QO *HEUXLNVDDQZLM]LQJ
6WDUW $ % & 5HVHW VHF
nl Inhoudsopgave 8 Gebruik volgens de voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . 4 ( Veiligheids- voorschriften .... 4 Voordat u het apparaat in gebruik neemt. . . . . . . . . . . . . . . . Bij aflevering . . . . . . . . . . . . . . . . . Bij de installatie. . . . . . . . . . . . . . . Dagelijks gebruik . . . . . . . . . . . . . Deurvergrendeling . . . . . . . . . . . . Bij schade. . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bij het afvoeren van het apparaat . 7 Milieubescherming . . . . . . . . . . . . .
nl Gebruik volgens de voorschriften Wijzigen van het programma . . . . . . 26 Intensief drogen . . . . . . . . . . . . . . . . 26 2 Reinigen en onderhouden Algemene toestand van de machine. . . . . . . . . . Onthardingszout en glansspoelmiddel . . . . . Zeven . . . . . . . . . . . . . . Sproeiarmen . . . . . . . . . . . . 26 8 Gebruik volgens de voorschriften kuiG bre . . . . . . . . . . 27 . . . . . . . . . . 27 . . . . . . . . . . 28 28 Afvoerpomp . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheidsvoorschriften Voordat u het apparaat in gebruik neemt Lees de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift nauwkeurig door. U vindt daarin belangrijke informatie over plaatsing, gebruik en onderhoud van het apparaat. Bewaar de gebruiksaanwijzing en het montagevoorschrift voor later gebruik of voor een eventuele latere bezitter. Bij aflevering 1. Controleer onmiddellijk of de verpakking en de afwasautomaat tijdens het transport beschadigd zijn.
nl Veiligheidsvoorschriften Als de afwasmachine in een hoge kast moet worden ingebouwd, dan moet deze volgens de voorschriften bevestigd worden. Als de afwasautomaat onder of boven andere huishoudapparaten wordt ingebouwd, dient men de informatie m.b.t. de inbouw in combinatie met een afwasautomaat in de montagehandleiding van de desbetreffende apparaten in acht te nemen. Neem bovendien de montageaanwijzingen van de afwasautomaat in acht om een veilig gebruik van alle apparaten te waarborgen.
Veiligheidsvoorschriften Dagelijks gebruik Let op de veiligheidsvoorschriften resp. de aanwijzingen bij het gebruik op de verpakkingen van het afwasen glansspoelmiddel. Kinderbeveiliging (deurvergrendeling) * nl Bij beschadigingen, vooral van het bedieningspaneel (scheuren, gaten, afgebroken toetsen), of als de deur niet goed functioneert, mag het apparaat niet meer worden gebruikt. De stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen. Kraan dichtdraaien, klantenservice bellen.
nl Veiligheidsvoorschriften Let er bij vrijstaande apparaten op dat de korven niet overladen zijn. Als het apparaat niet in een nis staat waardoor een zijwand toegankelijk is, dan moeten de deurscharnieren om veiligheidsredenen aan de zijkant afgedekt worden (kans op verwondingen). De afdekkingen zijn als extra toebehoren tegen meerprijs bij de Servicedienst of bij uw leverancier verkrijgbaar. * afhankelijk van het model m Waarschuwing Gevaar door explosie! Doe geen oplosmiddel in de spoelruimte.
Milieubescherming 7 Milieubescherming * Kennismaking met het apparaat m ngrheicsubeiM li Zowel de verpakking van het nieuwe apparaat als het oude apparaat bevat waardevolle grondstoffen en materiaal dat hergebruikt kan worden. De afzonderlijke delen a.u.b. gesorteerd afvoeren. U kunt bij uw leverancier of bij de gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het verpakkingsmateriaal kunt (laten) afvoeren.
nl Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout Binnenkant van het apparaat 1" Binnenverlichting * 1* Bovenste servieskorf 12 Messenrek * 1: Tab-opvangschaal 1B Bovenste sproeiarmen 1J Onderste sproeiarm 1R Reservoir voor onthardingszout 1Z Zeven 1b Bestekkorf 1j Onderste servieskorf 9" Voorraadreservoir voor glansspoelmiddel 9* Afwasmiddelbakje 92 Vergrendeling voor afwasmiddelbakje 9: Typeplaatje * Afhankelijk van het model + Wateronthardingsinsta llatie/Onthardingszout outzngsdirhaO nt/eitallatnsingsdi
Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout Om de instelling te wijzigen: 1. Programmatoets 3 indrukken. Bij elke druk op de toets wordt de instelwaarde met één cijfer verhoogd. Als de waarde •:‹ˆ is bereikt, dan springt de indicatie weer op •:‹‹ (uit). 2. START-toets ` indrukken. De ingestelde waarde is in het geheugen opgeslagen. 3. Deur sluiten.
nl Glansspoelmiddel Indicatie zout bijvullen/ ontharding uitschakelen Onthardinguitschakel n Als de indicatie zout bijvullen @ stoort (bijv. bij gebruik van gecombineerde reinigingsproducten met zoutcomponenten), dan kan deze uitgeschakeld worden. Ga te werk zoals onder „Onthardingsinstallatie instellen” is beschreven en de waarde op •:‹‹ zetten. Hiermee zijn de onthardingsinstallatie en de indicatie zout bijvullen uitgeschakeld. m Attentie 1.
Serviesgoed nl Hoeveelheid glansspoelmiddel instellen Indicatie glansspoelmiddel bijvullen uitschakelen De hoeveelheid glansspoelmiddel is van §:‹‹ tot §:‹‡ instelbaar. Stel de hoeveelheid wasverzachter in op §:‹… voor een bijzonder goed droogresultaat. In de fabriek is niveau §:‹… ingesteld. Verander de hoeveelheid glansspoelmiddel alleen als er strepen (lagere stand instellen) of watervlekken (hogere stand instellen) op het serviesgoed achterblijven. 1. Deur openen. 2.
nl Serviesgoed Schade aan glas en serviesgoed Oorzaken: glassoort en fabricagewijze van het glas. chemische samenstelling van het afwasmiddel. temperatuur van het water tijdens de afwas. Advies: gebruik alleen glas en porselein dat volgens de fabrikant geschikt is voor de afwasautomaat. gebruik afwasmiddel waarop staat aangegeven dat het het serviesgoed ontziet. glas en bestek na afloop van het programma zo snel mogelijk uit de afwasmachine halen. Inruimen 1. Grove etensresten verwijderen.
Serviesgoed nl Pannen Bestekkorf Onderste servieskorf 1j Bestek altijd ongesorteerd met de scherpe kant naar beneden inruimen. Om verwondingen te voorkomen: lange, puntige bestekdelen en messen in het messenrek leggen. Tip Erg vervuild serviesgoed (pannen) moet in de onderste korf worden ingeruimd. Door de sterkere sproeistraal verkrijgt u zo een beter afwasresultaat. Tip Andere voorbeelden hoe u uw afwasautomaat optimaal kunt inruimen, vindt u op onze homepage. U kunt deze gratis downloaden.
nl Serviesgoed Houder voor kleingoed * Houdervo rkleingoed * Afhankelijk van het model Hier kunnen lichte voorwerpen van kunststof zoals bekers, deksels enz. vastgeklemd worden. Verstel nvandekorfho gte Verstellen van de korfhoogte * * Afhankelijk van het model De bovenste servieskorf 1* kan – indien gewenst – in de hoogte versteld worden om in de bovenste of in de onderste servieskorf meer ruimte te maken voor hoger serviesgoed. Hoogte van het apparaat 81,5 cm Bovenste korf Stand 1 max.
Afwasmiddel nl . Afwasmiddel A w lm desfai 3. Om de korf op te tillen: de korf aan de zijkant aan de bovenste rand vastpakken en naar boven trekken. 4. Overtuig u ervan dat de korf – voordat u hem weer in het apparaat schuift – aan beide zijden op dezelfde hoogt ligt. Anders kan de deur van het apparaat niet dicht en heeft de bovenste sproeiarm geen verbinding met het aansluitpunt van de watertoevoer. Bovenste servieskorf met boven en onder een paar rollen 1. De bovenste servieskorf 1* uittrekken. 2.
nl Afwasmiddel Vul afwasmiddel 1. Als het afwasmiddelbakje 9* nog dicht is: vergrendeling 92 bedienen om het te openen. Afwasmiddel alleen in het droge afwasmiddelbakje 9* gieten (tablet plat neerleggen, niet op zijn kant). Dosering: zie de aanwijzingen van de fabrikant op de verpakking. De indeling in het afwasmiddelbakje 9* biedt hulp bij de juiste dosering van poedervormig of vloeibaar afwasmiddel. Gewoonlijk volstaat 20 ml–25 ml bij normale vervuiling. Bij gebruik van tabs is één tablet voldoende.
Afwasmiddel Gecombineerde reinigingsmiddelen Naast de gebruikelijke afwasmiddelen (Solo) wordt een aantal producten aangeboden met extra functies. Deze producten bevatten behalve afwasmiddel vaak ook glansspoelmiddel en zoutvervangende stoffen (3in1) en, afhankelijk van de combinatie (4in1, 5in1, enz.), ook nog extra componenten zoals glasbescherming of glansmiddel voor roestvrij staal. Gecombineerde reinigingsmiddelen functioneren alleen tot een bepaalde hardheidsgraad (meestal 21°dH).
nl Programma-overzicht / Programma-overzicht htcm iazogrm ovePr-a In dit overzicht staat het maximaal mogelijke aantal programma’s vermeld. De bijpassende programma’s en hun rangschikking vindt u op het bedieningspaneel.
Extra functies nl § Halve belading * Programmakeuze Halvebelading Aan de hand van het soort serviesgoed en de mate van vervuiling kunt u een passend programma uitzoeken. Als u maar weinig afwas hebt (bijv. glazen, kopjes, borden), dan kunt u de „Halve belading” bijschakelen. Hiermee bespaart u water, energie en tijd. Vul het afwasmiddelbakje met iets minder afwasmiddel dan zoals aanbevolen bij een volle belading van de machine.
nl Apparaat bedienen Inschakelen van het apparaat 1 Apparaat bedienen taA rpa Programmagegevens De programmagegevens (verbruikswaarden) vindt u in de korte handleiding. Ze hebben betrekking op normale omstandigheden en de instelwaarde van de waterhardhei d •:‹…. Verschillende factoren zoals de temperatuur van het water en de druk in de waterleiding zijn hierbij van invloed en kunnen tot afwijkingen leiden.
Apparaat bedienen Optische indicatie tijdens het programmaverloop * Optischeindicatietijdenshetprogram averlo p * afhankelijk van het model Tijdens het programmaverloop verschijnt een lichtpunt op de vloer onder de deur van het apparaat. Deur van het apparaat pas dan openen als de lichtpunt op de vloer niet meer te zien is. Als de deur niet geheel gesloten is, knippert het lampje. * Bij inbouw in een hoge kast met afsluitend meubelfront in één lijn is het lichtpunt niet te zien.
nl Apparaat bedienen Einde van het programma Het programma is beëindigd als op de cijferindicatie h de waarde ‹:‹‹ verschijnt. Bovendien wordt het einde van het programma door een zoemtoon akoestisch aangegeven. Deze functie kan als volgt gewijzigd worden: 1. Deur openen. 2. AAN/UIT-schakelaar ( inschakelen. 3. Programmatoets # ingedrukt houden en de START-toets ` net zolang indrukken tot de cijferindicatie •:‹... brandt. 4. Beide toetsen loslaten.
Apparaat bedienen Om de instelling te wijzigen: 1. Programmatoets 3 indrukken. Bij elke druk op de toets wordt de instelwaarde met één cijfer verhoogd. Als de waarde ˜:‹ƒ is bereikt, dan springt de indicatie weer op ˜:‹‹. 2. START-toets ` indrukken. De instelwaarde is opgeslagen. 3. Deur sluiten. Uitschakelen van het apparaat Korte tijd na afloop van het programma: 1. Deur openen. 2. AAN/UIT-schakelaar ( uitschakelen. 3. Kraan dichtdraaien (niet bij AquaStop). 4.
nl Reinigen en onderhouden Wijzigen van het programma Na het indrukken van de STARTtoets ` kan het programma niet gewijzigd worden. Wijzigen van het programma is alleen mogelijk door het programma af te breken (Reset). Intensief drogen Tijdens het glansspoelen wordt de temperatuur verhoogd waardoor het droogresultaat wordt verbeterd. De looptijd kan hierdoor iets verlengd worden. (Wees voorzichtig met gevoelig serviesgoed!) 1. Deur openen. 2. AAN/UIT-schakelaar ( inschakelen. 3.
Reinigen en onderhouden Gebruik bij het reinigen van uw afwasautomaat nooit een stoomreiniger. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele gevolgen. De voorkant van het apparaat en het bedieningspaneel regelmatig met een vochtig doekje afnemen. Water met een scheutje afwasmiddel is voldoende. Geen schuursponsjes gebruiken of schoonmaakmiddelen met schuurmiddelen. Dit kan krassen op de oppervlakken veroorzaken.
nl Wat te doen bij storingen? Sproeiarmen Kalk en etensresten in het afwaswater kunnen de sproeiopeningen en de lagers van de sproeiarmen 1B en 1J blokkeren. 1. Sproeiopeningen van de sproeiarmen op verstopping controleren. 2. De bovenste sproeiarmen afschroeven 1B (1/4 slag). 3. De onderste sproeiarm 1J naar boven eraf trekken. 28 4. Sproeiarmen onder stromend water schoonmaken. 5. Sproeiarmen weer vastdrukken resp. vastschroeven.
Wat te doen bij storingen? Afvoerpomp Grote voedselresten of voorwerpen die niet door de zeven zijn tegengehouden, kunnen de afvoerpomp blokkeren. Het spoelwater staat dan tot boven de zeef. nl 6. Schoepenrad controleren op vreemde voorwerpen en deze eventueel verwijderen. 7. Afdekking weer op de oorspronkelijk positie aanbrengen en omlaagdrukken tot hij vastzit (klik).
nl Wat te doen bij storingen? Storingentabel Storing Indicatie „Watertoevoer controleren” 8 brandt. Oorzaak Watertoevoerslang geknikt. Kraan dicht. Kraan verstopt of verkalkt. Zeef aan de kraan verstopt. Foutcode “:‹ˆ brandt. Foutcode “:‚ƒ brandt. Foutcode “:ƒƒ brandt. Foutcode “:ƒ… brandt. 30 Aanzuigopening (aan de rechter binnenzijde van het apparaat) afgedekt door serviesgoed. Verwarmingselement verkalkt of vuil. Oplossing Watertoevoerslang zonder knikken verleggen. Kraan opendraaien.
Wat te doen bij storingen? Storing Foutcode “:ƒ† brandt. Foutcode “:ƒˆ brandt. Een andere foutcode verschijnt op de cijferindicatie. (“:‹‚ tot “:„‹) Display knippert. Bijvulindicatie voor zout @ en/of glansspoelmiddel H brandt. Bijvulindicatie voor zout @ en/of glansspoelmiddel H brandt niet. Na afloop van het programma blijft er water in het apparaat staan. Oorzaak Waterafvoerpomp geblokkeerd of afdekking van de waterafvoerpomp niet vastgeklikt. Netspanning te laag.
nl Wat te doen bij storingen? Storing Serviesgoed niet droog. Kunststofserviesgoed niet droog. Bestek niet droog. Binnenzijden van het apparaat nat na het spoelen. 32 Oorzaak Geen of te weinig glansspoelmiddel in het voorraadbakje. Een programma zonder drogen gekozen. Waterophoping in het serviesgoed en bestek. Oplossing Glansspoelmiddel bijvullen. Het gecombineerde reinigingsmiddel heeft een slechte droogcapacitiet Andere combireiniger met beter droogvermogen gebruiken.
Wat te doen bij storingen? Storing Etensresten op het serviesgoed. Oorzaak Serviesgoed te dicht op elkaar ingeruimd, servieskorf te vol. Sproeiarmen konden niet ongehinderd ronddraaien. Sproeiers van sproeiarmen verstopt. Zeven 1Z vuil. Zeef 1Z onjuist aangebracht en/of niet vastgezet. Te zwak afwasprogramma gekozen. Serviesgoed te sterk voorgereinigd, daarom kiest de sensortechniek voor een zwak spoelprogramma. Hardnekkig vuil kan gedeeltelijk niet worden verwijderd.
nl Wat te doen bij storingen? Storing Reinigingsmiddelresten Watervlekken op kunststofdelen. Oorzaak Deksel van het reinigingsmiddelbakje geblokkeerd door serviesgoed, daarom gaat het deksel niet volledig open. Deksel van het reinigingsmiddelbakje wordt geblokkeerd door het tablet. Tabletten gebruikt in het snelprogramma of korte programma. Oplostijd van het reinigingsmiddel wordt niet bereikt binnen het gekozen korte programma.
Wat te doen bij storingen? Storing Witte, moeilijk verwijderbare aanslag op serviesgoed, reservoir of deur. Thee- of lippenstiftresten op het serviesgoed. Oorzaak Inhoudstoffen van het reinigingsmiddel zetten zich af. Deze aanslag laat zich meestal niet chemisch verwijderen (apparaatreinigingsmiddel, ...). Onjuiste waterhardheid ingesteld of waterhardheid is hoger dan 50°dH (8,9 mmol/l). 3-in-1-reinigingsmiddel of bio/ eco-reinigingsmiddel onvoldoende effectief. Te lage dosering van het reinigingsmiddel.
nl Wat te doen bij storingen? Storing Verkleuring op kunststofdelen. Oorzaak Te lage spoeltemperatuur. Serviesgoed te sterk voorgereinigd, daarom kiest de sensortechniek voor een zwak spoelprogramma. Hardnekkig vuil kan gedeeltelijk niet worden verwijderd. Te veel glansspoelmiddel. Verwijderbare vegen op glazen, glaswerk met een metalen uiterlijk en bestek. Geen glansspoelmiddel toegevoegd of de instelling is te laag. Reinigingsmiddelresten tijdens het programmagedeelte Glansspoelen.
Wat te doen bij storingen? Storing Oorzaak Roestsporen op het bestek. Het bestek is niet voldoende roestbestendig. Messenlemmeten zijn hier vaak sterker door getroffen. Bestek roest ook wanneer het samen met roestige voorwerpen wordt afgewassen (handgrepen van pannen, beschadigde servieskorven enz.). Zoutgehalte in het afwaswater te hoog doordat het deksel van het zoutreservoir niet goed is vastgedraaid of bij het bijvullen zout gemorst werd Het apparaat start niet.
nl Wat te doen bij storingen? Storing Apparaat blijft steken tijdens het programma of het programma valt stil. Oorzaak Deur niet geheel gesloten. Geen serviesgoed of geurdispenser in het tablettenbakje doen. Bovenkorf drukt tegen de binnendeur en verhindert een goede sluiting van de deur. Stroom- en/of watertoevoer onderbroken. Klappende geluiden van de Afhankelijk van de huisinstallatie, vulventielen. daarom geen apparaatfout. Geen invloed op de werking van het apparaat.
Servicedienst 4 Servicedienst tnsediecviS re 5 Plaatsen en aansluiten nestaP l Als u de storing niet zelf kunt verhelpen, neem dan contact op met de Servicedienst. Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om onnodige bezoeken van technici te vermijden. De contactgegevens van de dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing of in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen. Vermeld bij een telefoongesprek a.u.b. het fabrikaatnummer (ENr.
nl Plaatsen en aansluiten Aflevering Plaatsing Uw afwasmachine werd in de fabriek grondig gecontroleerd op correct functioneren. Hierbij zijn kleine watervlekken achtergebleven. Deze zijn na de eerste afwas verdwenen. De vereiste inbouwmaten vindt u in het montagevoorschrift. Het apparaat met behulp van de verstelbare voetjes waterpas zetten. Let erop dat het apparaat stevig staat.
Plaatsen en aansluiten Drinkwateraansluiting 1. De drinkwateraansluiting volgens de montagehandleiding aansluiten met behulp van de bijgevoegde onderdelen. Zorg ervoor dat de drinkwateraansluiting niet wordt geknikt of geplet, of in de knoop raakt. 2. Bij vervanging van het apparaat moet altijd een nieuwe watertoevoerslang in gebruik worden genomen. Waterdruk: Minimaal 0,05 MPa (0,5 bar), maximaal 1 MPa (10 bar). Bij hogere waterdruk: een drukreduceerventiel ervoor installeren.
nl Plaatsen en aansluiten Het stopcontact moet zich in de buurt van het apparaat bevinden en ook na het inbouwen gemakkelijk bereikbaar zijn. Als de stekker niet gemakkelijk bereikbaar is, dan moet er volgens de veiligheidsvoorschriften een meerpolige scheidingsinstallatie met een contactopening van minimaal 3 mm aanwezig zijn. Veranderingen in de aansluiting mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd.
.LQGHUEHYHLOLJLQJ GHXUYHUJUHQGHOLQJ â $WWHQWLH .LQGHUEHYHLOLJLQJ DFWLYHUHQ 'HXU RSHQHQ ELM JHDFWLYHHUGH NLQGHUEHYHLOLJLQJ .
+.