MX450 series Online handleiding Faxen Nederlands (Dutch)
Faxen Het faxen voorbereiden De telefoonlijn aansluiten Het telefoonlijntype instellen De ontvangstmodus instellen Informatie over de afzender instellen Faxen verzenden met het bedieningspaneel van het apparaat Faxen verzenden met de numerieke toetsen Basis Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) Faxen verzenden met behulp van handige functies Ontvangers registreren Ontvangers registreren met het bedieningspaneel van het apparaat Ontvangers registreren/wijzigen met het hulpprogramm
Faxen verzenden met het bedieningspaneel van het apparaat Faxen verzenden met de numerieke toetsen Basis Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) Faxen verzenden met behulp van handige functies
Ontvangers registreren Ontvangers registreren met het bedieningspaneel van het apparaat Ontvangers registreren/wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen
Faxen ontvangen Faxen ontvangen De papierinstellingen wijzigen Geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus Geheugenontvangst Faxen ontvangen met behulp van handige functies
Overige nuttige faxfuncties Informatieservices gebruiken Faxen verzenden/ontvangen in de ECM Document opgeslagen in apparaatgeheugen Overzicht van rapporten en lijsten
Een fax verzenden vanaf een computer Een fax verzenden (faxstuurprogramma) Basis Een adresboek maken (faxstuurprogramma) Ontvangers in een adresboek bewerken of verwijderen (faxstuurprogramma) Ontvangers zoeken in een adresboek (faxstuurprogramma) Problemen met het verzenden van faxen oplossen (faxstuurprogramma) Algemene opmerkingen (faxstuurprogramma)
Het faxen voorbereiden Verbind het apparaat met de telefoonlijn en stel het apparaat in voordat u de faxfuncties gebruikt. Geef vervolgens de basisinstellingen op, zoals informatie over de afzender, datum/tijd en zomertijd. Belangrijk Als de stroom onverwachts wordt onderbroken: Als u er een stroomstoring is opgetreden of als u de stekker per ongeluk uit het stopcontact haalt, worden de datum- en tijdinstellingen op het apparaat teruggezet.
De telefoonlijn aansluiten De verbindingsmethode verschilt afhankelijk van uw telefoonlijn. • Wanneer u het apparaat rechtstreeks aansluit op de muuraansluiting/Wanneer u het apparaat aansluit met de xDSL-splitter: Basisverbinding • Als u het apparaat aansluit op een andere lijn, zoals een xDSL: Verschillende lijnen aansluiten Als het apparaat niet op de juiste manier is aangesloten, kan het apparaat geen faxen verzenden/ ontvangen. Sluit het apparaat op de juiste manier aan.
Opmerking Zie Achteraanzicht voor de locatie van de telefoonaansluiting en de aansluiting voor extern apparaat. Verwijder het kapje van de telefoonaansluiting voordat u de telefoon of het antwoordapparaat aansluit. Voor gebruikers in het Verenigd Koninkrijk: Als de stekker van het externe apparaat niet kan worden aangesloten op de aansluiting van het apparaat, moet u een adapter van B.T. aanschaffen om het externe apparaat als volgt aan te sluiten: Sluit de adapter van B.T.
A. ASL (Analog Subscriber Line) B. xDSL-modem (het modem bevat mogelijk geen ingebouwde splitter) C. Computer D. Telefoon of antwoordapparaat Belangrijk Splits de telefoonlijn niet vóór de splitter (muurzijde) wanneer de splitter niet in het modem is ingebouwd. Sluit splitters bovendien niet parallel aan. Als u dit doet, werkt het apparaat mogelijk niet naar behoren.
Het telefoonlijntype instellen Controleer of u het juiste telefoonlijntype voor uw telefoonlijn hebt ingesteld voordat u het apparaat gaat gebruiken. Als u niet zeker weet welk telefoonlijntype u gebruikt, neemt u contact op met uw telefoonmaatschappij. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij of serviceprovider als u het lijntype voor xDSL- of ISDN-aansluitingen wilt controleren.
De ontvangstmodus instellen Stel de ontvangstbewerking (ontvangstmodus) in. Meer informatie over het instellen van de ontvangstmodus: De ontvangstmodus instellen U kunt de juiste modus selecteren. Meer informatie over de te selecteren ontvangstmodus: Informatie over de ontvangstmodus Opmerking De bedieningsprocedure voor ontvangst verschilt, afhankelijk van de geselecteerde ontvangstmodus.
Als u DRPD wilt gebruiken, volgt u de onderstaande procedure om een belpatroon voor faxen in te stellen dat overeenkomt met het patroon dat is toegewezen door uw telefoonmaatschappij. Opmerking Neem contact op met uw lokale telefoonmaatschappij voor uitgebreide informatie over deze service. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop FAXEN (FAX). Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 3. Druk op de knop Menu.
er een oproep binnenkomt (Handm./auto schak. (Manual/auto switch)). En het apparaat kan automatisch faxen ontvangen wanneer u de hoorn van de haak neemt of wanneer een antwoordapparaat een oproep beantwoordt die een fax is (Gebruiksvriend. RX (User-friendly RX)). Geavanceerde instelling in Modus tel.prioriteit (TEL priority mode) Mogelijk gaat de telefoon niet over bij binnenkomende oproepen, zelfs als de telefoon is aangesloten op het apparaat. Dit is afhankelijk van de instellingen van de telefoon.
Informatie over de afzender instellen U kunt informatie over de afzender instellen, zoals datum/tijd, toestelnaam en fax-/telefoonnummer van toestel. Informatie over de afzender De datum en tijd instellen Zomertijd instellen Gebruikersinformatie registreren Informatie over de afzender Als de naam en het fax-/telefoonnummer van het toestel zijn geregistreerd, worden deze samen met de datum en tijd afgedrukt als afzenderinformatie op de fax van de ontvanger. A. Datum en tijd van verzending B.
Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. 3. Selecteer met de knop de knop OK. de optie Apparaatinstellingen (Device settings) en druk vervolgens op 4. Selecteer met de knop op de knop OK. de optie Gebr.instell. appar. (Dev. user settings) en druk vervolgens 5. Selecteer met de knop de knop OK. de optie Instell. datum/tijd (Date/time setting) en druk vervolgens op 6. Stel de datum en tijd in.
7. Stel de datum en tijd in wanneer de zomertijd begint. 1. Selecteer met de knop de knop OK. de optie Startdatum/tijd (Start date/time) en druk vervolgens op 2. Controleer of Maand instellen (Set month) is geselecteerd en druk op de knop OK. 3. Gebruik de knop op de knop OK. om de maand te selecteren waarin de zomertijd begint en druk vervolgens 4. Controleer of Week instellen (Set week) is geselecteerd en druk op de knop OK. 5. Gebruik de knop op de knop OK.
Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. 3. Selecteer met de knop OK. de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk vervolgens op de knop 4. Selecteer met de knop op de knop OK. de optie Gebruikersinst. fax (FAX user settings) en druk vervolgens 5. Geef het fax- of telefoonnummer van het toestel op. 1. Controleer of Registr. toestelnr. (Unit TEL no. registr.) is geselecteerd en druk op de knop OK. 2. Voer het fax-/telefoonnummer van het toestel in met de numerieke toetsen. 3.
Faxen verzenden met het bedieningspaneel van het apparaat Faxen verzenden met de numerieke toetsen Basis Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) Faxen verzenden met behulp van handige functies
Faxen verzenden met de numerieke toetsen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u faxnummers kiest en faxen direct verzendt met de numerieke toetsen. Belangrijk Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd. Wanneer u belangrijke documenten stuurt, wordt aanbevolen ze te verzenden nadat u de ontvanger aan de telefoon hebt gesproken. Een fax verzenden na een telefoongesprek 1.
6. Gebruik de knop om de scanresolutie te selecteren en druk op de knop OK. Als u op de knop OK drukt, keert het LCD-scherm terug naar het standby-scherm voor faxen. De volgende instellingen kunnen worden geselecteerd bij Scanresolutie (Scan resolution). Standaard (Standard) Geschikt voor documenten die alleen tekst bevatten. Fijn (Fine) Geschikt voor documenten met kleine letters. Extra fijn (Extra fine) Geschikt voor gedetailleerde illustraties en documenten met kleine letters.
Opmerking Druk op de knop Stoppen (Stop) om het verzenden te annuleren. Als u het verzenden wilt annuleren terwijl de fax wordt verzonden, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en volgt u de aanwijzingen op het LCD-scherm. Als er documenten achterblijven in de ADF nadat u op de knop Stoppen (Stop) hebt gedrukt terwijl het scannen wordt uitgevoerd, wordt het bericht Sluit de papierinvoer (Close the feeder cover) [OK]Document uitwerpn ([OK] Document uitwerpn (Eject the document)) weergegeven op het LCD-scherm.
Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) Er zijn twee methoden voor het herhalen van een nummer: Automatische nummerherhaling en Handmatige nummerherhaling. • Automatische nummerherhaling Als u een document verzendt en de lijn bezet is, probeert het apparaat het na een vaste periode automatisch opnieuw. Automatische nummerherhaling • Handmatige nummerherhaling U kunt de nummers van de ontvangers die u hebt gebeld, herhalen met de numerieke toetsen.
3. Plaats documenten op de glasplaat of in de ADF. Originelen plaatsen 4. Pas indien nodig het scancontrast en de resolutie aan. Opmerking Zie Faxen verzenden met de numerieke toetsen voor meer informatie over het aanpassen van het scancontrast en de resolutie. 5. Druk op de knop Menu. Het scherm Menu FAX (FAX menu) wordt weergegeven. 6. Selecteer met de knop de optie Nummerherhaling (Redial) en druk vervolgens op de knop OK. Het scherm Nummerherhaling (Redial) wordt weergegeven. 7.
Faxen verzenden met behulp van handige functies Een fax verzenden na een telefoongesprek Een fax verzenden met de functie Snelkiesnummer Geregistreerde ontvangers zoeken op naam Hetzelfde document naar verschillende ontvangers verzenden (Sequentiële uitzending) Verkeerd verzonden faxen voorkomen De functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak gebruiken
Een fax verzenden na een telefoongesprek Als u met de ontvanger wilt spreken voordat u een fax verzendt, of als de ontvanger geen faxapparaat heeft dat automatisch faxen kan ontvangen, kunt u een fax handmatig verzenden nadat u via de telefoon met de ontvanger hebt gesproken om na te gaan of de ontvanger faxen kan ontvangen. Belangrijk Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd.
Belangrijk Verzenden in kleur is alleen mogelijk wanneer het faxapparaat van de ontvanger faxen in kleur ondersteunt. 10. Plaats de hoorn terug. Opmerking Druk op de knop Stoppen (Stop) om het verzenden te annuleren. Als u het verzenden wilt annuleren terwijl de fax wordt verzonden, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en volgt u de aanwijzingen op het LCD-scherm.
Een fax verzenden met de functie Snelkiesnummer Als u het fax-/telefoonnummer en de naam van de ontvanger hebt geregistreerd voor snelkiezen of groepskiezen, kunt u eenvoudig faxen verzenden. Belangrijk Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd. Wanneer u belangrijke documenten stuurt, wordt aanbevolen ze te verzenden nadat u de ontvanger aan de telefoon hebt gesproken.
2. Druk op de knop OK. 8. Druk op de knop Kleur (Color) als u het document in kleur wilt verzenden of op de knop Zwart (Black) als u het document in zwart-wit wilt verzenden. Belangrijk Verzenden in kleur is alleen mogelijk wanneer het faxapparaat van de ontvanger faxen in kleur ondersteunt. Opmerking Druk op de knop Stoppen (Stop) om het verzenden te annuleren.
Geregistreerde ontvangers zoeken op naam U kunt een geregistreerde ontvanger zoeken door de namen op alfabetische volgorde te sorteren en de fax te verzenden. Belangrijk Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd. Wanneer u belangrijke documenten stuurt, wordt aanbevolen ze te verzenden nadat u de ontvanger aan de telefoon hebt gesproken.
Opmerking Als u wilt terugkeren naar het scherm om een snelkiesnummer of een groepskiesnummer te selecteren, drukt u op de knop . 8. Voer met de numerieke toetsen de eerste letter in van de naam van de ontvanger of de groep die u zoekt. De namen van ontvangers en groepen zijn alfabetisch gesorteerd. Opmerking Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens: Cijfers, letters en symbolen invoeren U kunt de volgende tekens opgeven met de numerieke toetsen.
Hetzelfde document naar verschillende ontvangers verzenden (Sequentiële uitzending) Met dit apparaat kunt u hetzelfde document naar maximaal 21 ontvangers tegelijk verzenden. De ontvangers kunnen gecombineerd worden opgegeven met de numerieke toetsen, snelkiezen en groepskiezen. U kunt het volgende aantal ontvangers gezamenlijk opgeven.
Opmerking Als Faxnr. opn. invoeren (FAX no. re-entry) bij Beveiligingsbeheer (Security control) onder Faxinstellingen (Fax settings) is ingesteld op AAN (ON), voert u het nummer nogmaals in met de numerieke toetsen. Druk vervolgens op de knop OK. Beveiligingsbeheer (Security control) • Door het nummer te herhalen: Druk op de knop Menu, gebruik de knop om Nummerherhaling (Redial) te selecteren en druk op de knop OK. Gebruik de knop om het nummer dat u wilt kiezen te selecteren. Druk vervolgens op de knop OK.
Verkeerd verzonden faxen voorkomen Het apparaat heeft twee functies voor het voorkomen van verzendfouten in faxen. • Faxen verzenden nadat u het nummer tweemaal hebt ingevoerd Met deze functie moet u het fax-/telefoonnummer tweemaal invoeren met de numerieke toetsen om te voorkomen dat u het verkeerde nummer kiest met het apparaat. Fax verzenden na tweemaal kiezen (Faxnr opnw.
2. Druk op de knop Instellingen (Setup). Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. 3. Selecteer met de knop OK. de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk vervolgens op de knop 4. Selecteer met de knop de knop OK. de optie Beveiligingsbeheer (Security control) en druk vervolgens op 5. Selecteer met de knop op de knop OK. de optie RX-faxinfo control. (Check RX FAX info) en druk vervolgens 6. Selecteer met de knoppen de optie AAN (ON) en druk vervolgens op de knop OK.
De functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak gebruiken Ga als volgt te werk om faxen te verzenden met de functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak. Belangrijk Het is mogelijk dat faxen bij een onbeoogde ontvanger terechtkomen doordat het verkeerde fax-/ telefoonnummer is gekozen of het nummer onjuist is geregistreerd. Wanneer u belangrijke documenten stuurt, wordt aanbevolen ze te verzenden nadat u de ontvanger aan de telefoon hebt gesproken.
Verzenden in kleur is alleen mogelijk wanneer het faxapparaat van de ontvanger faxen in kleur ondersteunt. Opmerking Druk op de knop Stoppen (Stop) om het verzenden te annuleren. Als u het verzenden wilt annuleren terwijl de fax wordt verzonden, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en volgt u de aanwijzingen op het LCD-scherm.
Ontvangers registreren Ontvangers registreren met het bedieningspaneel van het apparaat Ontvangers registreren/wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen
Ontvangers registreren met het bedieningspaneel van het apparaat Met snelkiezen kunt u fax-/telefoonnummers kiezen door op slechts een paar knoppen te drukken.
Ontvangers registreren voor snelkiezen Voordat u de snelkiesfunctie kunt gebruiken, moet u fax-/telefoonnummers van ontvangers registreren. Volg de onderstaande procedure om de fax-/telefoonnummers van de ontvangers te registreren. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop Instellingen (Setup). Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk 3.
Wanneer u deze registratiemethode selecteert, wordt het scherm voor het selecteren van het fax-/telefoonnummer of de naam van de ontvangen oproepenlogboeken weergegeven. 1. Gebruik de knop de knop OK. om een fax-/telefoonnummer of een naam te selecteren en druk op 2. Als Telefoonnr. (TEL number) wordt weergegeven, drukt u op de knop OK. Het fax-/telefoonnummer dat is geselecteerd in de ontvangen oproepenlogboeken wordt weergegeven. 3. Controleer het fax-/telefoonnummer en druk op de knop OK.
Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens: Cijfers, letters en symbolen invoeren 11. Druk op de knop OK om het registreren te voltooien. Opmerking Als u het nummer en de naam van nog een ontvanger wilt registeren als snelkiesnummer, selecteert u een leeg snelkiesnummer en volgt u dezelfde procedure als voor de registratie. Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Ontvangers registreren voor groepskiezen Als u twee of meer geregistreerde snelkiesnummers registreert als groepskiesnummer, kunt u hetzelfde document verzenden aan alle ontvangers die voor het groepskiesnummer zijn geregistreerd. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop Instellingen (Setup). Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk 3.
Gebruik de numerieke toetsen om de eerste letter op te geven van de naam van de ontvanger die u wilt zoeken en gebruik de knop om het snelkiesnummer te selecteren dat u wilt toevoegen aan de groep. Druk vervolgens op de knop OK. Geregistreerde ontvangers zoeken op naam Als u wilt terugkeren naar het scherm om een snelkiesnummer of een groepskiesnummer te selecteren, drukt u op de knop . 3. Druk op de knop OK. Het snelkiesnummer wordt geregistreerd voor het groepskiesnummer. 4.
Geregistreerde gegevens wijzigen Ga als volgt te werk als u de geregistreerde gegevens voor snelkiesnummers en groepskiesnummers wilt wijzigen. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop Instellingen (Setup). Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk 3. Selecteer met de knop vervolgens op de knop OK. de optie Registratie telnr. (TEL no. registration) 4.
4. Wijzig de groepsnaam terwijl u het snelkiesnummer registreert voor groepskiezen en druk daarna op de knop OK. Opmerking U kunt maximaal 16 tekens inclusief spaties opgeven voor de naam. Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens: Cijfers, letters en symbolen invoeren Opmerking Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Geregistreerde gegevens verwijderen Ga als volgt te werk als u de geregistreerde gegevens voor snelkiesnummers en groepskiesnummers wilt verwijderen. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop Instellingen (Setup). Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven. de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk 3. Selecteer met de knop vervolgens op de knop OK. de optie Registratie telnr. (TEL no. registration) 4.
Een lijst met geregistreerde nummers afdrukken U kunt een lijst afdrukken met de ontvangers die zijn geregistreerd voor snelkiezen en deze lijst bij het apparaat bewaren als hulpmiddel bij het kiezen. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Plaats papier. Papier plaatsen 3. Druk op de knop FAXEN (FAX). Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 4. Druk op de knop Menu. Het scherm Menu FAX (FAX menu) wordt weergegeven. 5.
Ontvangers registreren/wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen Informatie over het hulpprogramma Snelkiezen Met het Hulpprogramma Snelkiezen kunt u de fax-/telefoonnummers die in het apparaat zijn geregistreerd, doorsturen naar een computer en ze op de computer registreren/wijzigen. Daarnaast kunt u het fax-/ telefoonnummer, de naam en het fax-/telefoonnummer van de gebruiker en geweigerde nummers die op de computer zijn bewerkt, registreren in het apparaat.
Het hulpprogramma Snelkiezen starten Voordat u het Hulpprogramma Snelkiezen start, controleert u het volgende: • Zijn de vereiste toepassingen (MP Drivers en Hulpprogramma Snelkiezen) geïnstalleerd. Als de software (MP Drivers en Hulpprogramma Snelkiezen) nog niet is geïnstalleerd, plaatst u de Installatie-cd-rom in het schijfstation van de computer en installeert u MP Drivers en Hulpprogramma Snelkiezen. • Het apparaat is correct aangesloten op een computer.
Dialoogvenster van het hulpprogramma Snelkiezen Het dialoogvenster Hulpprogramma Snelkiezen (Speed Dial Utility) bevat de volgende items. 1. Printernaam: (Printer Name:) Hier selecteert u het apparaat waarvoor u de geregistreerde gegevens wilt bewerken met het Hulpprogramma Snelkiezen. 2. Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings) Hiermee laadt u de geregistreerde gegevens in het apparaat dat is geselecteerd bij Printernaam: (Printer Name:) in het hulpprogramma Snelkiezen. 3.
7. Instructies (Instructions) Hiermee geeft u deze handleiding weer. 8. Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u het Hulpprogramma Snelkiezen af. Gegevens die zijn geregistreerd of bewerkt met het Hulpprogramma Snelkiezen worden niet op de computer opgeslagen en ook niet in het apparaat geregistreerd. 9. Opslaan op pc... (Save to PC...) Hiermee slaat u gegevens die zijn bewerkt met het Hulpprogramma Snelkiezen op de computer op. 10. Registr.
Geregistreerde gegevens in het apparaat opslaan op de pc Volg de onderstaande procedure als u de snelkiesnummers/groepskiesnummers, de naam van de gebruiker, het fax-/telefoonnummer of geweigerde nummers in het apparaat wilt opslaan op de computer. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3. Klik op Opslaan op pc... (Save to PC...). 4.
Fax-/telefoonnummers registreren met het hulpprogramma Snelkiezen Volg de onderstaande procedure als u fax-/telefoonnummers wilt registreren. Opmerking Voordat u fax-/telefoonnummers registreert met het Hulpprogramma Snelkiezen, moet u controleren of er geen faxbewerkingen worden uitgevoerd. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3.
1. Geef de groepsnaam op. 2. Selecteer het nummer dat u aan de groep wilt toevoegen en klik op Toevoegen >> (Add >>). Opmerking U kunt alleen nummers invoeren die al zijn geregistreerd. 6. Klik op OK. Herhaal stap 4 tot en met 6 als u nog meer fax-/telefoonnummers of groepskiesnummers wilt registreren. • De geregistreerde gegevens op de computer opslaan: 1. Klik op Opslaan op pc... (Save to PC...). 2. Voer de bestandsnaam in op het weergegeven scherm en klik op Opslaan (Save).
Fax-/telefoonnummers wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen Volg de onderstaande procedure als u fax-/telefoonnummers wilt wijzigen. Opmerking Voordat u fax-/telefoonnummers wijzigt met het Hulpprogramma Snelkiezen, moet u controleren of er geen faxbewerkingen worden uitgevoerd. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3.
2. Voeg een nummer toe aan het groepskiesnummer of verwijder een nummer uit de groep. Een nummer toevoegen: Selecteer het nummer dat u aan de groep wilt toevoegen en klik op Toevoegen >> (Add >>). Een nummer verwijderen: Selecteer het nummer dat u uit de groep wilt verwijderen en klik op << Verwijderen (<< Delete). 5. Klik op OK. Herhaal stap 4 en 5 als u nog meer fax-/telefoonnummers of groepskiesnummers wilt wijzigen. • De bewerkte gegevens op de computer opslaan. 1. Klik op Opslaan op pc... (Save to PC.
Fax-/telefoonnummers verwijderen met het hulpprogramma Snelkiezen Volg de onderstaande procedure als u fax-/telefoonnummers wilt verwijderen. Opmerking Voordat u fax-/telefoonnummers verwijdert met het Hulpprogramma Snelkiezen, moet u controleren of er geen faxbewerkingen worden uitgevoerd. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3.
Gegevens over de afzender wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen Volg de onderstaande procedure als u de naam of het fax-/telefoonnummer van de gebruiker wilt wijzigen. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3. Klik bij Lijst met instellingsitems: (Setting Item List:) op Gebruikersgegevens instellen (User Information Setting).
Geweigerde nummers registreren/wijzigen met het hulpprogramma Snelkiezen Volg de onderstaande procedure als u geweigerde nummers wilt registreren, wijzigen of verwijderen. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3. Klik bij Lijst met instellingsitems: (Setting Item List:) op Geweigerde nummers instellen (Rejected Number Setting).
De geregistreerde gegevens oproepen vanaf de pc en de gegevens in het apparaat registreren U kunt de fax-/telefoonnummers, de naam en het fax-/telefoonnummer van de gebruiker en geweigerde nummers die op de computer zijn opgeslagen, registreren in het apparaat. 1. Start het Hulpprogramma Snelkiezen. Het hulpprogramma Snelkiezen starten 2. Selecteer het apparaat in de lijst Printernaam: (Printer Name:) en klik op Afdrukinstellingen weergeven (Display Printer Settings). 3. Klik op Laden van pc...
Het hulpprogramma Snelkiezen verwijderen Volg de onderstaande procedure als u het Hulpprogramma Snelkiezen wilt verwijderen. Belangrijk Meld u aan bij een gebruikersaccount met beheerdersrechten. 1. Verwijder het hulpprogramma Snelkiezen. • In Windows 7 of Windows Vista: 1. Klik op Start > Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2.
Faxen ontvangen Faxen ontvangen De papierinstellingen wijzigen Geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus Geheugenontvangst Faxen ontvangen met behulp van handige functies
Faxen ontvangen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het ontvangen van een faxen voorbereid en hoe u faxen ontvangt. De ontvangst van een fax voorbereiden Ga te werk volgens de onderstaande procedure om de ontvangst van een fax voor te bereiden. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop FAXEN (FAX). Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 3. Controleer de instelling voor de ontvangstmodus.
de telefoon gaat over wanneer er een oproep binnenkomt. Neem de hoorn op. Als u de faxtoon hoort, wacht u ten minste 5 seconden nadat de toon is gestopt en hangt u de hoorn weer op. Het apparaat ontvangt de fax. Opmerking Als het apparaat niet naar de faxontvangst omschakelt, drukt u op de knop FAXEN (FAX) en vervolgens op de knop Kleur (Color) of de knop Zwart (Black) om de fax te ontvangen. Als u een fax wilt ontvangen zonder de hoorn op te nemen, stelt u Handm./auto schak.
Als het een spraakoproep betreft: de telefoon gaat over wanneer er een oproep binnenkomt. Neem de hoorn van de haak en begin met spreken. Opmerking Als het apparaat tijdens telefoongesprekken onverwachts overschakelt op faxontvangst, stelt u Gebruiksvriend. RX (User-friendly RX) bij de geavanceerde instellingen in op UIT (OFF). Als Handm./auto schak.
de telefoon gaat over wanneer er een oproep binnenkomt. Als het apparaat het belpatroon voor faxen niet detecteert, blijft de telefoon overgaan. Neem de hoorn van de haak en begin met spreken. Opmerking Als u deze functie wilt gebruiken, moet u zich aanmelden bij een compatibele service die door uw telefoonmaatschappij wordt geleverd. Voor DRPD U moet het juiste belpatroon selecteren op het apparaat.
De papierinstellingen wijzigen Dit apparaat drukt ontvangen faxen af op papier dat vooraf in het apparaat is geplaatst. Met het bedieningspaneel kunt u de papierinstellingen voor het afdrukken van faxen wijzigen. Zorg dat de instellingen geschikt zijn voor het geplaatste papier. Belangrijk Als het formaat van het geplaatste papier verschilt van het ingestelde papierformaat, worden de ontvangen faxen opgeslagen in het apparaatgeheugen en wordt Papierformaat control.
Opmerking Als een ander mediumtype dan Gewoon papr (Plain paper) is geselecteerd, selecteert u Gewoon papr (Plain paper) met de knop en drukt u op de knop OK. 9. Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus U kunt voor elke ontvangstmodus geavanceerde instellingen opgeven. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus opgeeft en items instelt. Geef de geavanceerde instellingen op volgens de onderstaande procedure. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Druk op de knop FAXEN (FAX). Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 3. Druk op de knop Menu.
Geavanceerde instelling in Modus tel.prioriteit (TEL priority mode) U kunt de volgende instellingsitems opgeven. • Handm./auto schak. (Manual/auto switch) Als u AAN (ON) selecteert, worden faxen automatisch door het apparaat ontvangen nadat het externe apparaat een opgegeven tijd is overgegaan. U kunt opgeven na hoeveel tijd het apparaat automatisch begint met het ontvangen van faxen. • Gebruiksvriend.
Geheugenontvangst Als het apparaat de fax niet heeft kunnen afdrukken, wordt de ontvangen fax in het apparaatgeheugen opgeslagen. Het Faxgeheugen (FAX Memory)-lampje gaat branden en Ontvangen in geheugen (Received in memory) wordt weergegeven op het LCD-scherm. Belangrijk Als het netsnoer wordt losgekoppeld, worden alle faxen verwijderd die in hetapparaatgeheugen zijn opgeslagen. De volgende keer dat u het apparaat inschakelt, drukt u op de knop OK nadat een bevestigingsscherm wordt weergegeven.
• Er is een ander papierformaat geplaatst dan is opgegeven in Paginaformaat (Page size): Plaats papier van het formaat dat is opgegeven in Paginaformaat (Page size) en druk vervolgens op de knop OK. • Paginaformaat (Page size) is ingesteld op een ander formaat dan A4, Letter of LTR of Legal: Stel de optie Paginaformaat (Page size) in op A4, Letter, LTR of Legal. De papierinstellingen wijzigen Opmerking Sommige paginaformaten zijn niet beschikbaar; dit is afhankelijk van het land of de regio van aankoop.
Faxen ontvangen met behulp van handige functies Ontvangen faxen automatisch opslaan op een USB-flashstation Externe ontvangst Faxontvangst weigeren Oproepen weigeren op basis van nummerherkenning
Ontvangen faxen automatisch opslaan op een USB-flashstation U kunt ontvangen faxen na ontvangst automatisch als PDF-bestanden op een USB-flashstation opslaan. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het apparaat zo instelt dat ontvangen faxen automatisch op een USB-flashstation worden opgeslagen. Belangrijk Verwijder het USB-flashstation niet uit het apparaat wanneer het apparaat is ingesteld om ontvangen faxen automatisch op een USB-flashstation op te slaan.
Wanneer u het USB-flashstation verwijdert, stelt u Instell. autom. opsl. (Auto save setting) in op UIT (OFF). • Faxen die zijn opgeslagen op een USB-flashstation importeren naar de computer U kunt faxen die zijn opgeslagen op een USB-flashstation importeren op de computer. Nadat u faxen hebt opgeslagen, sluit u het USB-flashstation aan op de computer en importeert u de gegevens.
Externe ontvangst Als het apparaat zich niet in de buurt van de telefoon bevindt, kunt u de hoorn van de haak nemen van de telefoon die is aangesloten op het apparaat. Kies 25 (de id voor externe ontvangst) om faxen te ontvangen (externe ontvangst). • Als de telefoon is aangesloten op een lijn voor pulskiezen, schakelt u de telefoon tijdelijk om naar toonkiezen. Raadpleeg de handleiding van de telefoon voor informatie over hoe u toonkiezen kunt inschakelen.
Faxontvangst weigeren U kunt het apparaat zo instellen dat faxen zonder informatie over de afzender of van bepaalde afzenders worden geweigerd. Selecteer een van de volgende opties voor het weigeren van faxen. • Faxen zonder informatie over de afzender. • Faxen van nummers die niet zijn geregistreerd als snelkiesnummer. • Faxen van nummers die in het apparaat zijn geregistreerd als geweigerde nummers. Selecteer de voorwaarde voor het weigeren van faxen volgens de onderstaande procedure. 1.
1. Wanneer het bevestigingsscherm voor het registreren van het geweigerde nummer wordt weergegeven, gebruikt u de knop om Ja (Yes) te selecteren en drukt u op de knop OK. 2. Selecteer met de knoppen OK. 3. Gebruik de knop het kiesnummer dat u wilt registreren en druk vervolgens op de knop om een registratiemethode te selecteren en druk op de knop OK. Registreer het geweigerde nummer op basis van de registratiemethode.
Oproepen weigeren op basis van nummerherkenning Als u bent geabonneerd op een service voor beller-ID, detecteert het apparaat het nummer van de afzender. Als de ID van de afzender voldoet aan de voorwaarde die u hier hebt geselecteerd, weigert het apparaat het telefoongesprek of de fax van de afzender. Opmerking Deze instelling wordt mogelijk niet ondersteund, afhankelijk van het land of de regio van aankoop. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij om te vragen of deze service wordt geboden.
Overige nuttige faxfuncties Informatieservices gebruiken Faxen verzenden/ontvangen in de ECM Document opgeslagen in apparaatgeheugen Overzicht van rapporten en lijsten
Informatieservices gebruiken U kunt gebruikmaken van vele informatieservices, zoals services voor bankieren en vliegticket- en hotelreserveringen. Voor het gebruik van deze services is toonkiezen vereist. U moet dus tijdelijk schakelen naar toonkiezen als het apparaat is aangesloten op een lijn voor pulskiezen. De lijn voor toonkiezen gebruiken De lijn voor pulskiezen gebruiken Belangrijk Voor sommige informatieservices kan een overeenkomst met een serviceprovider vereist zijn.
6. Plaats de hoorn terug om de service te beëindigen. De lijn voor pulskiezen gebruiken • Nummers kiezen met de telefoon op de haak Opmerking U kunt de functie voor het kiezen van nummers met de telefoon op de haak alleen gebruiken als Instelling handsfree (On-hook setting) bij Beveiligingsbeheer (Security control) onder Faxinstellingen (Fax settings) is ingesteld op Inschakelen (Enable). Beveiligingsbeheer (Security control) 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Faxen verzenden/ontvangen in de ECM Het apparaat is ingesteld voor het verzenden/ontvangen van faxen in de ECM (Error Correction Mode). Als het faxapparaat van de ontvanger geschikt is voor ECM, verstuurt het apparaat de fax automatisch opnieuw met gecorrigeerde fouten. Opmerking Als het faxapparaat van de afzender of ontvanger niet geschikt is voor ECM, wordt de fax verzonden/ ontvangen zonder automatische foutcorrectie. Als u kleurenfaxen wilt ontvangen, moet ECM RX bij Geav. communicatie (Adv.
Document opgeslagen in apparaatgeheugen Als het verzenden van faxen niet wordt voltooid of als het apparaat de ontvangen faxen niet heeft kunnen afdrukken, worden deze faxen opgeslagen in het apparaatgeheugen. Als er een fout is opgetreden tijdens het verzenden van een fax, wordt het document niet in het apparaatgeheugen opgeslagen. In de volgende gevallen kan het apparaat een ontvangen fax niet afdrukken en zal deze automatisch worden opgeslagen in het geheugen.
van het gewenste document niet weet, kunt u eerst de lijst met documenten (GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST)) afdrukken. Zie Een lijst met documenten in het apparaatgeheugen afdrukken voor meer informatie over het afdrukken van de GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST).
Een document in het apparaatgeheugen afdrukken U kunt een bepaald document in het apparaatgeheugen of alle documenten in het geheugen tegelijk afdrukken. Wanneer u een bepaald document afdrukt, kunt u het gewenste document selecteren met behulp van het transactienummer. Als u het transactienummer van het gewenste document niet weet, kunt u eerst de lijst met documenten (GEHEUGENLIJST (MEMORY LIST)) afdrukken.
Een bepaald document in het apparaatgeheugen afdrukken Geef het document op en druk dit af volgens de onderstaande procedure. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Plaats papier. Papier plaatsen 3. Druk op de knop FAXEN (FAX). Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 4. Druk op de knop Menu. Het scherm Menu FAX (FAX menu) wordt weergegeven. 5. Selecteer met de knoppen vervolgens op de knop OK.
Het scherm waarop u kunt bevestigen of u het afgedrukte document uit het apparaatgeheugen wilt verwijderen, wordt weergegeven. Als u Ja (Yes) selecteert met de knop en op de knop OK drukt, wordt het afgedrukte document in het apparaatgeheugen verwijderd. Opmerking Als het opgegeven document zich niet in het apparaatgeheugen bevindt, wordt Geen document (No document) weergegeven en gaat het apparaat terug naar het vorige scherm.
Documenten uit het apparaatgeheugen verwijderen U kunt een bepaald document uit het apparaatgeheugen of alle documenten uit het geheugen tegelijk verwijderen. Een bepaald document uit het apparaatgeheugen verwijderen Alle documenten uit het apparaatgeheugen verwijderen Opmerking Wanneer u een bepaald document verwijdert, kunt u het gewenste document selecteren met behulp van het transactienummer.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven. 7. Selecteer met de knoppen de optie Ja (Yes) en druk vervolgens op de knop OK. Het opgegeven document wordt uit het apparaatgeheugen verwijderd. Opmerking Als het opgegeven document zich niet in het apparaatgeheugen bevindt, wordt Geen document (No document) weergegeven en gaat het apparaat terug naar het vorige scherm. Druk op de knop Stoppen (Stop) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Een document in het apparaatgeheugen opslaan op een USBflashstation Vanaf het bedieningspaneel van het apparaat kunt u de ontvangen faxen in het apparaatgeheugen als PDF-bestanden opslaan op het USB-flashstation. U kunt een bepaald document in het apparaatgeheugen opslaan op het USB-flashstation of alle documenten in het geheugen tegelijk op het USB-flashstation opslaan.
Het selectiescherm voor documenten wordt weergegeven. Opmerking Een transactienummer tussen 0001 en 4999 geeft aan dat het een verzonden document is. Een transactienummer tussen 5001 en 9999 geeft aan dat het een ontvangen document is. De markeringen voor het transactienummer hebben de volgende betekenis: Geen markering: dit geeft aan dat het een zwart-witdocument is. : dit geeft aan dat het een kleurendocument is. : Geeft het document aan tijdens verzending.
U kunt maximaal 50 faxpagina's opslaan in één PDF-bestand. U kunt maximaal 2000 PDF-bestanden opslaan op een USB-flashstation. Als Alle docum. opslaan (Save all documents) is geselecteerd, worden faxen opgeslagen in de volgorde van het transactienummer. Als het USB-flashstation wordt verwijderd of vol raakt terwijl faxen worden opgeslagen, wordt er een foutbericht weergegeven op het LCD-scherm. Druk op de knop OK om de fout te wissen.
Overzicht van rapporten en lijsten Het apparaat drukt automatisch het rapport af nadat een fax is verzonden of ontvangen. U kunt de lijst met fax-/telefoonnummers afdrukken of de huidige instellingen afdrukken. Typen rapporten en lijsten Een rapport of lijst afdrukken Typen rapporten en lijsten Rapport of lijst Beschrijving ACT. RAPPORT (ACTIVITY REPORT) Dit rapport geeft een overzicht van de recente faxtransacties. • U kunt het ACT. RAPPORT (ACTIVITY REPORT) ook handmatig afdrukken.
• De standaardinstelling is dat een FOUT TX RAPPORT (ERROR TX REPORT) alleen wordt afgedrukt wanneer er zich een fout heeft voorgedaan. U kunt het apparaat zo instellen dat er na elk verzonden document een TX RAPPORT (TX REPORT) wordt afgedrukt, of u kunt het afdrukken van dit rapport uitschakelen door TX-rapport (TX report) te selecteren bij Autom. afdrukinstell. (Auto print settings) onder Faxinstellingen (Fax settings).
BELGESCHIEDENIS (CALLER HISTORY) wordt mogelijk niet ondersteund, afhankelijk van het land of de regio van aankoop. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld 2. Plaats papier. Papier plaatsen 3. Druk op de knop FAXEN (FAX). Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven. 4. Druk op de knop Menu. Het scherm Menu FAX (FAX menu) wordt weergegeven. 5. Selecteer met de knoppen op de knop OK. 6. Selecteer met de knop de optie Rapport/lijst afdr.
beeldkwaliteit (faxresolutie) lager in en verzend het document opnieuw. #005 Geen antwoord. Het faxapparaat van de ontvanger reageert niet. Neem contact op met de ontvanger en laat deze controleren of de telefoonlijn correct is aangesloten. #012 Probeer nogmaals. Het papier in het faxapparaat van de ontvanger is op. Neem contact op met de ontvanger en laat deze papier plaatsen. #017 Geen kiestoon. Het apparaat heeft geen kiestoon gedetecteerd. Kiestoondetectie (Dial tone detect) bij Geavanc.
Neem contact op met de afzender en vraag deze het document opnieuw te verzenden, of laat het apparaat de fax automatisch ontvangen. #037 Geheugen vol. Het apparaat kon een fax niet ontvangen omdat het geheugen vol is. Maak geheugen vrij en vraag de afzender de fax opnieuw te verzenden. Zie Document opgeslagen in apparaatgeheugen. #046 Het ontvangen fax is geweigerd op grond van de opgegeven instellingen voor het weigeren van faxen.
Een fax verzenden vanaf een computer Een fax verzenden (faxstuurprogramma) Basis Een adresboek maken (faxstuurprogramma) Ontvangers in een adresboek bewerken of verwijderen (faxstuurprogramma) Ontvangers zoeken in een adresboek (faxstuurprogramma) Problemen met het verzenden van faxen oplossen (faxstuurprogramma) Algemene opmerkingen (faxstuurprogramma)
Een fax verzenden (faxstuurprogramma) Met het faxstuurprogramma kunt u faxen verzenden vanuit toepassingen waarmee u documenten kunt afdrukken. Opmerking Het is alleen mogelijk om faxen in zwart-wit te verzenden. 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Open het document dat u als fax wilt verzenden in de bijbehorende toepassing (bijvoorbeeld Kladblok) en klik vervolgens op Afdrukken. (De opdracht Afdrukken... (Print...) vindt u in het menu Bestand (File).) 3.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Canon XXX series FAX (waarbij XXX de modelnaam is) en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Printing Preferences). Windows XP: 1. Klik op Start en selecteer Configuratiescherm (Control Panel) > Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) > Printers en faxapparaten (Printers and Faxes). 2.
verzenden nadat u de informatie van de ontvanger hebt ingevoerd en de status van de ontvanger hebt gecontroleerd. Opmerking U kunt ook Geadresseerde (Recipient) opgeven door als volgt een geadresseerde op te geven: Geef de Naam ontvanger (Recipient Name) en het Faxnummer (Fax Number) op in Direct invoeren (Direct Entry) in het dialoogvenster Fax verzenden (Send FAX) en klik op Instellen als ontvanger (Set as Recipient).
Een adresboek maken (faxstuurprogramma) Als u gebruikmaakt van een adresboek, kunt u gemakkelijk faxen verzenden door een ontvanger te selecteren. U kunt de naam, het faxnummer en andere informatie registreren in het adresboek. Een ontvanger (WAB-contact) registreren in het adresboek U kunt afzonderlijke ontvangers (Contactpersonen) registreren in het adresboek. 1.
Het adresboek voor het eerst openen (Windows XP) Als u het adresboek in Windows XP voor het eerst opent, wordt het dialoogvenster Windowsadresboek instellen (Setup Windows Address Book) weergegeven. Een nieuw Windows-adresboek (WAB-bestand) maken voor het verzenden van faxen Selecteer Nieuw Windows-adresboekbestand maken voor faxen. (Create a new Windows Address Book file for faxing.) en klik vervolgens op OK. U kunt deze instellingen ook later wijzigen zodat u een ander adresboek kunt gebruiken.
5. Klik op Contactpersoon (Contact) in het dialoogvenster Nieuwe vermelding (New Entry) en klik vervolgens op OK. Opmerking Voor het faxen kunt u slechts één Contactpersoon (Contact) (één ontvanger) opgeven. Het is niet mogelijk om een Distributielijst (Distribution List) op te geven. 6.
7. Geef op het tabblad Thuis (Home) of Werk (Work) het faxnummer op en klik vervolgens op OK. Een afzonderlijke ontvanger (Contactpersoon) is in het adresboek geregistreerd. Opmerking U kunt ook een ontvanger registreren door op de knop Toevoegen aan adresboek... (Add to Address Book...) te klikken in het dialoogvenster Fax verzenden (Send FAX) nadat u de ontvanger hebt ingevoerd.
(Voorbeeld: wanneer het nummer voor een buitenlijn 0 is en het faxnummer XXX-XXXX is, geeft u 0XXX-XXXX op.
Ontvangers in een adresboek bewerken of verwijderen (faxstuurprogramma) U kunt de naam, het faxnummer en andere gegevens van de ontvangers wijzigen of ontvangers verwijderen die zijn geregistreerd in het adresboek. Ontvangers in een adresboek bewerken U kunt geregistreerde contactpersonen in het adresboek bewerken. 1.
4. Selecteer de ontvanger die u wilt bewerken in het dialoogvenster Adresboek (Address Book) en klik vervolgens op Eigensch. (Properties). 5. Wijzig de gewenste informatie in het dialoogvenster Eigenschappen (Properties) en klik vervolgens op OK. Ontvangers verwijderen uit een adresboek U kunt contactpersonen uit het adresboek verwijderen. 1.
Klik op Start en selecteer Configuratiescherm (Control Panel) > Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) > Printers en faxapparaten (Printers and Faxes). 2. Open het scherm met instellingen van het faxstuurprogramma. • Windows 7: Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Canon XXX series Printer en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Printing Preferences) en vervolgens Canon XXX series FAX.
Ontvangers zoeken in een adresboek (faxstuurprogramma) U kunt op naam zoeken naar ontvangers in het adresboek. 1. Open het document dat u als fax wilt verzenden in de bijbehorende toepassing (bijvoorbeeld Kladblok) en klik vervolgens op Afdrukken. (De opdracht Afdrukken... (Print...) vindt u in het menu Bestand (File).) 2. Selecteer Canon XXX series FAX (waarbij XXX de modelnaam is) bij Printer selecteren (Select Printer) of Naam (Name) in het dialoogvenster Afdrukken (Print). 3.
5. Geef in Zoeken op geadresseerde (Search by Recipient) in het dialoogvenster Ontvanger kiezen uit adresboek (Select Recipient from Address Book) de naam op van de ontvanger die u zoekt. Als de opgegeven naam wordt gevonden, wordt de naam van de ontvanger geselecteerd weergegeven in de lijst met contacten. Wanneer de naam is geselecteerd, klikt u op Instellen als ontvanger (Set as Recipient) om deze als ontvanger in te voeren. Belangrijk Het is niet mogelijk om op andere gegevens dan de naam te zoeken.
Problemen met het verzenden van faxen oplossen (faxstuurprogramma) Check 1: Is het apparaat ingeschakeld? • U kunt geen faxen verzenden als de stroom is uitgeschakeld. Druk op de knop AAN om de stroom in te schakelen. • Als u de stekker uit het stopcontact haalt zonder de stroom uit te schakelen (een van de knoppen op het bedieningspaneel is verlicht), wordt de stroom automatisch ingeschakeld als u de stekker weer in het stopcontact steekt.
Controleer of er een bericht wordt weergegeven op het LCD-scherm. Wordt er een ondersteuningscode weergegeven, raadpleeg dan de lijst met ondersteuningscodes voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding. Wordt er geen ondersteuningscode weergegeven, raadpleeg dan "Een bericht verschijnt op het scherm" voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding. Als u haast hebt, kunt u op de knop Stoppen drukken om het bericht te sluiten en vervolgens de fax verzenden.
Algemene opmerkingen (faxstuurprogramma) Bij het gebruik van het faxstuurprogramma gelden de volgende beperkingen. Houd bij het gebruik van het faxstuurprogramma rekening met het volgende. • Het faxstuurprogramma werkt mogelijk niet goed als u een Microsoft Excel 2002-document als fax verstuurt terwijl de optie Formaat zo nodig wijzigen in A4/Letter (Allow A4/Letter Paper Resizing) in Microsoft Excel 2002 is ingeschakeld. Volg de onderstaande aanwijzingen om het probleem op te lossen: 1. Klik op Opties...
Controleer of de optie Printerpooling inschakelen (Enable printer pooling) is ingeschakeld. - Windows XP: 1. Klik op Start en selecteer Configuratiescherm (Control Panel) > Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) > Printers en faxapparaten (Printers and Faxes). 2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Canon XXX series FAX (waarbij XXX de modelnaam is) en selecteer Eigenschappen (Properties).