE-vergrendeling (FE = Flash Exposure, flitsbelichting) wordt voor elk deel van de foto de juiste flitsbelichting vastgezet. Terwijl op het LCD-paneel wordt weergegeven, drukt u op de knop van de camera. Voor camera’s zonder een knop drukt u op de knop (AE-vergrendeling) of <7>. 1 Stel scherp op het onderwerp. op de knop . (8) 2 Druk Zorg ervoor dat het onderwerp zich midden in de zoeker bevindt en druk op de knop van de camera.
c HogesnelheidssynchronisatieN U kunt bij hogesnelheidssynchronisatie flitsopnamen maken, zelfs bij sluitertijden die de maximale flitssynchronisatiesnelheid overschrijden. Dit is handig wanneer u wilt fotograferen in de modus (AEdiafragmavoorkeuze, open diafragma) met achtergrondonscherpte, bijvoorbeeld buiten bij daglicht. 1 Druk op <8>. het symbool in de 2 Selecteer afbeelding. Draai <9> om het symbool in de afbeelding te selecteren en druk vervolgens op <8>. .
r Synchronisatie op het tweede gordijnN Door opnamen te maken met een lange sluitertijd en tweedegordijnsynchronisatie kunt u het spoor van de lichtbronnen van een bewegend onderwerp, zoals autokoplampen, op natuurlijke wijze vastleggen. De flitser flitst vlak voordat de belichting wordt voltooid (bij het dichtgaan van de sluiter). 1 Druk op <8>. het symbool in de 2 Selecteer afbeelding. Draai <9> om het symbool in de afbeelding te selecteren en druk vervolgens op <8>. .
m Indirecte flits Als u de flitskop op het plafond of een muur richt, weerkaatst het flitslicht van dit oppervlak voordat deze het onderwerp belicht. Hierdoor verzacht u de schaduwen van het onderwerp en wordt de opname natuurlijker. Deze opnamemethode wordt “indirect flitsen” genoemd. De richting van de indirecte flits instellen U kunt de flitskop draaien terwijl u op de knop drukt, zoals afgebeeld. Als u de flitskop draait, ziet u op het scherm .
m Indirecte flits Omdat bij indirect flitsen het flitsrichtgetal wordt verlaagd, kunt u mogelijk niet scherpstellen met behulp van het AF-hulplicht dat bestaat uit een serie kleine flitsen. Bij indirect flitsen wordt aanbevolen het infrarode AF-hulplicht te gebruiken (P.Fn-05-1/p. 87). Opname met reflectie Als u bij een portretopname het wit reflectiekaartje gebruikt, kunt u het weerkaatste licht in de ogen van een persoon vastleggen voor een levendigere uitdrukking. 1 Draai de flitskop 90° omhoog.
m Indirecte flits q Indirecte-flitsadapter Als u de bijgeleverde indirecte-flitsadapter op de Speedlite bevestigt en het flitslicht bijvoorbeeld op het plafond of de muur laat weerkaatsen, verspreidt u het flitslicht over een groter gebied en onderdrukt u de schaduwen van het onderwerp.
m Indirecte flits Wanneer de indirecte-flitsadapter is aangesloten of als de indirecteflitsadapter tegelijk met de groothoekadapter wordt gebruikt, kan dit tot onderbelichting leiden, aangezien het flitsvermogen afneemt. Neem de noodzakelijke tegenmaatregelen, zoals het verhogen van de ISOsnelheid op de camera of het toepassen van flitsbelichtingscompensatie (p. 24).
e: De flitsdekking instellenN U kunt de flitsdekking (het bereik van de flits) automatisch of handmatig instellen. Met de instelling (automatisch) wordt de flitsdekking automatisch aangepast op basis van de brandpuntsafstand (beeldhoek) van de gebruikte lens en het beeldsensorformaat (p. 22). Met de instelling (handmatig) kunt u handmatig een flitsdekking instellen van 24 tot 105 mm. 1 Druk op de knop . Druk op de knop van de -pijltoetsen. flitsdekking in.
e: De flitsdekking instellenN Groothoekadapter Als u de interne groothoekadapter van de flitser erbij gebruikt, kunt u flitsen met ultragroothoeklenzen met een brandpuntsafstand tot maar liefst 14 mm. 1 Trek de groothoekadapter naar buiten. Trek het uitstekende gedeelte in het midden van de groothoekadapter naar buiten. X Het wit reflectiekaartje komt mee omhoog. het wit reflectiekaartje naar 2 Druk achteren. Duw alleen het wit reflectiekaartje terug en zorg ervoor dat de groothoekadapter omlaag staat.
q: Handmatig flitsenN U kunt het flitsvermogen instellen in stappen van 1/3 stop, van 1/1 tot 1/128 van het totale vermogen. Gebruik een flitsmeter (in de handel verkrijgbaar) om het benodigde flitsvermogen vast te stellen voor een goede flitsbelichting. We raden u aan de opnamemodus van de camera in te stellen op of . 1 Stel de flitsmodus in op . Druk op de knop van de -pijltoetsen. Draai <9> om te selecteren en druk vervolgens op <8>. het flitsvermogen in.
q: Handmatig flitsenN Handmatig de flitsbelichting instellen na meting Wanneer u een EOS-1D camera gebruikt, kan het flitsbelichtingsniveau handmatig worden ingesteld voordat u opnamen maakt. Dit is handig als u zich dicht bij het onderwerp bevindt. Gebruik een 18% grijsreflector (in de handel verkrijgbaar) en maak als volgt opnamen. 1 Stel de camera en de Speedlite in. Stel de opnamemodus van de camera in op of . Stel de flitsmodus van de Speedlite in op . 2 Stel scherp op het onderwerp.
ModelflitsN Als u op de camera op de knop voor het controleren van de scherptediepte drukt, worden er gedurende circa 1 seconde een reeks flitsen gegeven. Dit wordt de “modelflits” genoemd. Deze functie is effectief voor het bekijken van de schaduweffecten op het onderwerp door het flitslicht en de lichtbalans tijdens draadloze opnamen (p. 45, 71). Druk op de scherptediepteknop van de camera. X De flitser flitst circa 1 seconde continu.
o Kleurfilter Als u een flitsopname maakt in een omgeving met gloeilampen, bevat de achtergrond van het onderwerp, waar het flitslicht niet komt, soms roodachtige onnatuurlijke kleuren. Als u het bijgeleverde kleurfilter op de flitser bevestigt, worden automatische correcties aangebracht door de witbalansfunctie van de camera zodat u zowel het onderwerp als de achtergrond met de juiste witbalans kunt fotograferen. “Canon”-logo 1 Bevestig het kleurfilter.
Speedlite-instellingen wissenN Neem bij camera’s die de verzending van kleurtemperatuurgegevens niet ondersteunen (p. 22) een foto en stel deze in op een handmatige witbalans met behulp van het kleurfilter in de opnameomgeving, stel de witbalans in op en maak de opname. De bevestiging van het kleurfilter op de flitskop heeft geen invloed op de flitsdekking. Veeg eventueel vuil of stof met een zachte, droge doek van het kleurfilter.
3 Flitsfuncties instellen via de camera In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de flitsfuncties instelt vanaf het menuscherm van de camera. Als de camera is ingesteld op de opnamemodus Volledig automatisch of op een basisgebruikmodus, zijn de functies in dit hoofdstuk niet beschikbaar. Stel de opnamemodus van de camera in op , , , of (creatieve modi).
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera Bij gebruik van een EOS DIGITAL-camera van 2007 of later kunt u flitsfuncties of gebruikersfuncties instellen via het menuscherm van de camera. Zie voor bediening van de camera de instructiehandleiding van de camera. Flitsfuncties instellen 1 Selecteer [Externe Speedlite besturing]. Selecteer [Externe Speedlite besturing] of [Flitsbesturing]. [Flits functie 2 Selecteer instellingen]. Selecteer [Flits functie instellingen] of [Func.inst.
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera Instellingen die beschikbaar zijn in het scherm Flits functie instellingen EOS DIGITAL-camera’s van 2012 of later In het scherm [Flits functie instellingen] of [Func.inst. externe flitser] van de camera kunt u instellingen opgeven voor normale opnamen en voor draadloze opnamen met radiotransmissie.
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera Flitsen Stel om te flitsen deze optie in op [Inschakelen]. Stel de functie in op [Uitschakelen] als u alleen het AF-hulplicht van de flitser wilt gebruiken. E-TTL II-flitslichtmeting Stel deze optie voor een normale belichting in op [Evaluatief]. Als [Gemiddeld] wordt ingesteld, wordt het gemiddelde genomen voor de flitsbelichting voor de volledige gemeten scène per camera. Flitsbelichtingscompensatie kan nodig zijn, afhankelijk van de scène.
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera Draadloze flitsfuncties U kunt instellingen opgeven voor draadloze flitsopnamen met radiotransmissie. Zie hoofdstuk 4 (p. 45) voor meer informatie. Instellingen wissen U kunt de instellingen van de Speedlite terugzetten op de standaardwaarden. Als P.Fn-05-0 is ingesteld (p. 87), wordt zo nodig het AF-hulplicht (p. 22) gebruikt, dat uit een serie kleine flitsen bestaat, zelfs als u [Flitsen] instelt op [Uitschakelen].
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera Gebruikersfuncties voor de flitser instellen U kunt gebruikersfuncties voor de Speedlite vanuit het menuscherm van de camera instellen. De weergegeven details variëren, afhankelijk van de camera. Wanneer C.Fn-21 tot en met 23 niet worden weergegeven, stelt u deze op de Speedlite in. Zie voor de gebruikersfuncties pagina 83-85. 1 Selecteer [Flitser C.Fn instellingen]. Selecteer [Flitser C.Fn instellingen] of [C.Fn-inst. externe flitser].
4 Draadloze flitsopnamen: Radiotransmissie In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u draadloze flitsopnamen maakt via de draadloze master-/ slavefunctie met radiotransmissie. Raadpleeg het systeemoverzicht (p. 90) voor de accessoires die u nodig hebt voor draadloos fotograferen met radiotransmissie. Zie pagina 103 voor de gebruiksregio’s, beperkingen en voorzorgsmaatregelen met betrekking tot radiotransmissie.
' Draadloze flitsfotografie met radiotransmissie Met een Canon Speedlite (master/slave) die draadloze flitsopnamen met radiotransmissie ondersteunt, kunt u gemakkelijk draadloze opnamen maken met meerdere flitsers, op dezelfde manier als normale E-TTL II-/ETTL-autoflashopnamen. Het systeem is zo ontworpen dat de instellingen van de 430EX III-RT (master) die op de camera is bevestigd, automatisch op de draadloos aangestuurde 430EX III-RT (slave) worden toegepast.
' Draadloze flitsfotografie met radiotransmissie Draadloze flitsopnamen met meerdere flitsers U kunt de slave-units in twee of drie groepen opsplitsen en automatische flitsopnamen maken via E-TTL II-/E-TTL-autoflash terwijl u de flitsverhouding (flitsvermogencapaciteit) wijzigt. Daarnaast kunt u voor elke flitsgroep een andere flitsmodus instellen en gebruiken, voor maximaal 5 groepen (p. 48). Automatische flitsopnamen met slavegroepen C A A B 2 groepen (A, B) (p. 59) B 3 groepen (A, B, C) (p.
' Draadloze flitsfotografie met radiotransmissie Fotograferen in een eigen flitsmodus voor elke groep (p. 63) Plafond E-TTL II E D A B Handmatig flitsen C E-TTL II Handmatig flitsen Handmatig flitsen * De flitsmodusinstellingen zijn alleen als voorbeeld bedoeld.
' Draadloze flitsfotografie met radiotransmissie Functiebeperkingen afhankelijk van de gebruikte camera Bij draadloze flitsopnamen met radiotransmissie kunnen er functiebeperkingen zijn, afhankelijk van de gebruikte camera. EOS DIGITAL-camera’s van 2012 of later Wanneer u de flitser gebruikt met een camera als de EOS-1D X, kunt u flitsen zonder enige beperking op de flitsmodus en de flitssynchronisatiesnelheid enzovoort.
Instellingen voor draadloos flitsen Voor draadloze flitsopnamen met radiotransmissie stelt u de masterunit en de slave-unit als volgt in. Instelling masterunit Stel in op <'M>. Druk op de knop van de pijltoetsen. Draai <9> om <'M> te selecteren en druk vervolgens op <8>. Instelling slave-unit Stel in op <'x>. Stel de flitser in die u als slave-unit wilt instellen. Selecteer <'x> op dezelfde manier als voor de masterunit.
Instellingen voor draadloos flitsen Het transmissiekanaal/de ID van het draadloze radiosignaal instellen Met de volgende procedure stelt u de transmissiekanalen en de ID van het draadloos radiosignaal van de masterunit en de slave-unit in. Stel voor de masterunit en de slave-unit hetzelfde kanaal en dezelfde ID in. Dit doet u op beide units op dezelfde manier. 1 Transmissiekanaal ID draadloos radiosignaal Stel een kanaal in. Druk op <8>.
Instellingen voor draadloos flitsen De transmissiekanalen van de masterunit scannen en instellen U kunt de radio-ontvangststatus scannen en het transmissiekanaal van de masterunit automatisch of handmatig instellen. Wanneer het kanaal op “AUTO” is ingesteld, wordt automatisch het kanaal met het beste ontvangstsignaal ingesteld. Bij handmatige instelling kunt u het transmissiekanaal opnieuw instellen op basis van de scanresultaten. Scannen als “AUTO” is ingesteld Voer de scan uit. Druk op de knop <1>.
Instellingen voor draadloos flitsen Het lampje U kunt de transmissiestatus controleren aan de hand van de kleur van het lampje . Kleur Status Beschrijving Wat u moet doen Groen Brandt Transmissie OK – Brandt Geen verbinding Controleer het kanaal en de ID. Rood Te veel units Breng het totale aantal master- en slaveunits terug tot 16 of minder. Storing Schakel de masterunit en slave-unit uit en weer in.
Instellingen voor draadloos flitsen LCD-paneelverlichting Tijdens draadloze flitsopnamen met radiotransmissie gaat de LCDpaneelverlichting aan of uit afhankelijk van de oplaadstatus van de masterunit en slave-units (flitsgroepen). De LCD-paneelverlichting van de masterunit gaat aan als de masterunit en slave-units niet volledig zijn opgeladen. Als de masterunit en slave-units volledig zijn opgeladen, gaat de LCD-paneelverlichting na circa 12 sec. uit.
a: Volledig automatisch draadloos flitsen In deze paragraaf wordt het volledig automatische draadloze standaardgebruik van de flitser beschreven wanneer u een 430EX III-RT op de camera hebt bevestigd (master) en een 430EX III-RT hebt ingesteld als slave-unit. Automatische flitsopnamen met één slave-unit 1 Stel de masterunit in. Stel de 430EX III-RT die op de camera is bevestigd, in als de masterunit (p. 50).
a: Volledig automatisch draadloos flitsen de flitsmodus in op . 5 StelDruk op de knop van de -pijltoetsen van de masterunit. Draai <9> om te selecteren en druk vervolgens op <8>. De slave-unit wordt automatisch ingesteld op tijdens het flitsen via de besturing van de masterunit. Controleer of de besturing flitsgroep op <8> is ingesteld. Besturing flitsgroep Slaveflitser gereed de transmissiestatus 6 Controleer en oplaadstatus. Controleer of het lampje groen brandt.
a: Volledig automatisch draadloos flitsen Automatisch flitsen met meerdere slave-units Wanneer u meer flitsvermogen nodig hebt of gemakkelijker wilt kunnen verlichten, kunt u het aantal slave-units vermeerderen en ze als één flitser laten flitsen. Als u slave-units wilt toevoegen, voert u dezelfde procedure uit als onder “Automatische flitsopnamen met één slaveunit” (p. 55). Stel de flitsgroep in op A, B of C (p. 59). Er wordt niet geflitst als u D of E instelt.
a: Volledig automatisch draadloos flitsen Fotograferen voor gevorderden met volledig automatisch draadloos flitsen De flitsbelichtingscompensatie en andere instellingen die op de masterunit zijn ingesteld, worden automatisch op de slave-unit(s) ingesteld. U hoeft de slave-unit(s) niet te bedienen tijdens het fotograferen. Draadloos flitsen met de volgende instellingen kan op dezelfde manier gebeuren als normaal flitsen. • Flitsbelichtingscompensatie (f/p. 24) • Flitsbelichtingsvergrendeling (p.
5: Draadloze opnamen met meerdere flitsers en flitsverhouding Automatische flitsopnamen met twee slavegroepen U kunt de slave-units in twee flitsgroepen, A en B, verdelen en de verlichtingsbalans (flitsverhouding) voor opnamen aanpassen. De belichting wordt automatisch geregeld, zodat het totale flitsvermogen van flitsgroep A en B leidt tot de standaardbelichting. B A Flitsgroepen 1 Stel de flitsgroep van de slaveunits in. Bedien en stel de slave-units een voor een in. Druk op <8>.
5: Draadloze opnamen met meerdere flitsers en flitsverhouding Flitsverhouding A:B de flitsverhouding A:B in. 3 StelDraai <9> om het symbool voor flitsverhouding A:B te selecteren en druk vervolgens op <8>. Draai <9> om de flitsverhouding in te stellen en druk vervolgens op <8>. de foto. 4 Maak X De slave-units flitsen op de ingestelde flitsverhouding. Automatische flitsopnamen met drie slavegroepen U kunt flitsgroep C aan flitsgroepen A en B toevoegen.
5: Draadloze opnamen met meerdere flitsers en flitsverhouding Flitsbelichtingscompensatiewaarde slave C de waarde voor 4 Stel flitsbelichtingscompensatie in voor slave C. Doe dit via de master. Stel de gewenste waarde in. Druk op <8>. Draai <9> om het symbool voor de flitsbelichtingscompensatie voor C te selecteren en druk vervolgens op <8>. Draai <9> om de waarde voor de flitsbelichtingscompensatie in te stellen en druk vervolgens op <8>.
q: Draadloos flitsen met meerdere flitsers en flitsvermogen In deze paragraaf wordt het draadloos handmatig flitsen (met meerdere flitsers) beschreven. U kunt voor elke slave-unit (flitsgroep) een ander flitsvermogen instellen. Configureer alle instellingen op de masterunit. 1 Besturing flitsgroep Stel de flitsmodus in op . Druk op de knop van de -pijltoetsen van de masterunit. Draai <9> om te selecteren en druk vervolgens op <8>. flitsgroepbesturing in. 2 StelDruk op <8>.
[: Fotograferen in een andere flitsmodus voor elke groep Plafond D E C A B Wanneer u een EOS DIGITAL-camera van 2012 of later gebruikt, zoals de EOS-1D X, kunt u voor elke flitsgroep in een andere flitsmodus flitsen, met maximaal 5 groepen (A, B, C, D en E). De flitsmodi die kunnen worden ingesteld, zijn " E-TTL II-/E-TTL-autoflash, # handmatig flitsen en $ automatische externe flitsmeting.
[: Fotograferen in een andere flitsmodus voor elke groep Flitsbelichtingscompensatie voor alle flitsgroepen Flitsgroepen Flitsmodus flitsgroep in. 3 StelStelelke de flitsmodus, het flitsvermogen of de flitsbelichtingscompensatiewaarde van elke flitsgroep in via de masterunit. Druk op <8>. Draai <9> om de gewenste flitsgroep te selecteren en druk op <8>. De flitsmodus instellen Draai <9> om de flitsmodus te selecteren die u rechts van - ziet en druk vervolgens op <8>.
Testflits en modelflits met een slave-unit De flitsmodus kan worden ingesteld op (automatische externe flitsmeting) als 430EX III-RT is ingesteld als masterunit, maar deze functie is pas effectief als u een slave-unit gebruikt die ondersteunt (bijvoorbeeld: 600EX-RT). 430EX III-RT biedt geen ondersteuning voor . Hierdoor zullen 430EX III-RT-units die zijn ingesteld als slaves niet flitsen als de flitsmodus van de masterunit is ingesteld op .
Vanaf een slave-unit op afstand een foto maken Een modelflits is niet mogelijk vanaf een slave-unit op camera’s van 2011 of eerder of op de EOS 1200D. Zie pagina 36 voor de voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de modelflits. Als op de masterunit C.Fn-02-1 is ingesteld, wordt er zelfs bij selectie van geen modelflits gegeven. Bij twee of meer masterunits (p. 58) wordt het flitssignaal verzonden naar de hoofdmaster waarvan het lampje groen brandt.
Gekoppeld fotograferen met radiotransmissie Bij gebruik van een EOS DIGITAL-camera van 2012 of later (behalve de EOS 1200D), bijvoorbeeld de EOS-1D X, kunt u gekoppeld fotograferen, waarbij de sluiter van een camera met slave-unit automatisch ontspant als u deze aan de camera met masterunit koppelt. U kunt opnamen maken met gekoppeld fotograferen voor maximaal 16 units, waaronder zowel masterunits als slave-units.
Gekoppeld fotograferen met radiotransmissie 1 Stel in op gekoppeld fotograferen. Druk op de knop van de pijltoetsen. Draai <9> om te selecteren en druk vervolgens op <8>. X Op het scherm ziet u nu <4>. de master-/slave-unit in. 2 StelDraai <9> om <'M> of <'x> te selecteren en druk vervolgens op <8>. Gekoppeld fotograferen het transmissiekanaal en de 3 Stel ID voor het draadloze radiosignaal in.
Gekoppeld fotograferen met radiotransmissie Als u in stap 2 de instelling wijzigt van “slave-unit” in “masterunit”, worden andere Speedlites (of transmitters) die tot op dat moment als “masterunit” waren ingesteld, automatisch “slave-unit”. de camera’s met slave6 Plaats unit. Plaats alle camera’s met slave-unit binnen ongeveer 30 m van de camera met de masterunit. Controleer of het lampje van de slave-units groen brandt. de foto.
Gekoppeld fotograferen met radiotransmissie We raden u aan de focusinstellingsknop van de lenzen die zijn bevestigd op de slavecamera’s in te stellen op en de foto te maken met handmatige scherpstelling. Wanneer u niet kunt scherpstellen met de automatische scherpstelling, is gekoppeld fotograferen niet mogelijk met de overeenkomende camera met de slave-unit.
5 Draadloze flitsopnamen: Optische transmissie In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u draadloze flitsopnamen maakt via de draadloze slavefunctie met optische transmissie. Raadpleeg het systeemoverzicht (p. 90) voor de accessoires die nodig zijn voor draadloze opnamen met optische transmissie. Als de camera is ingesteld op de opnamemodus Volledig automatisch of op een basisgebruikmodus, zijn de functies in dit hoofdstuk niet beschikbaar.
: Bediening slave-unit met optische transmissie Met een Canon-apparaat met de draadloze masterfunctie met optische transmissie en 430EX III-RT/430EX III ingesteld als slave-unit maakt u heel eenvoudig opnamen met meerdere draadloze flitsers, op dezelfde manier als normale opnamen met E-TTL II-/ETTL-autoflash. Het systeem is zo ontworpen dat de instellingen van de masterunit automatisch worden ingesteld op de draadloos bestuurde 430EX III-RT/ 430EX III (slave).
Instellingen voor draadloos flitsen Richt de sensor voor draadloze transmissie (p. 10) van de slave-unit op de master met de functie voor indirect flitsen (p. 28). Wanneer u binnen fotografeert, kan gebruik zelfs mogelijk zijn als de plaatsing enigszins onnauwkeurig is, doordat het transmissiesignaal van de muren wordt weerkaatst. Instellingen voor draadloos flitsen Gebruik de volgende instellingen als u wilt flitsen via de draadloze slavefunctie met optische transmissie.
Instellingen voor draadloos flitsen Draai <9> om een kanaal tussen “Y” en “[” te selecteren en druk vervolgens op <8>. Transmissiekanaal Wanneer de transmissiekanalen van de masterunit en slave-unit niet hetzelfde zijn, zal de slave-unit niet flitsen. Stel beide in op dezelfde waarde. Geheugenfunctie U kunt de instellingen voor draadloos flitsen in de slave-unit opslaan en later opnieuw gebruiken. Bedien elke slave-unit afzonderlijk wanneer u de instellingen wilt opslaan of oproepen. 1 Selecteer .
a: Volledig automatisch draadloos flitsen In deze paragraaf worden volledig automatische draadloze standaardopnamen beschreven bij gebruik van een apparaat (master) met de draadloze masterfunctie met optische transmissie en een 430EX III-RT/430EX III als slave-unit. Raadpleeg de instructiehandleiding bij het masterapparaat voor meer informatie over draadloze flitsopnamen met optische transmissie en de bediening van de masterunit. 1 Stel de masterunit in.
a: Volledig automatisch draadloos flitsen of de flitser gereed is 6 Controleer voor gebruik. Wanneer de slaveflitser klaar is, knippert het AF-hulplicht in intervallen van circa 1 seconde. Controleer of het gereed-lampje van de masterunit brandt. de prestaties. 7 Controleer Geef een testflits vanaf de masterunit. X De slave-unit flitst. Als deze niet flitst, controleer dan of deze binnen het transmissiebereik is geplaatst (p. 72). de foto.
a: Volledig automatisch draadloos flitsen Fotograferen voor gevorderden met volledig automatisch draadloos flitsen De flitsbelichtingscompensatie en andere instellingen die op de masterunit zijn ingesteld, worden automatisch op de slave-unit(s) ingesteld. Daarom hoeft u de slave-unit niet te bedienen. Draadloos flitsen met de volgende instellingen kan op dezelfde manier gebeuren als normaal flitsen. • Flitsbelichtingscompensatie (f/p. 24) • Flitsbelichtingsvergrendeling (p.
A Handmatige flits instellen op een slave-unit U kunt de slave-unit rechtstreeks bedienen om handmatig het flitsvermogen in te stellen. Deze functie wordt de individuele slave genoemd. Dit is handig wanneer u de Speedlite Transmitter ST-E2 (afzonderlijk verkrijgbaar) bijvoorbeeld gebruikt om draadloos handmatig te flitsen. 1 Stel de individuele slave-unit in. Druk op de knop van de -pijltoetsen. Draai <9> om <:A> te selecteren en druk vervolgens op <8>. X Op het LCD-paneel ziet u <(>.
6 De Speedlite aanpassen In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de Speedlite kunt aanpassen met de gebruikersfuncties (C.Fn) en persoonlijke functies (P.Fn). Als de camera is ingesteld op de opnamemodus Volledig automatisch of op een basisgebruikmodus, zijn de functies in dit hoofdstuk niet beschikbaar. Stel de opnamemodus van de camera in op , , , of (creatieve modi).
C / >: Gebruikersfuncties en persoonlijke functies instellen U kunt de functies van de Speedlite afstemmen op uw opnamevoorkeuren. Hiervoor gebruikt u de gebruikersfuncties en de persoonlijke functies. De persoonlijke functies zijn instelbare functies die uniek zijn voor de 430EX III-RT/430EX III. C: Gebruikersfuncties 1 Geef het scherm met gebruikersfuncties weer. Druk op de knop <1>. Draai <9> om <=> te selecteren en druk vervolgens op <8>. X Het scherm met gebruikersfuncties wordt weergegeven.
C / >: Gebruikersfuncties en persoonlijke functies instellen Lijst gebruikersfuncties Nummer C.Fn-00 Functie " Afstandsindicatieweergave C.Fn-01 # Automatisch uitschakelen C.Fn-02 $ C.Fn-08 I C.Fn-10 / C.Fn-11 0 Pagina p. 83 Modelflits AF-hulplicht Timer slave automatisch uitschakelen Slave auto uitschakelen annuleren C.Fn-13 6 C.Fn-21 ; C.Fn-22 < Verlichting LCD-paneel C.Fn-23 ? Laadstatuscontrole slaveflitser p. 84 Flitsbelichtingscompensatie instellen Belichtingshoek p.
C / >: Gebruikersfuncties en persoonlijke functies instellen Alle gebruikersfuncties/persoonlijke functies wissen U kunt alle gebruikersfuncties en persoonlijke functies wissen door op het scherm (links afgebeeld) of en vervolgens <;> te selecteren. Zelfs als u alle gebruikersfuncties wist, wordt C.Fn-00 niet gewist. P.Fn-03 en 07 worden niet weergegeven op de Speedlite 430EX III. U kunt alle gebruikersfuncties van de Speedlite instellen of wissen in het menuscherm van de camera (p. 44).
C: Gebruikersfuncties instellen C.Fn-00: " (Afstandsindicatieweergave) U kunt de afstandsindicatieweergave op het LCD-paneel in meter en voet weergeven. 0: m (Meters (m)) 1: ft (Voet (ft)) C.Fn-01: # (Automatisch uitschakelen) Wanneer de Speedlite ongeveer 90 seconden niet wordt gebruikt, wordt deze automatisch uitgeschakeld om energie te besparen. U kunt deze functie uitschakelen.
C: Gebruikersfuncties instellen C.Fn-08: I (AF-hulplicht) 0: ON (Inschakelen) 1: OFF (Uitschakelen) Schakelt het gebruik van het AF-hulplicht van de Speedlite uit. Het flitssymbool dat wordt weergegeven als C.Fn-08 is ingesteld, verandert op basis van de instelling van P.Fn-05 (p. 87). C.Fn-10: / (Timer slave automatisch uitschakelen) U kunt de tijd totdat de automatische uitschakeling van de slave-unit plaatsvindt, wijzigen.
C: Gebruikersfuncties instellen C.Fn-21: ; (Belichtingshoek) U kunt de belichtingshoek (flitsdekking) van de Speedlite ten opzichte van de beeldhoek wijzigen wanneer de flitsdekking is ingesteld op (Automatisch). 0: j (Standaard) De optimale flitsdekking voor de beeldhoek wordt automatisch ingesteld. 1: k (Richtgetalvoorkeur) Hoewel de rand van de foto iets donkerder is dan bij de instelling 0, is deze instelling handig wanneer u de voorkeur wilt geven aan het flitsvermogen.
>: Persoonlijke functies instellen P.Fn-01: @ (LCD-paneelcontrast) U kunt het contrast van het LCD-paneel op 5 niveaus instellen. P.Fn-02: A (LCD-paneelverlichtingskleur: normaal flitsen) U kunt de kleur selecteren van de LCD-paneelverlichting voor normaal flitsen (flitsen via de camera). 0: GREEN (Groen) 1: ORANGE (Oranje) P.
>: Persoonlijke functies instellen P.Fn-05: ] (Flitsmodus AF-hulplicht) U kunt de flitsmodus van het AF-hulplicht selecteren. 0: J (Kleine serie flitsen via de flitser) Het AF-hulplicht bestaat uit een kleine serie flitsen (p. 22). 1: K (Infrarood) Er wordt een infrarood AF-hulplicht gebruikt dat is gericht op het middelste AF-punt. Plaats het onderwerp in het midden van de zoeker en stel erop scherp. Het effectieve bereik is circa 0,7 - 8 m. Selecteer bij instelling 1 handmatig het middelste AF-punt.
>: Persoonlijke functies instellen P.Fn-07: I (Flitsen tijdens gekoppeld fotograferen) Bij het maken van opnamen met gekoppeld fotograferen (p. 67) kunt u instellen of u de flitser die op de camera is bevestigd, wel of niet wilt laten flitsen. Stel deze in voor elke flitser die u bij gekoppeld fotograferen gebruikt. P.Fn-07 wordt niet weergegeven op de Speedlite 430EX III. 0: OFF (Uitschakelen) De flitser flitst niet tijdens gekoppeld fotograferen.
7 Aanvullende informatie Dit hoofdstuk bevat een systeemoverzicht, problemen oplossen, het gebruik van de Speedlite met type Bcamera’s, enzovoort.
430EX III-RT-/430EX III-systeem Draadloze flitsopnamen Radiotransmissie "# Speedlite/transmitter uitgerust met masterfunctie Speedlite uitgerust met slavefunctie " " ' % & ( + $ Optische transmissie Camera/Speedlite/ transmitter uitgerust met masterfunctie ) ) Speedlite uitgerust met slavefunctie " # * $ " # $ % & 90 Speedlite 430EX III-RT Speedlite 430EX III Ministandaard (geleverd bij 430EX III-RT/430EX III) Indirecte-flitsadapter SBA-E2 (geleverd bij 430EX III-RT/430EX III) Kleurfilter
430EX III-RT-/430EX III-systeem ' Apparaat uitgerust met draadloze masterfunctie met radiotransmissie 600EX-RT en ST-E3-RT ( Speedlite uitgerust met draadloze slavefunctie met radiotransmissie 600EX-RT ) Apparaat uitgerust met draadloze masterfunctie met optische transmissie 600EX-RT, 600EX, 580EX II, 580EX, 550EX, 90EX, MT-24EX, MR14EX II, MR-14EX, ST-E2 en EOS DIGITAL-camera’s met draadloze masterfunctie met optische transmissie via interne flitser * Speedlite uitgerust met draadloze slavefunctie met
f Flitserblokkering als gevolg van temperatuurstijging Als u via een reeks flitsen of modelflitsen herhaaldelijk met korte tussenpozen flitst, kan de flitskop, de batterijen en het gebied bij het batterijcompartiment heet worden. Bij herhaald flitsen wordt de flitserblokkering automatisch geactiveerd om achteruitgang of beschadiging van de flitskop als gevolg van oververhitting te voorkomen.
f Flitserblokkering als gevolg van temperatuurstijging Ook als er geen waarschuwing van niveau 1 wordt weergegeven, wordt het flitsinterval verlengd naarmate de flitskop warmer wordt. Laat bij een waarschuwing van niveau 2 de flitser minstens 30 minuten afkoelen. Zie voor waarschuwingen over het aantal keren flitsen pagina 15 (continue flitsen) of pagina 36 (modelflits). Wanneer een waarschuwing van niveau 2 wordt weergegeven en wanneer ontspannen op afstand (p. 66), testflitsen of modelleerflitsen (p.
Problemen oplossen Raadpleeg bij problemen met de flitser eerst de onderstaande oplossingen. Als u aan de hand van deze informatie het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met uw leverancier of het dichtstbijzijnde Canon Service Center. Normale flitsmodus De flitser gaat niet aan. Controleer of de batterijen in de juiste richting in het compartiment zijn geplaatst (p. 16). Controleer of het deksel van het batterijcompartiment gesloten is (p. 16). Vervang de batterijen door nieuwe.
Problemen oplossen De onderkant van de foto ziet er donker uit. Zorg voor een minimale afstand van 0,7 m tot het onderwerp. Verwijder de lenskap als deze aan de camera is bevestigd. De rand van de foto ziet er donker uit. Stel de flitsdekking in op (automatisch) (p. 32). Wanneer u een handmatige instelling voor de flitsdekking gebruikt, stelt u een flitsdekking in die breder is dan de beeldhoek (p. 32). Controleer of C.Fn-21-1 niet is ingesteld (p. 85). De foto is erg onscherp.
Problemen oplossen Functies kunnen niet worden ingesteld (k weergegeven). Stel de opnamemodus van de camera in op , , , of (creatieve modi). Zet de aan-/uitschakelaar op . Draadloze flitsopnamen met radiotransmissie Draadloos flitsen werkt niet. Bij gebruik van een “Speedlite 430EX III”, die geen radiotransmissiefunctie heeft, zijn draadloze flitsopnamen met radiotransmissie niet mogelijk. Maak flitsopnamen met de draadloze slavefunctie met optische transmissie.
Problemen oplossen Foto’s zijn overbelicht. Wanneer u automatisch flitst met drie flitsgroepen (A, B en C), moet u niet flitsen met flitsgroep C naar het hoofdonderwerp gericht (p. 61). Wanneer u voor elke flitsgroep in een andere flitsmodus fotografeert, moet u niet flitsen met meerdere flitsgroepen ingesteld op of naar het hoofdonderwerp gericht (p. 65). wordt weergegeven. Zet de sluitertijd 1 stop langer dan de flitssynchronisatiesnelheid (p. 49). De LCD-paneelverlichting gaat aan en uit.
Specificaties Type Type: Compatibele camera’s: E-TTL II-/E-TTL-autoflash Speedlite met schoenbevestiging Type A EOS-camera’s (E-TTL II-/E-TTL-autoflash) * Automatisch flitsen is niet mogelijk bij gebruik van type B EOS-camera’s.
Specificaties Opladen Flitsinterval (Oplaadtijd): Normale flits: circa 0,1 - 3,5 sec., snelle flits: circa 0,1 - 2,5 sec.
Specificaties Draadloze slavefunctie met optische transmissie Aansluitmethode: Optische puls Instellingen voor Slave draadloos flitsen: Kanaal: Kan.
Specificaties Richtgetal (bij ISO 100, in meters) Normale flits (volledig vermogen)/snelle flits Flitsdekking (mm) Normale flits (volledig vermogen) Snelle flits Flitsdekking (mm) Normale flits (volledig vermogen) Snelle flits 14 24 28 35 14,0 22,0 24,0 28,0 Gelijk aan ongeveer 1/2 - 1/3 van volledige vermogen 50 70 80 105 33,0 40,0 41,0 43,0 Gelijk aan ongeveer 1/2 - 1/3 van volledige vermogen Handmatig flitsen Flitsvermogen 1/1 1/2 1/4 1/8 1/16 1/32 1/64 1/128 Flitsvermogen 14 14,0 9,9
Gebruik met een type B-camera In deze paragraaf wordt beschreven welke functies wel en niet beschikbaar zijn als u de Speedlite 430EX III-RT/430EX III met een type B-camera (analoge EOS-camera die A-TTL-/TTL-autoflash ondersteunt) gebruikt. Hoewel u ziet in het LCD-paneel van de flitser als de Speedlite is bevestigd op een type B-camera, is automatisch flitsen niet beschikbaar. Als u in deze status een foto maakt, flitst de flitser altijd met vol vermogen.
Draadloos flitsen met radiotransmissie 9 Landen en regio’s waar draadloos flitsen met radiotransmissie is toegestaan Voor sommige landen en regio’s gelden restricties voor het draadloos flitsen met radiotransmissie en onrechtmatig gebruik ervan kan strafbaar zijn op basis van nationale of lokale wetgeving. Controleer op de website van Canon waar het is toegestaan draadloos te flitsen met radiotransmissie om te voorkomen dat u deze wetgeving schendt.
Uitsluitend bestemd voor de Europese Unie en EER (Noorwegen, IJsland en Liechtenstein) Dit symbool geeft aan dat dit product in overeenstemming met de AEEA-richtlijn (2012/19/EU) en de nationale wetgeving niet mag worden afgevoerd met het huishoudelijk afval. Dit product moet worden ingeleverd bij een aangewezen, geautoriseerd inzamelpunt, bijvoorbeeld wanneer u een nieuw gelijksoortig product aanschaft, of bij een geautoriseerd inzamelpunt voor hergebruik van elektrische en elektronische apparatuur (EEA).
MEMO 105
Index 12 sec.-, 16 sec.-timer ......................4 A Aan-/uitschakelaar ..........................18 Aantal keer flitsen ...........................16 Accessoireschoen...........................17 AF-hulplicht...................22, 81, 84, 87 Afstandsindicatieweergave ............................................20, 34, 83 Afstandsontspan .............................66 Alles wissen ..............................44, 82 Automatisch uitschakelen ...
Index Handmatig flitsen ......................34, 62 Hogesnelheidssynchronisatie ......................................26, 49, 58, 77 I ID draadloos radiosignaal .........50, 51 Indirecte flits....................................28 Indirecte-flitsadapter .......................30 INDIVIDUELE SLAVE ...............13, 78 Individuele slave .............................78 Instelling van functies......................39 Instellingen wissen (terug naar standaardwaarden) ...................38, 41 K Kleurfilter.
De beschrijvingen in deze instructiehandleiding dateren van juni 2015. Voor informatie over de compatibiliteit met producten van latere datum neemt u contact op met een Canon Service Center. De meeste recente versie van de instructiehandleiding vindt u op de website van Canon. CPA-X144-000 © CANON INC.